April
Z-zei hij dat nou serieus?..
Hij loopt om me heen en begint weer naar de bosrand te lopen. Omdat het nog steeds midden in de nacht is, is het moeilijk om Adam te onderscheiden van de zwarte achtergrond, maar door mijn betere zicht lukt het me toch. Snel loop ik achter hem aan.
Pardon? Helemaal verbaasd ga ik naast hem lopen.
Hij zucht, maar blijft wel gewoon doorlopen. Moet ik het herhalen? Vraagt hij geïrriteerd.
"Ja! Ja! JA! Herhaal het maar!"
Nee hoeft niet. Ik versta je wel.
Hij zucht alweer en loopt verder.
Oke, tot later dan. Zeg ik quasi onverschillig. Nu ben ik degene die zich omdraait en wegloopt, weer naar de buitenkant van de pack. Ik kijk nog een keer om en zie net hoe de duisternis Adam in zich opneemt. Ergens toch een beetje teleurgesteld loop ik verder, mijn looppas al snel veranderend naar een ren tempo.
Dana wil het weer overnemen, maar ik laat dat maar deels toe. Onze energie mengt als water en vuur, en binnen een paar seconden stroomt knetterende energie door me heen. We schieten weg en ik kan amper zien waar we allemaal heen rennen. Door de velden, het bos en de vrijheid tegemoet.
Uiteindelijk komen we tot stilstand op een bekende plek. Ik kijk om me heen en herken deze plek als de plek waar Adam me mee nam naar zijn huis. Toen het zo hard regende. Nu is deze plek zo vredig, bijna rustiek.
Ineens hoor ik geritsel dat snel nadert. Dit is geen onschuldig klein beestje, daar is het geluid veel te hard voor.
In recordtijd shift ik terug, doe ik mijn kleren- die nog steeds om mijn poot zaten- aan en scannen mijn ogen de bomen af. Als ik een goede boom zie sprint ik er naartoe en klim erin. Op ongeveer drie meter hoogte stop ik en ga ik zo stil mogelijk zitten.
Ik hou mijn adem in als de bosjes hoor bewegen en vervloek het zicht dat mensen hebben in het donker. Ik vermoed dat het een wolf is, misschien nog een bewaker. Mijn vermoedens worden bevestigt als ik een poot over de grond hoor schrapen. Heel vaag zie ik een schim, maar door de zachte wind en het ritselen van de bladeren kan ik niet zien wie het nu is.
Ik hoor een gefrustreerde grom, die ik ergens van ken.
Mate. Gromt Dana blij.
Een gevoel van opluchting spoelt over me heen. Het is Adam. Ergens ben ik blij dat hij me toch gevolgd is, maar mijn nieuwsgierigheid is erger.
waarom is hij me gevolgd? Ik besluit hem te mind-linken en mijn link wordt vrijwel meteen geopend door hem.
Kun je het zien? Bijt ik hem toe. Ik voel zijn verbaasdheid groeien.
Nee. Eigenlijk niet, waar in godsnaam ben je? Ik proest bij het idee van zijn rondzoekende gezicht. Ik voel meteen zijn blik mijn kant opschieten vervloek mezelf inwendig.
Zit je in een boom? Vraagt hij sceptisch.
Misschien. Mok ik tegen hem. Ik hoor hem in mijn hoofd lachen en begin aan mijn tocht uit de boom.
Mijn klim naar de bewoonde wereld ging goed, in het begin. Ik was al twee meter onderweg, toen het donker besloot mijn voeten in het niets te plaatsen. Met een gil verlies ik mijn evenwicht en val ik een meter naar beneden, waar ik hard op mijn billen terechtkom.
"Au.." pijnlijk wrijf ik over Mn billen heen, die de komende dagen nog pijn gaan doen.
Een mensenarm helpt me grinnikend omhoog. Adam is blijkbaar terugveranderd en heeft een zaklamp aangeknipt.
"Viel je nou uit een boom?" Lacht hij.Ik kijk hem aan met een pijnlijk gezicht.
"Nee, ik deed een random zwaartekracht test."
^~~~~~^
Lang leve school -_-
En lang leve 40k reads!! :DHopelijk vonden jullie dit hoofdstuk leuk!
Vote🌟Comment
Xx
JE LEEST
Frozen Wolf
WerewolfIjskoud. dat is hoe de meeste wolven mij kennen. Ik ben een weerwolf, maar dan een met een bevroren hart. Ik heb geleerd van mijn verleden, laat nooit, maar dan ook nooit iemand toe in je hart, het enige wat er kan gebeuren is dat iemand anders je e...