46 - Alles was goed

327 17 0
                                    

Het was alweer het einde van het jaar, oftewel alweer een paar weken geleden dat we de kamer in waren gegaan. Aurora had me alsnog de volgende dag vergeven en haar excuses aangeboden. Harry ook, maar Harry was alsnog teleurgesteld, wat ik totaal begreep.

Samen met Aurora, Lyra, Harry, Ginny en Ron liep ik de grote zaal in, voor onze laatste feestmaal van dat schooljaar. Hoewel er veel gedoe was dit jaar, was het echt een geweldig jaar.

'Gaan jullie nog wat leuks doen in de vakantie?' vroeg ik aan de rest terwijl we plek namen aan de Griffoendor tafel.
'Wij gaan naar Egypte.' antwoordde Ron, doelend op zijn hele familie. 'Leuk, en jullie?' vroeg ik aan Aurora, Lyra en Harry.
'Ik ga naar Spanje.' antwoordde Aurora.
'Ik blijf gewoon thuis.' zei Lyra.
'Leuk leuk, en jij Harry?' vroeg ik.
'Ik ga terug naar de Duffelingen, hopend dat het dit keer beter wordt daar.'
'Ik hoop het voor je.' antwoordde ik.
'En jij?' vroeg Lyra aan mij.
'Ik moet het met mijn vader doen.' antwoordde ik.
'Wat is erger, de Duffelingen of Sneep, denk je?' vroeg Harry. Ik dacht na, ik kende de Duffelingen niet, maar voor ik ook überhaupt kon antwoorden werd ik door Marcel Lubbermans onderbroken.
'Harry, Ron, daar is Hermelien!' zei hij tegen de twee jongens.

Allemaal draaide we ons hoofd naar de plek die Marcel had aangewezen, de ingang. Het meisje met een enorme bos bruine haren stond daar, met een enorm grote glimlach. Het werd tijd dat ze weer terug kwam, we miste haar allemaal. Ze glimlachte naar ons en wij deden het zelfde terug. Harry, Ron en ik stonden op van onze plek en keken toe hoe ze naar ons toe rende. Ze omhelsde Harry, daarna mij en ze gaf Ron een ongemakkelijke hand. 'Eh - eh - Uhm welkom - welkom terug Hermelien.' zei Ron ongemakkelijk, waardoor ik mijn lach in moest houden.
'Het is goed ik terug te zijn!' antwoordde ze en ze keek ons vrolijk aan. 'Gefeliciteerd! Ik kan niet geloven dat jullie het opgelost hebben, ik ben zo trots!' zei ze tegen Harry en Ron.
'We hadden veel hulp van jou gehad. Zonder jouw hulp was het nooit gelukt.' antwoordde Harry bescheiden en Ron knikte instemmend.
'Dankje.' mompelde Hermelien terwijl ze rood werd.

Terwijl ik druk in gesprek was met Hermelien over alles wat er de afgelopen tijd was gebeurd sloeg iemand twee handen voor mijn ogen. 'Raad eens wie ik ben?' vroeg het persoon en uiteraard herkende ik de stem meteen. Ik sprong op en gaf de persoon een knuffel.
'Ik heb je gemist, Maddie!' zei ik terwijl ik haar weer los liet. Ze gaf me een vriendelijke glimlach, voordat we weer aan de tafel gingen zitten.

Anderling sloeg weer met haar lepeltje tegen haar glas.
'Mag ik jullie aandacht alsjeblieft!' riep ze.
'Voordat we het feest beginnen, laten we applaudisseren voor professor Stronk en Madame Plijster die de Mandragora's goed hebben laten volgroeien, zodat de aangevallen studenten geholpen konden worden!' zei Perkamentus en meteen begon de zaal hard te klappen. 'En natuurlijk, vanwege alle omstandigheden worden alle examens geannuleerd!' riep professor Perkamentus. Nu werd er alleen maar harder geklapt, behalve door Hermelien, die het er niet mee eens was. Natuurlijk was Hermelien het er niet mee eens.

Tijdens het klappen werd mijn (net zoals die van vele andere) aandacht getrokken door iemand die binnenkwam gelopen. Alle hoofden van de leerlingen en leraren schoten naar de deur en langzaam viel de zaal stil.
'Sorry dat ik laat ben hoor, de uil die mijn vrijlating brief leverde werd helemaal confused en was de weg kwijt geraakt, een gekke uil genaamd Egidius!' riep Hagrid door de zaal. Ik keek Ron met een grijns aan en keek toe hoe hij langzaam rood werd, zo rood als de kleur van zijn haar. Hagrid liep de zaal door en stopte toen hij bij ons aankwam.
'Ik wilde gewoon even zeggen Harry en Ron én Hermelien natuurlijk ook. Bedankt, want zonder jullie zou ik nog in je weet wel waar zitten.' zei hij en hij kijk de drietal dankbaar aan. Harry maakte even oogcontact met mij ik knikte en hij stond op uit zijn plek.
'Er is geen Zweinstein zonder jou Hagrid.' antwoordde Harry met een glimlach en hij gaf Hagrid een knuffel. Perkamentus begon te klappen, gevolgd door McGonagall, Ron, Hermelien, mij en een paar tellen later zat iedereen te klappen, met allemaal tranen in onze ogen. Mensen gingen om Hagrid heen staan, gaven hem een hand, andere stonden op hun stoel te joelen. Het was een beeld dat niemand ooit zou kunnen vergeten, een beeld dat zoveel vreugde in zich had. Iedereen was vergeven, er waren voor even geen problemen meer. Alles was goed.

Our secretWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu