April
De wachter die me hier naartoe had gebracht, kijkt me vol minachting aan.
Met gespeelde angst kijk ik terug. Nu ik weet dat die Sebastiaan hier zit, moet ik zorgen dat hij me niet herkent! Anders ben ik gegarandeerd dood.Tevreden over zichzelf pakt hij de kettingen en trekt hij me weer ruw mee.
"Doorlopen, rouge!"
Hij spuugt het woord "rouge" gewoon uit. Wat een nietsnut.
De pijn in mijn rug en mijn arm was een beetje minder geworden maar werd weer meer toen ik werd opgehaald om te wassen. Ze hebben hier blijkbaar hygiene regels.
Ik zat net tien minuutjes in mijn cel, toen een andere wachter me kwam halen.
Er werd me verteld dat na iedere "beurt" die je kreeg, je verplicht bent te douchen.
Vandaar dat iedereen er zo schoon uitzag de volgende dag.In gedachten verzonken loop ik bijna tegen een deur aan.
De wachter duwt me aan de kant, gooit de deur open en zegt dat ik tien minuten heb.
Ik kijk om me heen.Een redelijk kleine kamer, met een oude douche en een oude wastafel. De scheuren lopen door de muren heen en een constante waterdruppel valt naar beneden, waar een kleine plas ligt.
Ik stap over de vochtige vloer, het plasje ontwijkend.
Na de ruimte snel gecheckt te hebben op camera's en of dat de deur echt op slot zit, kleed ik me uit en zet ik de douche aan.
Het water is lauw, niet koud, maar ook niet warm te noemen.
Ik ga eronder staan en kijk of er iets van zeep ligt.
Ervan uitgaand dat het er niet zou liggen, ben ik verbaasd om toch een stukje zeep te vinden.Voorzichtig kijk ik naar mijn arm, de wond van het mes bekijkend. Ik frons. Normaal gesproken zou de wond al moeten helen, maar dat doet hij heel erg langzaam.
Ik was het bloed voorzichtig van mijn rug en stap dan uit de douche. Een koude rilling loopt over mijn rug.
Boven de wastafel hangt een kapotte spiegel.
Twee ijsblauwe ogen staren me emotieloos aan.
Ik kijk naar mijn wit-zilveren haar, ik heb nooit geweten waar ik dat van heb.
Mijn ogen dwalen verder naar de snee op mijn arm, ik huiver, daar wil ik niet meer naartoe, nooit meer.Ik draai me om en kijk naar mijn rug, waar een groot litteken is te zien.
Ik zucht, ik hoop dat snel heelt.Ik kleed me aan, en net als ik klaar ben komt de wachter naar binnen.
"Meekomen." Bromt hij.Geschrokken kijk ik hoe hij mijn boeien aandoet, hoe kan híj hier naar binnen? De deur was toch op slot?!
Hij trekt me mee en duwt me weer in mijn cel. Mij beduusd achterlatend.
Ik ga op mijn 'bed' liggen en staar naar het plafond.
Mijn gedachten dwalen af naar Dana, aan de conversaties die we hadden, haar oh zo wijze opmerkingen. Ik wil haar heel erg graag terug.Langzaam vallen mijn ogen dicht en val ik in een onrustige slaap.
~~~
"Opstaan rouge!"
Ik wordt ruw gewekt door een wachter die mijn ochtendeten, een stuk oud brood, naar mijn hoofd gooit.Met een pijnlijk gezicht ga ik op de rand van het bed zitten en raap ik mijn ontbijt op.
Ik kauw op het taaie brood en staar een beetje voor me uit.Ik scan snel de wond op mijn arm en zie dat het al dichtgegroeid is. Opgelucht zucht ik.
Het heelt niet zo snel als het zou moeten, maar het heelt in ieder geval iets sneller dan de wonden van mensen.Ik heb net mijn ontbijt op als er een wachter voor mijn cel komt staan.
"Dag twee, rouge." Grijnst hij gemeen.
Hij komt mijn cel in en pakt de kettingen die aan de muur hangen.
Kwaad kijk ik hem aan.
"Laten we nog eens naar De Kamer gaan." Gemeen kijkt hij me aan en trekt me mee.
Dan pas dringt het tot me door en ik zet grote ogen op.
Nee... we gaan toch niet.... niet alweer.....
^~~~~~^
Woohooo! We hebben de 1000 reads! Dankjulliewel!
Wat vonden jullie van hoofdstuk 9?Vote🌟Comment
Xx
JE LEEST
Frozen Wolf
WerewolfIjskoud. dat is hoe de meeste wolven mij kennen. Ik ben een weerwolf, maar dan een met een bevroren hart. Ik heb geleerd van mijn verleden, laat nooit, maar dan ook nooit iemand toe in je hart, het enige wat er kan gebeuren is dat iemand anders je e...