Hoofdstuk 2: In bedwang

581 20 6
                                    

Met z'n alle hebben ze mij vast. Paul en Zayn mijn benen en Charlie en Liam mijn armen. Als een maniak gil ik om los te komen. Viv staat al klaar met een kalmeringsmiddel. Ergens weet ik dat ik me moet overgeven aan hun, maar ik kan het niet. De paniek is te hoog. "Harry, we kunnen je pas loslaten als je rustig bent. We zijn hier niet om jou pijn te doen. We willen alleen niet dat jij jezelf pijn doet." Zegt Liam. Tranen stromen over mijn wangen.

Uit de keuken had ik één van de messen meegenomen naar mijn kamer. Heel erg lang overwoog ik mezelf te beschadigen. Iets wat ik vroeger altijd deed. Die drang is heel lang weggeweest, maar was nu weer terug. Toen kwam Liam ineens naar binnen en zag mij met dat mes zitten. Uit angst zette ik het mes toen tegen mij pols aan, in de hoop dat hij zijn afstand zou houden. Maar in één snelle beweging had hij het mes uit mijn hand en mij stevig vast. Niet veel later kwamen Paul, Zayn, Charlie en Floris en vlak daarna kwam Viv ook.

Als ik iets gekalmeerd ben zegt Liam: "Paul en Zayn gaan je nu loslaten, maar dan moet je wel rustig blijven." Iets in mij kan niet meer kalm blijven. Zodra Paul en Zayn mij een klein beetje loslaten begin ik te trappen. Natuurlijk pakken ze mijn benen dan meteen weer vast. Charlie laat mij rechtop zitten. Hij komt achter mij zitten en zegt: "Laat hem maar los." Iedereen twijfelt, maar uiteindelijk doen ze het toch. Ik probeer meteen weg te komen. Charlie is tien keer sneller en pakt mij stevig vast. Hij zet mij op zijn schoot en houdt mij stevig vast. "Shh, je bent nu veilig. Ik doe je niets." Zegt hij zachtjes in mijn oor. Nog steeds probeer ik los te komen. Ik schop, sla en vecht zo hard als ik kan. Het lijkt Charlie niets te doen. "Wachten jullie maar even buiten." Zegt Charlie dan.

Iedereen loopt mijn kamer uit. Zodra iedereen weg is keert de rust in mijn hoofd terug. De angst ebt langzaam weg. "Rustig maar Harry. Shh, rustig maar." Zegt Charlie weer zachtjes in mijn oor. Langzaam wiegt hij mij heen en weer. Dan geef ik het op. Ik geef me helemaal over aan Charlie. Nog harder dan net begin ik te huilen. In de armen van Charlie voel ik me even veilig en kalm. Ik voel me een klein kind wat getroost moet worden.

Het lijkt wel uren te duren voordat ik echt rustig ben. Charlie heeft mij al die tijd vastgehouden en zachtjes heen en weer gewiegd. "Kan ik je loslaten?" Vraagt Charlie. Ik knik. Voorzichtig laat hij mij los. Ik ga op mijn bed zitten en trek meteen mijn knieën op tegen mijn borst.

Schaamte heeft het nu overgenomen. Totaal van de wereld was ik. Er is geen manier om dit goed te praten. Charlie pakt nu een stoel en komt tegenover mij zitten. "Wat gaat er nu door je hoofd heen?" Vraagt Charlie. Eerst haal ik mijn schouders op, maar daarna geef ik toe: "Schaamte..." Charlie schudt hevig zijn hoofd en zegt: "Je hoeft je hier nooit ergens voor te schamen. Je zal vast je redenen hebben waarom je zo reageerde en dat is oké. Je zit hier niet voor niets." Ik knik alleen. Toch blijft het door mijn hoofd gaan.

"Hoe komt het denk je dat je zo van slag was en drang had te automutileren?" Vraagt Charlie dan. Eigenlijk durf ik niet toe te geven waardoor het komt. Misschien worden ze dan wel boos, of verbieden ze het. Zenuwachtig begin ik op mijn lip te bijten. Charlie blijft mij indringend aanstaren, dus dan antwoord ik toch: "Vandaag ga ik Louis verkering vragen." Charlie krijgt een glimlach en antwoord: "Dat is inderdaad heel spannend, maar het zou niet deze gedachtes en gevoelens moeten oproepen. Het hoort leuk spannend te zijn." Dat weet ik zelf natuurlijk ook wel, maar het feit dat ik een homoseksuele relatie aanga roept herinneringen van vroeger op. "Is het verantwoord als ik je nu alleen naar het bos laat gaan?" Vraagt Charlie aan mij. Ik knik en antwoord: "Ik ben weer rustig." Charlie knikt en zegt: "Nou ga maar dan. Maar als je terug bent wil ik je eerst zien voordat je naar je eigen kamer gaat, of iets anders gaat doen." Ik beloof dat te doen en loop dan mijn kamer uit.

Een maand geleden heb ik Louis leren kennen. In die tijd zijn we steeds hechter geworden. We hebben het er nooit over gehad of hij homo is, dus er is een grote kans dat ik mezelf vandaag echt heel erg voorschut zet. Daar ben ik heel bang voor. En voor zijn reactie als hij erachter komt dat ik homo ben. Dat roept zoveel angst bij mij op, maar ik wil me ook niet door mijn angst laten leiden.

Als ik in het bos aankom is er nog niemand. Gelukkig maar. Dan heb ik nog even tijd om me voor te bereiden. Zenuwachtig ijsbeer ik heen en weer. In mijn hoofd neem ik nog een keer door wat ik allemaal wil zeggen tegen Louis. Als hij niet op jongens blijkt te vallen zak ik echt door de grond van schaamte. Dat zou echt de gênantste situatie ooit zijn. De gedachte daaraan maakt me nog zenuwachtiger.

"Harry, is alles goed?" Vraagt Louis zodra hij mij ziet. Ik knik alleen. We gaan op de boomstam zitten. "Waarom ben je zo zenuwachtig?" Vraagt hij. Ik adem even diep in en begin dan: "Louis, vanaf het moment dat ik je voor het eerst zag fladderde de vlinders al door mijn buik. Jij en ik lijken gemaakt voor elkaar. Louis, wil je verkering met mij." Louis krijgt een grote glimlach en knikt. "Natuurlijk, Harry!" Antwoord hij. Een zucht van opluchting gaat door mij heen. Voorzichtig druk ik mijn lippen op die van Louis. Hij lijkt er eerst van te schrikken, maar ontspant al snel weer. Het is een korte, onwennige kus, maar wel onze eerste kus.

Infinity (Larry fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu