| 40 |

70 4 0
                                    

Januari 2020

[Zara]

Ik staarde met een wazig beeld naar het nummer op het beeldscherm van mijn nieuwe telefoon. Mijn vinger zweef zenuwachtig over het groene icoon.

Zal ik hem bellen?

Mijn vinger reikte naar de groene knop.

Hij heeft je bespeeld.

In plaats van Imran, drukte ik snel op een ander nummer en het ging over. Sh*t.

Voordat ik kon ophangen, werd er opgenomen. "Zara?" klonk de stem van mijn broer. "Ben jij dat?"

Ik beet nerveus op mijn lip als ik naar het tapijt in de woonkamer staarde. Bij de herinnering van Faid die me via de arm het huis uit gooide, besloot ik op te hangen. Ik had mijn telefoon niet moeten aanraken.

Mijn telefoon trok ik van mijn oor, en ik stond op het punt op te hangen als ik Faid's stem door de telefoon hoorde galmen. "Hang alsjeblieft niet op," smeekte hij en ik slikte een brok weg. "Ik probeer je al maanden te bereiken. Waar ben je? Hoe gaat het met je? Waarom heb je niks van je laten horen?"

Ik beet mijn lip als ik tranen over mijn wangen voelde glijden. Mijn keel versmalde als ik een brok in mijn keel voelde ontstaan.

Het was stil voor een moment. "Ben je aan het huilen?"

"Nee," mompelde ik schor en veegde mijn tranen weg. "Ik ben niet aan het huilen. Alles gaat goed."

Zijn toon verzachtte. "Zara, de reden dat ik jou die dag het huis uitstuurde was, omdat een man in het huis stond met een geweer tegen Samira's hoofd. Op zoek naar jou."

"Wat," mompelde ik verbijsterd en ging rechtop zitten. "Ik dacht- ik dacht omdat-"

Alles begon langzamerhand in mijn hoofd te klikken.

Faid mij het huis uit gooien. Rayan daarna opdagen..

Rayan. Hij zat hierachter.

"Zara, adem in en adem uit." Ik hoorde het gerommel van sleutels op de achtergrond. "Waar verblijf je? Dan kom ik je nu ophalen."

Mijn ogen vergrootte. "Je hoeft niet te komen, Faid. Ik voel me prima waar ik momenteel verblijf."

"Zara, vertel me waar je verblijft," eiste Faid.

Ik slikte. "Ik verblijf bij Esma thuis."

"Stuur me het adres."

Ik drukte mijn tanden tegen mijn onderlip en stuurde het adres naar hem toe. "Gestuurd."

"Ik ben er over een half uur."

Ik hing op met een zucht.

Een snik verliet mijn mond als een traan over mijn wang gleed.

"Oh, Zara," mompelde Esma hartelijk en nam me in een omhelzing. "Het komt goed. Echt waar."

~

[Imran]

Met het lepel ging ik agressief over het inhoud van de pan terwijl ik in mijn gedachtes was. Aan het denken. Over haar.

De deur van de keuken werd opeens opengeslagen en ik kwam oog in oog te staan met mijn moeder.

Ik liet het houten lepel los en fronste verward. "Mam?"

"Wat heeft dit te betekenen?" eiste ze met een woedende blik en gooide een envelop naar me toe.

Ik veegde mijn handen schoon aan mijn joggingsbroek en raapte het envelop van de grond.

Aan Imran Tahiri, stond aan de voorkant met grote letters gevolgd door mijn adres.

"Je hebt het al geopend?" mompelde ik bij het zien van de scheur in het envelop en keek haar geërgerd aan.

Ze staarde met haar bruingroene ogen, identiek aan de mijne, recht in de mijne.

Ik haalde de papieren uit de envelop en mijn ogen rolde over de letters van de bladzijdes in het stencil.

Een opgeluchte zucht verliet mijn mond.

Manar had de papieren ondertekend.

"Je bent opgelucht?" siste mijn moeder kwaad en haar lippen namen een ontevreden vorm.

Ik hield haar handen zorgvuldig vast. "We zijn niet voor elkaar bestemd, mam. Ik trouwde met haar op jouw verzoek. Ik kan haar echter niet de liefde geven die een man haar echtgenoot hoort te geven."

"Ja, omdat je voor haar bent gevallen," uitte ze met walging in haar toon en keek weg.

Ik voelde woede opborrelen, maar ik hield me. "Ze heeft je niks aangedaan."

Haar ogen flitsten in de mijne. "Je weet dondersgoed wat ze ons hebben aangedaan." Ze trok haar handen terug. "Zara, zal je nooit meer terug nemen."

Een brok vormde in mijn keel. "Dat weet ik."

Burn the truth (NL)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu