--- 4th trouble --- Waiting for what's to come
*Enkele dagen later: vrijdag - vervolg*
20.50. Hij had nog tien minuten. Ik was nog steeds lastig. Maar tegelijkertijd had ik ook spijt van mijn uitbarsting. Ik wilde hem helemaal niet kwijt. En toch… Het feit dat hij me niet in vertrouwen nam, dat hij duidelijk iets voor me verzweeg wat hem enorm bezighield, dat kwetste me heel erg. Die meiden, die waren de druppel die mijn emmer lieten overlopen. Hoewel ik dit gedoe inderdaad kotsbeu was, was mijn reactie daarstraks een beetje buiten proportie… Ik wist van mezelf dat ik me er hoe dan ook niet zou kunnen aan houden. Stel dat hij me zometeen niets vertelt over wat er met Marco gebeurd is… Wel, hoe erg het me ook zou kwetsen dat hij dit blijkbaar niet aan mij kán vertellen, ik kan het sowieso niet over mijn hart krijgen om hem de deur te wijzen. Ik moest mezelf hiertegen beschermen, want ik zou mijn eigen hart breken. Ik kan niet meer zonder hem. Hij is als een drug. Nee, erger nog. Hij is meer verslavend dan een drug. Dat kan gewoonweg niet anders. Een ergere verslaving als deze Harry-verslaving van mij, dat kan onmogelijk bestaan. Het verbaasde me steeds opnieuw hoe snel hij een plekje in mijn hart had weten veroveren. Voor mij was het duidelijk: dat plekje in mijn hart behoorde hem toe. Of hij blijft, of mijn hart verandert in een slagveld waar er nooit plaats zal zijn voor iemand anders.
Ik dwaalde rusteloos door mijn kamer. Wachtend. Mijn voeten brachten me naar de grote withouten rechtopstaande spiegel in de hoek van de kamer. Nauwgezet nam ik mijn spiegelbeeld in me op. De frons tussen mijn wenkbrauwen sprong me vrijwel meteen in het oog. Mijn vingers gleden over de donkere schaduw onder mijn ogen. Ik zag er ouder uit. Ouder dan enkele dagen geleden. Ik zag er uit als mijn fictieve oudere zus. En nee, het interesseerde me niet hoe ik eruit zag. Maar het deed me pijn dat hij dít met me deed. En ik liet het gebeuren. Mijn buikgevoel vertelde me dat dat vandaag niet anders zou zijn.
21.00. Geen spoor van Harry. Ik plofte neer op mijn bed en trok mijn knieën op, mijn kin erop rustend. Ik probeerde aan niets te denken. Niet aan Harry. Niet aan wat hij voor mij verzweeg. Niet aan al die andere meiden die een moord zouden begaan voor mijn aandacht. Niet aan alle gevoelens die door mijn lijf raasden. Liefde. Passie. Verdriet. Verraad. Jaloezie. Ik wist geen raad met mezelf. Hoe meer ik probeerde niet aan dit alles te denken, hoe erger deze dingen bezit namen van mijn gedachten. 21.08. Harry. Nog steeds was hij er niet. Hij was nooit te laat. Blijkbaar was ik het niet waard. Hij had zijn keuze gemaakt. Hij vond het best dat ik hem even niet wilde zien. Blijkbaar. Ik had gedacht dat hij beter zou weten. Dat ik hem nooit de deur zou wijzen, of hij het nu tegen me ging vertellen of niet. Maar dat maakte niet meer uit. Hij had de knoop doorgehakt.
En net op dat moment ging de deurbel. Niet veel later hoorde ik gestommel op de trap. Mams had hem vast binnen gelaten. Of ik het nu wilde of niet, er ging opluchting door me heen. Het interesseerde me momenteel niet eens of hij het zou vertellen, hetgene waar ik daarstraks zo op aandrong. Het belangrijkste was dat hij hier was. Twee keer snel achter elkaar werd er op de deur geklopt. Zacht, maar toch duidelijk hoorbaar. Ik negeerde het geluid en wachtte, op mijn bed zittend met mijn rug naar de deur. Ik verroerde geen vin. Niet omdat ik niet wilde dat hij binnenkwam, maar omdat ik niet wist hoe ik precies moest reageren. Het, voor mij heel erg herkenbare, piepje van de deur maakte me duidelijk dat hij de deur had geopend en dat hij nu maximum een drietal meter van me verwijderd was.
Ik hield mijn adem in. Alsof ik bang was voor wat er nu zou gebeuren. Voor wat hij zou gaan zeggen.
"Hey," klonk het zacht.
Ik ademde diep uit. Zijn stem klonk veel positiever dan ik had gehoopt. Hij klonk zelfs wat zenuwachtig. Ik draaide mijn hoofd en keek achterom. Zijn blik was op de grond gericht. De restanten van de oude Marcel kwamen wat naar boven. Ergens hield ik van zijn onzekere kantje. Maar het was nu wel wat dubbel, omdat ik het was die hem onzeker maakte.
"Hey," zei ik, pogend vrolijk te klinken.
Ik klopte zachtjes naast me op het bed, het teken dat hij naast me moest komen zitten.
En daar zaten we dan. Nietszeggend naast elkaar. Voor ons uitstarend. Zijn schouder tegen de mijne, zijn lichaamswarmte die langzaam maar zeker mijn lichaam binnenstroomde. Het was stil, al enkele minuten lang. En toch voelde het niet ongemakkelijk. Integendeel, ik voelde me tot rust komen.
"Ik dacht dat je niet meer zou komen," rolde er uit het niets over mijn lippen, nog steeds voor me uit starend.
De seconden die volgden kropen voorbij. Hij antwoordde niet. Plots voelde ik zijn hand aan mijn kin. Hij dwong me zachtjes om hem aan te kijken. Zijn ogen boorden haast gaten in de mijne.
"Ik dacht dat je–" begon ik, maar hij brak mijn zin af door zijn lippen hard op de mijne te drukken.
Ik zoende hem terug, alsof mijn leven ervan afhing. Ik voelde de overgave en de passie achter zijn zoen. Het was de manier waarop zijn vingers door mijn haren gleden. De hitte die van zijn wangen afstraalde. Mijn hand streelde van zijn hals naar zijn borst, om daar halt te houden. Zijn bonkende hartslag, het bewijs dat zijn hart voor ons klopte. Naar adem happend, onderbraken we onze zoen.
"Je moet niet denken," zei hij op een onregelmatig ritme, "je moet weten dat ik van je hou."____________________
Het spijt me enorm dat ik zo laat update :$ Het is enorm druk op school en ik ben ziek geweest :( Ik stop sowieso niet met dit verhaal, het kan alleen soms wat langer duren voordat ik post... Ik hoop dat jullie dit stukje niet zo erg vinden sucken als dat ik dat vind :$
Veel liefs, Famke
JE LEEST
Styles'formation || m.s. & h.s. [dutch]
أدب الهواةMarcel Styles, dé nerd van de hele buurt. Hij wordt gepest. En als hij eens niet gepest wordt, wordt hij genegeerd. Vrienden heeft hij niet. Zijn ouders snappen hem niet. Door niemand wordt hij begrepen. Hij zoekt troost en begrip in zijn fantasiewe...