Hoofdstuk 27: Mis

274 17 0
                                    

Gister was echt een leuke dag. Louis heeft veel plezier gehad in de bioscoop en het lasergamen was ook heel leuk. Daarna werden we verrast met een tweepersoonsbed. Daar waren we echt heel blij mee. We hadden het er nog over dat we graag een tweepersoonsbed wilde. We hebben ook allebei heel goed geslapen vannacht.

Vandaag is Louis met Niall en Julie shoppen. Hij was best wel nerveus, maar hij leek ook enthousiast. Ik zit bij James voor een evaluatie. Om te kijken of ik nog tevreden ben met Charlie als mijn begeleider. Natuurlijk ben ik dat nog steeds, dus het is niet zo'n boeiend gesprek. Maar dan wordt er ineens geklopt op de deur. James doet de deur open en meteen hoor ik Charlie zeggen: "Harry moet even met mij mee." Ik spring meteen op en loop ook naar de deur toe. Mijn hart klopt in mijn keel. Dit heb ik eerder meegemaakt en toen was er iets met Louis. "Wat is er aan de hand?" Vraag ik bang. Dan zie ik Julie en Niall de groep binnenlopen. Het valt me op dat Louis niet meer bij hun is, dus daar vraag ik meteen naar. Charlie zegt dan we in de groepsruimte moeten gaan zitten.

Als we allemaal in de groepsruimte zitten begint Charlie te vertellen dat er iets met Louis aan de hand is. Niall verteld dan hoe Louis ineens weg was tijdens het shoppen en ze hem nergens meer konden vinden. Dit kan gewoon niet waar zijn. Het lijkt wel een nachtmerrie waar ik in zit. Er is weer iets met Louis gebeurd? Waarom overkomen die dingen hem toch steeds. Ik geef aan dat ik even nodig heb en loop dan de groepsruimte uit.

In het lokaal waar ik ben lijken de muren wel op me af te komen. Boos duw ik tegen een tafel aan en die dan omvalt voelt dat eigenlijk best goed. Dan begin ik met alles wat ik tegen kom te gooien. Alles wat ik in handen krijg gooi ik door het lokaal.

Totdat alles in een klap bij mij terug komt. Ik laat me door mijn benen zakken en begin te huilen. Charlie komt naast mij zitten. "Waarom?" Mompel ik. "Waarom gebeuren dit soort dingen altijd bij hem. Binnenkort gaat hij er echt kapot aan. Als hij dat niet al is..."

Als ik bij Louis ben geweest, snap ik pas echt wat Charlie bedoelde. Het is goed mis met Louis. Echt heel goed mis. Ik weet ook gewoon niet meer wat ik moet doen. De vermoedens van wat er met Louis is gebeurd maken mij bang. Ook ben ik heel bang dat Louis zichzelf één van deze dagen iets aan gaat doen.

*Flashback*

Als ik Charlie weg hoor lopen spring ik uit mijn bed en ren naar het dak toe. Ik wil niet meer. Nu echt niet meer. Er is voor mij geen reden meer om te leven. Op het dak loop ik naar die scherpe ijzeren rand. Met alle kracht die ik heb haal ik mijn pols er langs. Mijn pols en de grond kleuren meteen rood. Het loopt er best hard uit.

Na een paar minuten begin ik me aardig duizelig en licht in mijn hoofd te voelen. En dan komen de twijfels? Is dit echt wat ik wil? Wil ik echt dood? Of wil ik mijn leven hier verbeteren? Wil ik iedereen hier het aandoen om mijn zelfmoord te moeten verwerken. Wil ik dat iemand mij hier dood op dit dak vind.

Met mijn hand probeer ik zo goed mogelijk de wond dit te knijpen en dan loop ik naar beneden. Doodsbang ben ik voor de reactie van iedereen. Dit is het moment dat ze boos zullen worden. Halverwege de trap moet ik even gaan zitten, zo duizelig ben ik. Als ik op sta en verder naar beneden loop zie ik een jongen staan die iets ouder is dan mij. "Harry toch?" Vraagt hij. Ik knik alleen, terwijl ik verder strompel. "Ik ben Rover. Is alles oké?" Vraagt hij. Nu schud ik mijn hoofd. Ik vermoed dat hij dan het bloed ziet. "LIAM!" Schreeuwt hij, terwijl hij weg rent. Ik laat me langs de muur naar beneden zakken. Te zwak om nog te staan.

*Einde Flashback*

Tijdens het eten word het mij te veel. Boos schop ik mijn stoel achteruit en ga de gang op. Als Charlie dan achter mij aan komt word ik alleen maar bozer. Om van hem af te komen loop ik naar buiten toe, maar zelf dan blijft hij mij achtervolgen. Snapt hij niet dat ik alleen wil zijn.

Als we dan echt in het bos aankomen, draai me naar hem om en schreeuw: "TYF TOCH GEWOON OP! LAAT ME MET RUST! WAT DENK JE DAT IK GA DOEN, ME OPHANGEN AAN EEN BOOM! FLIKKER TOCH OP!" Ik laat mezelf naar de grond zakken en kan mijn tranen dan niet meer bedwingen. Als Charlie naast mij komt zitten, roep ik dat hij weg moet gaan. Uit pure frustratie, omdat ik niet meer weet wat ik met mezelf en deze hele situatie aan moet, zet ik mijn nagels in mijn arm en begin mezelf te krabben. Charlie pakt direct mijn hand vast en zegt: "Harry, niet jezelf pijn gaan doen. Dat is niet de oplossing." Ik probeer meteen mijn hand los te trekken, maar Charlie laat niet los. "GODVERDOMME, CHARLIE, LAAT ME LOS. TYF OP! LAAT ME MET RUST!" Schreeuw ik meteen weer. In plaats van mij los te laten, slaat hij juist zijn armen om mij heen en houdt mij stevig vast. Daardoor word ik natuurlijk alleen maar bozer, dus ik begin van alles en nog wat te schreeuwen en schop, sla en duw hem uit alle macht om los te komen. "Tis oké. Gooi het er allemaal uit." Zegt Charlie kalm.

Na een paar minuten ben ik weer gekalmeerd. Charlie laat mij dan ook weer los en vraagt wat er aan de hand is. Als ik uit heb gelegd dat ik bang ben dat Louis weer misbruikt is, breek ik opnieuw. Dit keer laat ik Charlie mij troosten.

Pas laat in de avond ga ik terug naar de groep. Charlie is meer dan een uur geleden terug gegaan naar de groep. Ik wilde nog even alleen zijn. Als ik de groep binnenloop klop ik op de deur van Charlies kamer. Als hij opent doet zeg ik: "Ik ben terug." Hij knikt tevreden. "Wat moet ik nu doen?" Vraag ik aan Charlie. Hij denkt even na en antwoord dan: "Ik zou niet veel anders doen dan normaal. Alleen push hem niet te veel en raak hem zo min mogelijk aan." Ik knik alleen en loop dan naar onze kamer.

Voor ik naar binnen loop moet ik even diep ademhalen om te kalmeren. Als ik dan naar binnen loop zeg ik: "He love, ik ben weer terug." Voorzichtig ga ik op ons bed zitten, maar blijf op afstand van Louis. "Ik hou van je, Louis. Wat er ook gebeurd." Zeg ik. Zo blijf ik een tijdje tegen hem praten, maar dan zeg ik dat ik ga slapen. Niet dat ik nu goed zou kunnen slapen.

Infinity (Larry fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu