Part thirty - two

13.1K 241 7
                                    

POV Brooke

Ik knipper een paar keer met mijn ogen en langzaam word mijn beeld scherp. Een lege kamer met niks anders dan een raam. Ik probeer overeind te komen maar het gaat niet. Mijn handen zitten vast geketend aan de muur. Ik begin er hevig aan te trekken maar het heeft geen zin. De paniek slaat toe en tranen wellen op in mijn ogen. Gedachten razen door mijn hoofd. Aiden. Liam die gister mijn hand vast pakte. Liam die een doek in mijn mond duwde. Chloroform.

De deur word opengedaan en vol schrik kijk ik de gedaante aan. Ik kruip tegen de muur aan en probeer mezelf zo klein mogelijk te maken.
'Ach, je bent eindelijk wakker.' Met een enge lach staart de man me aan. 'Wie bent u? Wat doe ik hier?' fluister ik. 'Mijn naam is niet belangrijk. En jij bent het lokaas.' 'Lokaas?' vragend kijk ik hem aan. 'Het maakt allemaal niet uit. 'Laat me gaan. Ik ben niemand. U heeft niks aan mij.' 'Jij bent de dochter van een hoge vrouw van een belangrijk bedrijf. Tuurlijk heb ik wat aan jou.' Dat gezegd te hebben draait hij zich om en loopt de kamer uit. De deur valt achter hem in het slot.
In een hoge snelheid lopen de tranen over mijn wangen. Ik ga iets rechter op zitten. Ik ga staan. De kettingen zijn lang genoeg en op deze manier kan ik uit het raam kijken. Een kale vlakte met in de verte niks te bekennen. Geen weg, geen huizen, geen gebouwen, niks.
Ik zucht terwijl de tranen stil over mijn wangen stromen. Waarom ben ik hier? Wat willen ze van me? Denken ze nou echt dat mijn moeder rijk ik ofzo.

Ik hoor de deur weer open gaan en meteen draai ik me om. Hij staat met zijn rug naar me toe en stil doet hij de deur weer achter zich dicht. Langzaam draait hij zich om en meteen vinden zijn ogen de mijne. Zijn ogen zijn gevuld met spijt maar ik geloof het niet. 'Wat wil je van me?' Hij blijft stil. 'Waarom doe je dit?' Hij kijkt weg en klemt zijn kaken op elkaar. 'Ik dacht dat we vrienden waren.' fluister ik. Hij schrikt op. 'Ik kon niet anders.' Ik veeg mijn tranen weg en blijf hem aankijken. 'Wat bieden ze je? Geld? Lekkere wijven? Wat is het?' Zijn blik vol spijt veranderd in een blik vol afgunst. 'Denk je dat ik dit wil? Denk je dat ik dit voor mijn plezier doe?' Het is meer een snauw. 'Ik dacht dat je van me hield.' 'Dat staat hier los van.' 'Als je echt van me houd doe je dit niet. Ik weet niet of je het doorheb maar dit is ontvoering.' 'Ik had geen keus.' 'Je heb altijd een keus.' 'Deze keer niet. Ik kon vermoord worden.' Ongelovig kijk ik hem aan. Ik geloof het niet. Dat is het enige wat er door mijn hoofd galmt. 'Wat willen ze?' 'Geld.' 'Mijn moeder heeft dat niet.' 'Je moeder heeft een hoge functie in een multi national bedrijf. Tuurlijk heeft ze het wel.' 'Heb jij haar bankrekeningen in de gaten gehouden ofzo?' Hij ontwijkt mijn blik. 'O mijn god.' zeg ik fluisterend. 'Je heb het gedaan.' Hij kijkt me aan. 'Rot op.' Vragend kijkt hij me aan. 'Ga weg! Ik hoef je nooit meer te zien!' 'Brooke ik kan...' 'Niks Brooke! Ga weg!' Geschrokken kijkt hij me aan maar dan haalt hij snel de deur van het slot en verdwijnt hij uit de kamer.

Hoe kon hij het doen? Ik dacht dat Liam en ik vrienden waren. Hij heeft godverdomme onze rekeningen in de gaten gehouden. What the fack is er mis met die jongen. Ik kan er niet bij met mijn hoofd. Hij heeft me al die maanden gewoon gebruikt. Alsof ik een speeltje was.
De tranen stromen in een sneltrein over mijn wangen. De angst en paniek neemt alleen maar toe. Ik ga hier nooit meer wegkomen. Niet levend. Mijn moeder heeft dat geld niet. Ze gaan me vermoorden. Ik val op de grond.
Luide snikken verlaten mijn mond.
Hier zit ik dan. Alleen in een kamer. Mijn polsen vastgebonden. Met de gedachte dat ik hier nooit meer weg kom.

He wants me Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu