hoofdstuk 37

422 17 2
                                        

~ fenna ~

De wachtruimte van het ziekenhuis is helemaal gevuld. Niet met meubilair maar met onzekerheid. Witte muren, een lichtgrijze vloer, een aantal stoelen en 5 mensen die in onzekerheid zitten te wachten op de verlossende woorden van een arts. In ziekenhuizen vertellen ze je altijd dat de patiënt op de eerste plaats komt, maar ze missen één belangrijk iets. Voor de mensen in de wachtkamer komt de patiënt ook op de eerste plaats, waarom laten ze die mensen dan zo lang wachten op nieuws ? Ik weet dat ze natuurlijk ook hun best doen maar even een paar seconde de tijd nemen om familie en vrienden te vertellen of het wel goed gaat kan toch wel. Er word niet eens van ze verwacht om een uur lang in dokters taal uitleg te geven over wat er nou aan de hand is, nee gewoon een simpele; het gaat goed of het gaat niet goed, is al voldoende. Maar blijkbaar is dat te veel gevraagd.

Bram loopt al 2 uur ijsberend heen en weer, Carla is constant aan het bellen, Menno en Liselot hebben af en toe een kleine conversatie van 3 zinnen en ik staar maar een beetje voor me uit. Al twee uur lang is de grijze vloer mijn uitzicht en ook gaan er al twee uur lang de zelfde vragen door mijn hoofd. Gaat 'ie het halen ? Als hij het haalt, zal hij dan boos zijn omdat ik me niet aan m'n woord heb gehouden ? Is dit mijn schuld ? Nee het is niet mijn schuld, of toch wel ? Natuurlijk wel! Als ik eens een keer niet eigenwijs was geweest was het niet gebeurd of wel ? M'n hersenen maken overuren en mijn gedachtes zorgen ervoor dat ik langzaam gek begin te worden. Ik moet even naar buiten, een beetje frisse lucht kan op dit moment geen kwaad.

In tegenstelling tot binnen is het buiten aangenaam. De lente is net begonnen maar het voelt als hartje zomer. Een zacht briesje zorgt ervoor dat je buiten kan zitten zonder aan te voelen als de binnenkant van een oven die op 180 graden zijn werk staat te doen. De straat is bijna uitgestorven. Er is maar een enkeling die de straat op gaat om even een blokje om te lopen met de hond. De rest zit bij het zwembad in de tuin of zit ergens onder een parasol op het strand. Het is nog lang geen etenstijd maar de geur van een barbecue is sterk aanwezig. Typisch Nederlands, de eerste de beste dag met warm weer wordt er gelijk voor honderden euro' s aan vlees, aanmaakblokjes, houtskool en alcohol ingeslagen. De situatie waarin het team nu zit is eigenlijk wel te vergelijken met een barbecue; blijft de vlam branden of dooft hij uiteindelijk toch.

Het is goed te horen hoe de mensen aan de overkant het gezellig hebben. De gezelligheid die daar heerst is hier aan de andere kant van de straat ver te zoeken.Ik hoor de automatische draaideur van de ingang achter mij openen. Ik draai me met een ruk om. Gelijk verlaat een zucht mijn mond. Het is Menno maar. Het is niet dat ik het erg vind dat hij er is of zo, ik had alleen gehoopt dat het een arts zou zijn die nieuws over Evert had. Menno zit nog geen drie seconden naast me of de deur gaat al weer open. Dit keer is het Bram die de deur uitloopt, of eigenlijk rent. Hij struikelt bijna over een uitstekende stoeptegel maar hij blijft stug doorrennen. Voor het bankje waar ik, en nu ook Menno opzitten, komt hij tot stilstand. " er is nieuws "

Moordvrouw storyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu