40. Spanning
'Jap' klinkt het na enkele seconden, 'zo is het wel goed, Noel.'
'Er is juist niets goed' zegt Noel, zijn ogen blijven die van Brendan vasthouden. De spanning lijkt wel tussen hen in te knetteren, ik zou willen ineen krimpen. Hoe kan zoiets nu gebeuren.
'Brendan' zeg ik, 'Brendan!'
Eindelijk laat hij Noels blik gaan en kijkt hij mij aan, zijn ogen zijn op een andere manier donker. Helder, alert, mannelijk.
'Noel' zegt Joyce, 'het is je verjaardag. Laten we gaan, ik ken nog wel een tussenstop.'
Ze keurt me geen blik waardig, wat me eerst verbaast maar dan denk ik terug aan de weken voor mijn vertrek. Hoe Joyce toen kwaad op me werd zonder reden en hoeveel ze rondom Noel hing.
Eigenlijk is het best duidelijk, ze is stikjaloers dat Noel mij nog steeds wil en niet haar.
'Blijven jullie maar' zeg ik plots, 'wij moeten hier toch af.'
'We zien je toch nog wel eens?' hoor ik Lily hoopvol vragen. Ik glimlach.
'Natuurlijk, ik laat nog wel wat weten. Veel plezier deze, uhm avond.'
Enkelen glimlachen spijtig naar me, maar algauw rijdt de metro het station uit en blijven Brendan en ik en nog een paar andere mensen achter.
Ongemakkelijk blijven we staan. Hij omdat hij vast geen idee heeft waarheen en ik, omdat ik geen idee heb wat te zeggen.
Hij dééd helemaal niets verkeerd, hij zei één iets en toch zitten we weer in een probleem situatie. Ik zucht en kijk hem aan. Als ik merk dat hij me geamuseerd aan staat te kijken, verschiet ik even.
'Hierheen' mompel ik en dan loop ik het bordje met uitgang op achterna. Ik ben amper twee meter verder als hij mijn pols vastneemt en me terug naar hem toe trekt.
Het enige dat ik kan zien is zijn donkerblauwe sweater, ik sta zo dicht dat ik mijn hoofd in mijn nek zou moeten leggen om hem aan te kijken. Zijn hand glijdt van mijn pols naar mijn heup.
Op de achtergrond stopt een metro en het geluid van uit- en instappende mensen klinkt luid. Ze stoppen bijna niet als ze ons tegen de muur zien staan. Mijn rug wordt er nog steviger tegen geduwd.
'Brendan' zeg ik zacht, van waar ik sta denk ik zelfs zijn hart te horen, maar het kan evengoed dat van mij zijn.
'Je moet begrijpen' zegt hij en hij gaat een halve pas achteruit zodat we elkaar kunnen aankijken.
Snel kijk ik om me heen, maar er is niemand meer in de buurt. 'dat als een andere jongen nog maar naar je kíjkt, ik jaloers word.'
Ik frons, maar hij gaat door.
'Zéker als je hem 'knapperd' noemt.'
Hier sta ik met mijn mond vol tanden.
'Ik' begin ik, maar ik herpak me, 'het is een oude bijnaam.'
'Vast.'
'Brendan' zeg ik, 'alleen maar plezier.'
'Alleen maar ons twee.' kaatst hij terug en ik vernauw mijn ogen even.
'Dan staan we vanaf nu terug gelijk.'
Hij knikt. 'Goed.'
'Goed.'
Ik druk me van de muur af en loop hem voorbij. Niet veel later loopt hij alweer naast mijn zijde.
'Weet je' zeg ik, 'jaloers zijn staat je wel.'
JE LEEST
De liefde van mijn nieuw leven
Mystery / ThrillerAmber-Rose Divlis verhuist naar Miami. Daar leert ze haar twee stiefzussen Dianna en Arielle kennen. Verhuizen wou Amber helemaal niet en ze is in eerste instantie dan ook boos op haar moeder, maar als ze in Miami aankomt bevalt het haar wel. Eenmaa...