Hoofdstuk 38

2.7K 86 35
                                    

Louis' POV

"Ga je naar school, lieverd?" Vraagt mijn moeder aan Harry als we aan de ontbijt tafel zitten.

"Ja." Zegt hij met een overslaande stem. Ik leg mijn hand op zijn been en wrijf erover.

"Het is oké als je thuis blijft, dan bel ik school gewoon." Ik kijk Harry aan.

"Misschien is dat beter." Zeg ik zacht.

"Nee. Ik ga gewoon naar school." Zegt hij met een geheven stem.

Hij staat op en loopt naar boven. Ik zucht en kijk naar mijn brood, waar ik totaal geen zin in heb.

"Hij heeft het moeilijk, mam." Zeg ik zacht.

"Weet ik, schat." Zegt ze. "Daarom wil ik graag dat jullie hem met rust laten, je mag best tegen hem praten maar begin niet over dat onderwerp, begrepen?" Mijn zusjes knikken braaf.

Ik loop naar boven, naar de badkamer. Ik poets mijn tanden en loop naar mijn kamer. Ik zie Harry op mijn bed zitten, voor zich uit aan het staren. Ik ga naast hem zitten. Ik zie tranen op zijn wangen.

"Weet je zeker dat je naar school gaat?" Vraag ik zacht. Hij knikt en veegt zijn tranen weg. "Ik weet niet of het goed is voor je reputatie om te huilen op school." Zeg ik met een klein lachje.

"Mijn reputatie is toch al verpest door jou." Zegt hij. Ik zeg niks en kijk naar de grond. Ik hoor Harry zuchten. "Sorry, da-"

"Nee, ik snap het." Zeg ik en sta op. "Zullen we gaan? Niall komt ons ophalen." Harry knikt en pakt zijn tas.

We lopen naar beneden. Ik geef mijn moeder een kus op haar wang. We trekken onze schoenen en jas aan en lopen naar buiten als er wordt getoeterd.

"Hey, Niall." Zeg ik als we instappen. Niall geeft een glimlach aan mij en Harry.

"Hey, man. Hoe gaat het?" Vraagt hij aan Harry. Harry kijkt hem aan met nog rode ogen van het huilen.

"Prima." Zegt hij met een zwakke glimlach. Ik kijk Niall aan, die mij even aankijkt en begint dan te rijden.

De rit was stil, Harry zei geen woord en bleef voor zich uit staren, waardoor ik ook stil bleef en Niall wist dat het niet slim was een onderwerp te gooien.

We lopen ons klas lokaal in en gaan zitten. We hebben nu Engels. We kijken dan altijd de eerste tien minuten van het journaal.

"Er is ingebroken bij een huis gister avond. Sinds toen zijn er twee mensen vermist."

Er verschijnen twee foto's. Één van Anne en één van Gemma. Ik bijt op mijn lip.

"De namen van deze twee vrouwen zijn: Anne Styles en Gemma Styles. Als u iets verdachts ziet of u ziet ze, bel dan meteen het alarm nummer."

Harry staat snel op, waardoor zijn stoel naar achter valt en de hele klas hem aankijkt. Hij gooit zijn tas over zijn schouder en snelt de klas uit.

"Shit." Mompel ik terwijl ik mijn spullen snel ik mijn tas prop en achter hem aan ga. Ik hoor de docent nog roepen, maar negeer het.

Ik zie Harry op de grond zitten, met zijn benen tegen zijn buik en zijn armen op zijn knieën geleund, met zijn hoofd verborgen in zijn armen.

"Hazz." Mompel ik wanneer ik naast hem kom zitten.

Ik wrijf over zijn arm. Ik schrik een beetje als hij me in een snelle beweging in zijn armen vouwt. Ik wrijf rustig over zijn rug terwijl er luide snikken uit zijn mond komen.

De docent opent de deur en zijn ogen vallen op ons. Hij kijkt me medelijdend aan en sluit de deur weer. Er lopen ook tranen over mijn wangen terwijl ik Harry probeer te troosten.

"Laten we gewoon naar huis gaan."  Zeg ik. Precies op dat moment komt Niall het lokaal uit gelopen. Ik en Harry kijken op naar hem.

"Ik breng jullie thuis, kom op." Zegt hij en loopt voor ons uit. Ik en Harry staan op.

"Kan hij gedachte lezen of zo?" Vraagt Harry. Ik lach zacht.

"Zal me niks verbazen ook." Harry grinnikt zacht en haalt zijn neus op. Ik pak zijn hand en we lopen met z'n drieën de school uit.

Niall stopt bij ons huis.

"Dank je, Niall." Zeg ik zacht.

"Geen probleem." Harry stapt ondertussen al uit. "Bel je me als er wat aan de hand is?" Ik knik, geef hem een knuffel en stap de auto uit.

We lopen naar binnen en zien mijn moeder op de bank zitten. Ze kijkt op en glimlacht.

"Toch maar thuis blijven?" Ik knik. Ik schrik als Harry's telefoon gaat. Hij neemt op.

"Hallo? Ja, daar spreek je mee. Uh, ja. We komen er meteen aan." Harry hangt op. "We moeten naar het politie bureau komen." Zegt hij vlug.

We stappen snel de auto uit en lopen het gebouw binnen. We worden meegenomen door de zelfde agent als de vorige keer. Mijn moeder blijft in de wachtruimte wachten.

"Harry." Begint hij. "We hebben nieuws over je moeder en zus." Harry knikt. "Ze zijn in leven, maar zwaar gewond. We hebben ze gevonden net buiten de grens, in een bunker." Ik zie Harry zijn vuisten balmen.

"Wie is het?" Vraagt hij.

"Je zal dit niet leuk gaan vinden, Harry." Begint de agent.

——
Oeehhh. Wie zal het zijn???🤷🏽‍♀️

Vergeet niet te stemmen! Xx

Love you

X KaylinStylesx

I don't know. Larry stylinson✔️ (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu