Deel 45

1.1K 68 0
                                    

De auto raakt me niet, waar ik ergens toch dankbaar om moet zijn. Maar ik lig wel vernederd en door de schrik op de grond. De portier gaat open en een lange jongeman stapt uit. Hij haalt een hand door zijn haar en kijkt me bezorgd aan. 

Gast: gaat het, meid?

Fatima: ik lig op de grond en was bijna dood... wat denk je?

Gast: het spijt me, dacht gewoon dat je je leven beu was.

Geen idee waarom, maar dat brengt me aan het lachen. Die jongeman biedt zijn hand nog aan, maar ik kan wel op eigen kracht opstaan. Ik zie Rafael bezorgd, maar ook jaloers naar de jongeman kijken. 

Gast: ik eh, ben eigenlijk op weg naar een familie, maar als je wilt zal ik je een lift aanbieden?

Fatima: het spijt me, maar ik accepteer geen liften van vreemden.

Gast: mijn naam is Hicham, zie je? Nu zijn we geen vreemde meer voor elkaar.

Door zijn spontane en leuke opmerking, moet ik lachen. Ik vertel hem wel dat ik me wel red en dan is hij weg. Ik vraag me af waarom stomme mensen altijd mijn hand komen vragen, maar zo'n leuke mensen niet. In de winkel koop ik maar snel iets zodat ik me geen crimineel voel en dan loop ik weer naar huis. Op het pleintje zie ik Salahedinne voetballen. In stilte blijf ik van een afstand naar hem kijken. Ik kan gewoon zien dat hij zijn frustraties probeert te uiten, maar dat het gewoon te veel voor hem is. Langzaam loop ik het veld op. De bal rolt mijn kant op en ik zie mijn kans om een doelpunt te maken. Dan richt ik me tot Salahedinne.

Fatima: gaat alles goed, makker?

Salahedinne: Hijbai! Lang geleden!

Fatima: ik weet het... ik eh, moest even een lange tijd alleen zijn.

Salahedinne: ik begrijp je helemaal.

Het is een tijd stil en we voelen gewoon de leegte tussen ons in hangen. Dan verzamel ik al mijn moed om het te vragen.

Fatima: Mag ik je iets vragen?

Salahedinne: tuurlijk!

Fatima: hoe..eh, sinds wanneer is Hamza verliefd op me geworden?

Salahedinne is stil en kijkt me zelfs niet aan. Hij haalt zijn schouders op.

Salahedinne: ik denk sinds hij je voor het eerst zag, hij was de eerste die ons vertelde dat je een speciaal persoon bent. En weet je, hij heeft het niet mis gehad!

Ik bedank hem, maar door zijn woorden ben ik van slag geraakt. Sinds hij me voor het eerst zag. Thuis leg ik de dingen die ik heb gekocht in de keuken en als ik de woonkamer binnenstap, zie ik dat de gasten er nog zijn. Tot mijn verbazing zit er iemand tussen die ik niet had zien aankomen. Hicham maakt zich lang (ja, langer dan hij al is) en komt op me af. Hij geeft me zijn hand en een knipoog.

Hicham: niet te geloven, het meisje dat ik bijna vermoord had! Waar heb ik dit aan verdiend? Is dit een soort stunt zodat ik me een beetje schuldig ga voelen over mijn  bijna-misdaad?

Fatima: ahaha (soms zegt hij echt rare dingen die me toch kunnen laten lachen)

Hicham: maar ik weet je naam nog steeds niet, blue eyes.

Fatima: is dat de naam die je me gaat geven? Want het is echt geen succes!

Hicham: beter dan je bij niks noemen!

Ik knik instemmend, dan zeg ik hoe ik heet. Hij kijkt me bewonderend aan, met zijn grote donkeren ogen. Zijn lange wimpers toren boven zijn ogen uit en ik heb nog nooit iemand zo knap gevonden. Dan moet ik denken aan Rafael en hoe vreselijk het voor hem moet zijn om zijn nicht kwijt te zijn. Hij heeft nu niemand die hem begrijpt. Behalve ik.. want ik ben tenslotte ook iemand kwijt geraakt.

In Love With Who?! Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu