Chapter 26: Burried

2.4K 96 1
                                    

Harry;

Ik glimlach naar haar terwijl mijn handen nog op haar heupen liggen. Ik glimlach. Dat had ik niet verwacht. Louis is nog steeds weg. Waar hij is weet ik niet. Dat weet niemand. "Nou? Beantwoord je mijn vraag nog?"

"Ik maak mijn speciale omelet." Ik glimlach weer en haal mijn handen weg. "Zo.. En waar heb ik dat aan verdiend?" Ik kijk haar aan. "Omdat ik hier mag blijven en je goed voor me zorgt." Ik glimlach zwak. "Dat zou iedereen doen.."

Na een tijdje zitten we samen aan tafel. De omelet ruikt heerlijk maar ik moet telkens denken aan Louis. "Hij is beroofd." Zeg ik zacht. "Ik zag wat jongens rondlopen met zijn mobiel en portemonnee. Ze zeiden dat hij op het kerkhof was." Ik slik. "Ik dacht dat ze hem iets hadden aangedaan en heb overal gezocht en gegraven.. Maar ze hadden me voor de gek gehouden." Ik slik. "Ik weet zeker dat zij er iets mee te maken hebben. Maar ik weet niet wie het zijn. Het was zo donker." Ik neem een hap van mijn omelet.

Als het op is schuif ik het bord weg. "Dank je. Het was heerlijk." Ik meen het maar glimlachen lukt niet goed meer. "Ik ga straks weer verder zoeken. Ga je mee?" Ik weet dat ze pijn heeft maar toch. "We gaan met de auto dus je kan zitten.." Zeg ik zacht. Met zijn tweeën en daglicht moet ik hem wel vinden. Hij kan toch niet zo maar verdwijnen?

Ik loop naar boven en kleed me om. Mijn vieze kleren gooi ik in de wasmand. Ik loop weer naar beneden en kijk naar Ruby. "Klaar?" Ze knikt. "We gaan hem vinden. Ik voel het." Eigenlijk voel ik niks. Ik ben nergens zeker van.. Ik open de deur en help Ruby naar mijn auto. Ik ben in ieder geval niet alleen.

Louis;

Hij was me voorbij gereden.. Gister avond reed Harry langs. Ik herkende zijn auto. Maar hij reed verder. Hij dacht vast dat ik een zwerver was ofzo. Ik wou hem achterna rennen maar ik kon niet. Mijn benen kwamen niet in beweging. Zachtjes heb ik mezelf in slaap gehuild. Hij zocht me wel.. Hij zocht me. Hij geeft dus om me.

Het is nu de volgende ochtend en ik werd ruw wakker geschud door een man. "Ga van mijn plek af jij!" Riep hij. Het was een man met een klein baardje en gele tanden. Zijn ogen waren donker en zijn haar was zwart. Hij schudde me hard door elkaar. "S-stop! I-ik ga al!" Riep ik. Trillend kreeg ik mijn benen een beetje in beweging. Voorzichtig zette ik een stap. Te sloom voor de man want hij gooide me aan de kant en ik kwam hard op de grond terecht.

Ik kruip overeind. Ik heb een lange tijd op de grond gelegen. Ik weet niet wat het is maar mijn benen lijken het niet meer te doen. Ze trillen en beven en lopen gaat lastig. Langzaam zet ik een stap. En nog een. Het gaat zo moeilijk..

Verderop laat ik me tegen een muurtje zakken. Ik heb honger, ben alleen en heb pijn. Ik mis Harry. Als ik gister gewoon mijn mond had gehouden. Dan was alles goed geweest. "HARRY!" Roep ik. Ik denk niet dat hij het hoort maar ik blijf het proberen. "HARRY! RUBY!! NIALL, LIAM, ZAYN! IEMAND! Help me! I-iemand.. H-Harry..." Mijn geschreeuw eindigt in zielig gejammer. Tranen stromen over mijn wangen en ik zit luid te snikken.

"HARRY !" Roep ik weer. Ik sluit mijn ogen. Het is hopeloos. Opeens hoor ik een bekende stem. De stem van een jongen van gisteren. Ik kijk naast me. Wat doet hij hier? Wat moet hij van me!? Hij heeft mijn spullen toch? Hij heeft toch alles? "Ik heb bijna alles van je.. Ik moet nog één klein dingetje. Dan ben je van ons af. Of eerder dan zijn wij van jou af.." Het laatste mompelde hij en was onverstaanbaar. Ik kijk hem aan en de andere komen er bij staan. Ze pakken me beet en trekken me mee. Ik strompel en struikel maar als ik niet mijn best doe zal ik keihard vallen.

We zijn aangekomen op het kerkhof. De jongens lachen. "Die jongen heeft al een gat voor ons gegraven!" Roept er een. "Dat scheelt." Zegt de ander. Ik word op de grond gegooid en slik angstig. Ik kijk naast me en frons. Een kist? Ik word vast gepakt en erin getild. Op dat moment besef ik wat ze gaan doen. "Nee! Laat me los! Stop!" Ik krijg een klap in mijn gezicht. Uit mijn zak halen ze mijn sleutels. "Waar woon je!? En wat is je pincode." Roept iemand. Ik kan niet praten. Alleen snikken. Ik krijg nog een klap. De tweede zorgt ervoor dat ik gehoorzaam. Ik word stevig vastgehouden en dan word de deksel van de kist erop gedaan. Ik sla erop maar het heeft geen zin. "Laat me eruit!"

De kist word opgetild en ik hoor zand. Oh nee. Ze begraven me levend! Ze nemen mijn spullen en begraven me levend. "HARRY!!!" Schreeuw ik zo hard als ik kan. Er komt wat zand door de kist. "Bek dicht!" Roept een jongen.

Na een tijdje is het pikke donker. De streepjes licht zijn weg. Soms komt er wat zand in de kist. Ik snik en probeer naar lucht te happen. "Help me!"

Harry;

Ik rijd al een tijdje rond maar er is nog steeds geen spoor van Louis. Opeens zie ik de jongens weer. Ik stop en stap uit. "Wacht hier." Zeg ik tegen Ruby. Ik loop naar ze toe. "Waar hebben jullie hem echt gelaten!?" Snauw ik. Ze kijken me aan.

"We zeggen het als je eerst iets voor ons doet.."

LOST - H.SWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu