9 ~

278 8 0
                                    

*POV ?*

Het was niet mijn idee noch om hier door 't regen door een bos even een wandeling te maken. Ik deed het uit mezelf, omdat die luie konten geen bagger doen. Ik zoek al zo lang naar dat meisje. Hope? Ja, Hope. En wie weet, al kom ik d'r tegen, heb ik gelijk de andere drie te pakken. De idee was leuk, maar toch is het al jaren voorbij. Het was toch niet zo lastig? Nou, blijkbaar wel. Dus ik besloot maar mee te gaan, maar niks werkt mee. Zelfs dat rot weer. 

"Meneer, we kunnen altijd nog terug komen."
"Heb je een probleem?" vroeg ik fel. Het enige wat ze nu deden wat zeuren en zeuren. 
"Dit gaat ons veelste veel tijd verloren," zei de ander. "Het regent, dit bos is vol met vallen en volgens geruchten zijn er mensen nooit teruggekeerd."
"Geruchten? We hebben feiten nodig. Ik heb niks aan 'geruchten' of 'fabeltjes'."
"Het is ook een feit!" protesteerde hij. Het irriteerde me maar meer. "Hier ergens ligt een grot waar mensen samen komen om tegen ons te strijden."
"Sam," zei ik, en hij schrok toen ik hem bij zijn naam noemde. "Lees jij soms voor het bed gaan nog steeds sprookjes?" Ik begon te lachen, en achter me lachten ze mee. Tuurlijk nam ik een stuk van mijn leger mee. Dit bos, daar heb ik vaker wat van gehoord. Al lijkt dit pure onzin, je weet natuurlijk maar nooit. Die sprookjes kunnen nog van pas komen. 

Ik dacht altijd makkelijk aan meer macht te kunnen komen. De leiders vermoorden, of een ander plan bedenken waardoor het me toch zou lukken. Maar toen verscheen dat rotte opvolgerssysteem. Wie in godsnaam bedenkt zoiets? 

Achter me hoorde ik gemompel. Het waaide, was ijskoud en de grond veranderde in modder. Elke stap werd zwaarder, doordat de schoenen aan de grond plakten. 

"Laat je niet gek maken," riep ik. "Ze willen ons laten denken dat er geen valstrikken of vallen zijn, maar pas bij elke stap goed op. Heb je geweer in je hand en wees op je hoede."

En uren verliepen. Liepen we rondjes, of leek het maar zo? Ik dacht aan hoe graag ik in mijn kasteel wil zijn, terwijl al die slome bediendes voor mij buigen en me wat warms aanbieden. Mijn soldaten dachten waarschijnlijk hetzelfde, maar misschien toch ook wat anders. 

Een geritsel ergens verderop liet me afleiden van mijn gedachtes. Ik hief mijn hand, en iedereen bevroor. "Shh..." Je hoorde de suizende wind, de donder die elke paar minuten sloeg. Toch voelde ik iemands aanwezigheid. Iemand die hier niet hoorde. Ik wees voor me uit en op mijn tenen liep ik naar voren terwijl de soldaten me volgden. 

Stappen. En niet slome, maar snelle. Iemand probeerde weg te komen!
"ERACHTER AAN!" schreeuwde ik

Misschien was het toch niet een slecht idee om dit bosje te bezoeken

_______________________

Deel 9 herschreven

I'm you're hope, You're my hope ✔ [#WattyS2020]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu