Hoofdstuk 23: Onmogelijke keuzes.
Lucas' POV:
Ik kon nog slechter slapen dan anders. Ik bleef maar draaien in bed en besloot toen om maar naar buiten te gaan. Ik had Louisa haar bloed gedronken en daardoor had ik natuurlijk meer energie gekregen. Het was nog donker en ik vloog richting het bos. Misschien kon ik vandaag wel op tijd zijn voor het ontbijt. Zachtjes landde ik op de bladeren die op de grond lagen. Ik kon veel verschillende dieren ruiken, maar overal hing de lucht van die engel. Ik besloot zijn geur te volgen en kwam uit bij de boom waar Louisa vaak zat. Opeens was de geur veel minder sterk, de zon begon op te komen en ik moest weer terugveranderen naar een mens. Ik kon de geur nu bijna niet meer ruiken en besloot maar om terug te gaan naar de berghut. Muisstil sloop ik naar binnen en terug naar boven. Gelukkig sliep Louisa haar grootvader nog, maar toen ik de slaapkamer binnenliep was Louisa haar bed leeg.
Louisa's POV:
Nadenkend staarde ik naar buiten. De zon scheen al en ik vroeg me af of Lucas en grootvader al gemerkt hadden dat ik er niet was. Het maakte me niet meer uit of Lucas zou komen, ik zou dit keer mijn eigen problemen oplossen. "Ik zal hier blijven, op de voorwaarde dat je nooit meer mijn kamer in loopt zonder eerst te kloppen." Alex' uitdrukking veranderde niet en hij zei: "Ik geef je mijn woord als engel dat ik voortaan eerst zal kloppen. We eten als de zon op zijn hoogste punt staat, in de kamer met het grote raam. Ik zie je dan." Ik draaide me om en liep snel naar mijn kamer. Ik deed de deur open en liet mezelf languit op het bed vallen. Hoe zou ik hier uit geraken? Ik zou Lucas en grootvader niet meer zien, maar ik zou Lucas in ieder geval geen pijn hoeven te doen. Ik had het kunnen weten dat ik niet zo gemakkelijk weer weg zou kunnen, maar ik zou me aan mijn woord houden. Ik liep naar het raam en keek naar buiten. Mijn kamer had uitzicht op de grote tuinen en kleine druppels water op de blauwe rozen schitterde in het licht van de zon. Het uitzicht was adembenemend en toen ik het raam open deed kwam de geur van de rozen me tegemoet. Langzaam stapte ik het balkon op en sloeg mijn vleugels uit. De wind streek langs de veren van mijn vleugels en ik vloog vanaf het balkon over de tuin en landde toen bij een struik vol met blauwe rozen. Een van de bloemen hing slap aan de struik en voorzichtig trok ik de bloem van de struik. Toen ik het los had rook ik aan de bloem en sloot mijn ogen bij het ruiken van de heerlijke zoete geur. Ik pakte de roos bij het steeltje vast, maar was vergeten dat daar nog doornen op zaten. Een druppel bloed gleed van mijn vinger en ik legde snel de roos op de grond. Ik pakte mijn zakdoek en bond die rondom mijn vinger, maar het bloeden wilde niet stoppen. Ik bond mijn zakdoek nog steviger om mijn vinger heen, maar toen ik net klaar was schrok ik van een geritsel in de struiken. Bang zette ik een stap achteruit en schrok nog erger toen ik opeens tegen iemand aanbotste. Langzaam draaide ik me om en zag dat het Alex was. Hij keek naar de struiken en trok mij tegen zich aan. "Je kunt jezelf laten zien hoor." zei hij. De struiken ritselde nog meer en opeens stond daar een jongen met bloedrode ogen. Hij keek niet hetzelfde als Lucas wel eens deed, maar veel kwaadaardiger. Ik zette nog een stap achteruit, maar struikelde en viel op de grond. De jongen moest lachen en zette een stap in mijn richting. Ik kon van angst niet bewegen en keek bang naar de jongen.
Alex POV:
Ik was bezig met de voorbereidingen voor het eten toen ik opeens de aanwezigheid van een kwaadaardig wezen voelde. Ik liet alles uit mijn handen vallen en vloog via het raam naar buiten waar ik Louisa bang zag staan. Ik landde achter haar en zag dat ze bang naar de bosjes keek. Ze liep langzaam naar achteren en botste toen tegen mij aan. Ik kon horen hoe haar hart een slag oversloeg en toen ze zich langzaam omdraaide keek ze doodsbang. Ik trok haar tegen me aan, maar ze liep nog steeds bang naar achteren. Toen het wezen vanuit de struiken kwam zag ik al aan zijn ogen dat het geen mens was, maar een vampier. Nu pas merkte ik de geur van bloed op en het kwam bij Louisa vandaan. De vampier kwam langzaam dichterbij en ik ging in de aanval positie staan, maar dat wezen merkte het niet eens op. Opeens rende hij op Louisa af en snel ging ik voor haar staan. De vampier schrok even op en probeerde mij te ontwijken, maar het was te laat. Ik gaf hem een trap tegen zijn nek, die brak, en stak hem in brand. Langzaam liep ik naar Louisa die bevend van angst op de grond zat. Ik hielp haar overeind, maar opeens begon mijn keel heel erg te branden. "Kun je nu zelf weer terug naar je kamer vliegen?" vroeg ik aan haar. "Eeh ... ja. Alex." zei ze. Zo snel mogelijk vloog ik weg. Het was heel lang geleden dat ik last had gehad van dat brandende gevoel in mijn keel. De laatste keer was toen ik aan het begin van mijn puberteit zat. Ik had toen totaal geen controle over mezelf. Dit was waarschijnlijk te danken aan mijn vader. Mijn moeder was een engel, maar mijn vader was een halfengel. Hij was niet een gewone halfengel, maar half engel, half vampier! Ik hoop zo dat ik over die fase heen ben gegroeid, maar mijn keel brandt erger dan ooit.

JE LEEST
Mijn Liefde voor Jou.
RomanceLouise (14 jaar) woont alleen met haar grootvader in Oostenrijk. Als ze op een keer vanuit het bos naar huis loopt wordt ze aangevallen door een vreemd wezen met felrode ogen. Wat is dat voor een wezen? en waarom voelt zij zich vreemd als de nieuwe...