Hoofdstuk 38

861 56 12
                                    

Snikkend lig ik tegen zijn borst aan.
"En hij... En ik... Toen..." Ik kan niet uit mijn woorden komen omdat mijn stem word verstikt door het snikken.
"Stt... Het geeft niks, zeg maar niks. Ik ben er nu voor je." Stelt hij mij gerust terwijl hij over mijn haar aait.
Ik slaak een diepe zucht, en kan niet stoppen met trillen.
En zo liggen we een tijdje, en ik staar allemaal gaten in het plafond.
Plots staat Stephan op, en direct heb ik het een stuk kouder waardoor er kippenvel op mijn armen ontstaat.
Hij loopt naar het raam, en blijft daar staan.
Hij maakt geen aanstalten om terug te komen, wat mij met een frons op mijn gezicht achterlaat.
"Stephan w-wat is er?" Stotter ik, met een nog ietwat krakende stem van het huilen.
Even krijg ik geen reactie, maar als ik op het punt sta het op te geven draait hij zich om.
Ik kijk hem hoopvol aan, maar als ik zijn blik zie krijg ik, alweer, tranen in mijn ogen.
Heb ik iets fout gedaan?
Heb ik iets verkeerds gezegd?
Waarschijnlijk wel.
Eerst deed ik iets fout bij Katherina, toen bij Jaiden, en nu bij hem...
"Wat is er?" Vraag ik nog een keer, maar mijn stem klinkt zo zacht dat hij het bijna niet zou kunnen hebben verstaan.
Ik doe mijn ogen dicht, terwijl een traan over mijn wang rolt.
En ik voel zijn ogen branden.
Even is het stil, en ik wou dat het voor altijd stil kon zijn.
Maar het is zijn stem die de stilte doorbreekt.
"Hou je van mij?"
Ik open mijn ogen en zie hem staan, en ook nu rolt er een traan over zijn wang.
Ik doe mijn ogen weer dicht, en alle herinneringen vliegen voorbij.

Ik kijk recht in de prachtige, felgroene ogen van een jongen die ik iets ouder als mijzelf schat.
Hij trekt me rechtop.
"Gaat het?" vraagt hij bezorgt en een kleine glimlach siert zijn lippen.
"Ehh.. Uh ja" stamel ik en ik kijk beschaamd naar de grond.
Dat moet mij weer gebeuren...
"Zeker?" vraagt hij bezorgt.
"Ja" zeg ik en ik bevestig het nog met een knik.
"Sorry dat ik tegen je aan botste..." voeg ik er nog aan toe.
"Geeft niet joh!" zegt hij en de glimlach verschijnt weer op zijn lippen.

Onze eerste ontmoeting...
De volgende herinnering raast alweer voorbij.

"Waarom kon je niet slapen dan?"
Hij keert zich naar me toe, en kijkt me diep aan in mijn ogen.
"Omdat ik aan jou moest denken." En met die woorden drukt hij zijn lippen op de mijne.
Hij duwt me tegen de muur aan, en legt zijn handen op mijn heupen.
Heel even raast er een schuldgevoel door mij heen, maar dan kus ik hem toch aarzelend terug.
Zijn lippen zijn zo zacht, maar toch zo... Anders.
Hij tikt met zijn tong tegen mijn onderlip, en na enig aarzelen geef ik hem dan toch toestemming.
Ik moest afleiding hebben...

Bij de herinnering aan onze eerste kus verschijnt er een glimlach op mijn lippen.
Maar tegelijkertijd krijg ik ook een schuldgevoel.
Ik gebruikte hem om mijzelf af te leiden...
Het voelde anders dan bij Jaiden, maar ik geloof dat als wij dit echt willen, je ervoor moet werken en elkaar niet op moet geven.
Want dat betekend toch ' houden van'?
En dan heb ik mijn beslissing gemaakt.
Ik open mijn ogen, en kijk recht in 2 heldergroene, stralende ogen.

"Ja."


SORRY DON'T HATE ME
en sorry voor het weinig updaten 😖
Team Jaisa of team Stephisa? Laat het me weten!

Ps. Wat vinden jullie van mijn nieuwe cover? Gemaakt door
AnilesGraphs !

The Boy And The BucketlistWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu