~ They Will Come For You ~

227 7 0
                                    

"And felled in the night

By the ones you think you love

They will come for you" ~ Daniel In The Den

Ik heb veel dingen gedaan die niet zouden mogen. Ik heb overvallen gepleegd alsof het een lieve lust was, maar nog nooit heb ik iemand vermoord of heb ik dat zelfs maar gemoeten. Ik wist zelfs niet dat Dimi daartoe in staat was...

       Ik schuil onder het afdak van één of andere winkel en kijk uit over Hyde Park.

       Plots zie ik iemand door de regen... is dat huppelen? De persoon springt en klikt zijn voeten tegen elkaar. Ik hoor ook een lied.

       'Singing in the rain' mompel ik samen met de persoon. Het is een jongeman en hij komt dichterbij. Is dat... Dan!

       Ik verstop me nog meer tegen de muur en sla mijn armen om me heen terwijl ik hem nakijk. Hij ziet er erg vrolijk uit. Gelukkig maar, ik wilde hem niet kwetsen. In tegenstelling tot Dan voel ik me miserabel.

       Misschien zou ik dit ook moeten relativeren en gewoon proberen om vrolijk te zijn? Dat kon ik niet.

       Dan loopt voorbij aan de overkant en draait rond een lantaarnpaal. Daarna lacht hij en struint hij gewoon verder met zijn handen in zijn zakken. Ik kan amper een glimlach onderdrukken nu ik hem zie. Zeker zo. Zo vrolijk...

       Ergens mis ik hem, maar ik besef ook dat we nooit samen zouden kunnen zijn. We kenden elkaar ook maar zo kort. Dat kon nooit echte liefde zijn, toch? Een bevlieging, ja, het was een bevlieging.

       Ik zucht en besluit dat het zinloos is nog lang onder dit afdak te zitten wachten. Ik loop de regen in, maar niet omdat ik ergens naartoe moet... Ik moet enkel mijn tranen verbergen.

Ik moet met Woody praten. Laura, je MOET met Woody praten. 

       Ik sla mijn armen op me heen en liep de laatste meters door de regen naar een telefooncel. Waarom ik mijn eigen telefoon niet gebruik? Simpel, Dimi controleert mijn gsm.

       Ik zucht en draai het nummer dat ik eigenlijk uit mijn gsm had moeten wissen...

       'Hallo?' zegt Dan. Ik probeer mijn stem zo goed mogelijk te vervormen.

       'Meneer Smith, zou ik misschien met uw college bandlid, Chris Wood, mogen praten?' vraag ik met mijn beste mannenstem. Ik hoor Dan aarzelen.

       'Woody is niet meteen hier bij me,' mompelt hij, 'maar ik ga zo naar de jongens toe. Zal ik hem uw nummer doorgeven?' Dans stem is zacht en bezorgt me kippenvel.

       'Ehm...' pruttel ik. Ik had bijna weer mijn normale stem gebruikt. 'Dit telefoonnummer is privé. Misschien dat u mij zijn nummer kan geven?' Dan lijkt na te denken en ik kan amper een opgeluchte zucht onderdrukken als hij met mijn voorstel instemt. Zelfs door de telefoon kan ik horen hoe verlegen hij is. Dit beleefde gedoe zint me helemaal niets, maar ik heb voorgoed afscheid genomen van Dan. En dat zal helaas zo moeten blijven.

       Nadat Dan Woody's nummer heeft opgezegd, en ik hem even op mijn gsm overgetypt heb, bedank ik hem. We hangen praktisch samen op.

       Ik laat me tegen de telefooncel aan vallen en wrijf met mijn handen over mijn gezicht om het helder te krijgen.

       Je moet Woody bellen, Laura, geen tijd om het hopeloos verloren trutje uit te hangen. Ik recht mijn rug en draai het nummer. Als hij nou maar opneemt...

       'Met Woody' klinkt er aan de andere kant van de telefoon. Ik haal opgelucht adem.

       'Woody,' begin ik, 'ik ben het, Laura, je moet me beloven dat je niets tegen Dan of de rest zegt.' Woody humt van ja. 'Ik moet met je praten Woody, je weet vast wel waarom. Wil je me ontmoeten in Hyde Park?' Ongeduldig wacht ik zijn antwoord af.

       Ik kan me best inbeelden dat hij dit verdacht vind of misschien zelfs wat bang is, dus voeg ik eraan toe: 'Ik ga je niet vermoorden.' Hij blaast opgelucht uit.

       'Kan ik de jongens meebrengen?' vraagt hij me.

       'Breng je Dan mee?'

       'Nee.' Ik denk na.

       'Goed, maar ik moet ook met jou alleen kunnen praten. Zie je dat zitten?' Hij fluistert dat ik even moet wachten en ik hoor hem zijn hand op de telefoon leggen.

       'Oh, ik zie dat je al gebeld bent?' vraagt iemand. Ik gok op Dan. Ik hoor Woody instemmen, zich verontschuldigen, gevolgd door voetstappen.

       'Sorry Laura, Dan kwam net binnen. Je wil dus met me praten, zei je?' Dat bevestigde ik. 'Goed, ik kom er aan wanneer de jongens en ik een excuus hebben gevonden voor Dan.' Ik stop snel nog een muntje in de telefoon voor de tijd verloopt.

       'Perfect! Ik zie je zo. En Woody, het spijt me zo dat ik je dit aan doe.'

       Ik hoor hem een tijdje stappen en daarna: 'Dat geeft niet, Laura, het is niet jouw schuld.' We nemen afscheid en ik loop de telefooncel uit.

       Mijn hoofd zit helemaal vol. Ik vraag me af of ik Woody alles wel goed zal kunnen uitleggen.

       Dat geeft niet, Laura, het is niet jouw schuld. Die zin blijft door mijn hoofd spoken. De regen is nu zachter geworden en gereduceerd tot een miezerig motregentje.

       'Het geeft wel, Laura,' zeg ik tegen mezelf wanneer ik mijn jas dichter om me heen sla, 'het is wel jouw schuld.'

Laura Palmer ~ Dutch BΔSTILLE Fanfiction ~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu