32. Ik ben blij om u te zien

48 0 0
                                    

(Floor)

29 augustus 2018

In het licht van twee kaarsen zie ik hem zitten. Caspar zit, op zijn rugzak, voor het graf van zijn moeder. Hij is tegen haar aan het praten. Af en toe hoor ik hem snikken. Zachtjes ga ik zijn kant op. Wanneer ik in zijn buurt ben merkt hij mij op en schrikt. 

Dag Caspar, niet schrikken. Ik ben Floor Lommelen van de politie, zeg ik en schijn met mijn zaklamp op mijn politiekaart. Ik ben al heel de dag naar u op zoek. Gaat het goed met je? 'Heeft mij vader jullie gebeld?' U vader is bij ons langs geweest om u als vermist op te geven. 'Heeft hij mijn brief niet gevonden?' Jawel, maar hij maakt zich zorgen en hij mist u. Caspar draait zijn hoofd weg. Mag ik bij u komen zitten? Hij knikt. Ik zet mij op de grond naast Caspar.

Heb jij haar graf zo mooi gemaakt? 'Als ik bij haar ben steek ik altijd een kaarsje aan en maak ik het graf proper'. Mooi. 'Mijn mama hield van kaarsen. In de winter stond heel het huis ermee vol, omdat zij het mooi licht vond en het warmte bood'. Heb jij hetzelfde gevoel als jij een kaarsje aansteek wanneer jij bij haar bent? Caspar knikt. 'Zo heb ik het gevoel dat zij een beetje dichter bij mij is'. Zij moet heel speciaal voor u zijn geweest. 'Dat was zij zeker. Ik hield veel van haar en zij van mij'. Jij lijkt op u mama. Er ontstaat een glimlach op zijn gezicht. Waarom moet jij lachen? 'Iedereen zei dat altijd, dat ik op haar leek'. Het is goed te zien. Samen kijken wij naar de kaarsen en de foto van Viv, zoals Caspar zijn moeder heette. 

'Ik mis haar super hard'. Heb jij afscheid kunnen nemen van u mama? 'Ja, mama is thuis gestorven. Mama had kanker en kreeg daar chemotherapie voor. Toen zij op controle moest in het ziekenhuis vertelde de dokter dat de chemo niet zijn werk deed en de kanker aan het uitzaaien was. Het hielp niet meer om haar nog meer chemo te geven. Mama voelde zich ook niet beter dor de chemo, terwijl dat dat wel voorspeld was. In de weken na die controle werd haar gezondheid steeds slechter. Al die tijd heb ik mama geholpen waar ik kon, maar ik zag dat het slechter met haar ging. Mama heeft toen met de oncoloog en de huisarts besproken dat zij euthanasie wilde, omdat zij niet nog meer achteruit wilde gaan. 's Avonds, nadat wij nog een mooie dag hebben gehad, is mijn tante en opa en oma afgekomen. Met z'n alle zijn wij om het bed van mama gaan zitten. Iedereen heeft afscheid van haar genomen. Ik heb haar hand vast gepakt. Zij zei dat zij van mij hield en ik heb haar een kus gegeven. Daarna heeft zij toestemming gegeven aan de arts om haar leven te beëindigen. Als die tijd heb ik haar hand vast gehouden. Op haar begrafenis heb ik gitaar gespeeld en heb ik een tekst voor haar voorgelezen'. Ik veeg een traan van mijn gezicht. Dat is heel mooi dat jij dat nog voor u mama hebt gedaan. Zij moet heel trots op u zijn geweest. 'Dat hoop ik'. Mijn hand leg ik op zijn schouder.

'Leeft u mama nog?' Nee. 'Had zij ook kanker?' Mijn mama is overleden aan een aneurysma van de aorta. Dat is dé belangrijkste ader in u lichaam. Als die scheurt dan stroomt al u bloed het lichaam is en sterf je snel. 'Dan heeft u geen afscheid van u mama kunnen nemen?' Nee, daarvoor was ik te laat. 'Is dat lang geleden?' Mijn mama is overleden in januari 2015, toen ik 26 jaar was. 'Nog niet heel erg lang geleden'. Ik schud mijn hoofd. 

'Heeft u de dood van u mama een plek gegeven?' Ik heb dat gedaan, maar dat wilt niet zeggen dat ik het er niet meer moeilijk mee heb. Vaak denk ik nog aan haar en praat ook veel over haar. Praat jij over u mama? 'Nee'. Waarom niet? 'Ik wil niemand tot last zijn. Iedereen zijn leven gaat door, zij moeten niet met dit verlies leven, dus kan ik heb er ook niet mee opzadelen'. Er over praten helpt wel bij de verwerking van het verdriet. Caspar haalt zijn schouders op. Ik hoorde van Sophie dat jij wel eens met haar over u mama sprak. Verschikt kijkt Caspar mij aan. 'Heeft u met Sophie gesproken?'Ja, wij zijn naar u school geweest om te vragen of iemand daar wist waar jij was. Toen hebben mijn collega en ik met Sophie gesproken. 'Met Sophie sprak ik wel eens over mama, maar ik wilde het ook niet altijd over mama hebben wanneer ik met Sophie was'. Zij vond het helemaal niet erg om u daarover te praten. 'Het luchtte wel soms op'. Ik kijk hem aan. 'Misschien had ik er niet mee moeten stoppen. Met praten bedoel ik'. Jij hoeft er niet altijd met Sophie over te praten of met u papa. Er zijn ook mensen die graag naar u luisteren en u kunnen helpen bij het verwerken van verdriet, zodat jij het een plaatsje kan geven. 'Waar moet ik dan zijn? Ik kan wel naar een psycholoog bellen, maar mag ik dan zomaar daar naartoe. Of moet ik eerst naar min huisarts gaan en vragen of ik daar naartoe mag gaan? Hoe werkt dat?' Ik kan u dat allemaal vertellen. Maar zullen wij dat ergens doen waar het warm is? Of iets warmer dan hier? 'Niet zo'n slecht idee misschien'. Ik ga u meenemen naar het commissariaat, dan kun jij daar een beetje opwarmen en ga ik papa bellen. Die zal blij zijn dat jij terecht bent. 'Maar ik ben met mijn BMX'. Dat is geen probleem, die kan in mijn wagen. 'Oké'. Ik laat u nog even afscheid nemen. Caspar knikt. Ik sta op en ga een aantal stappen naar opzij. Caspar laat de kaarsen branden. Hij legt zijn hand op de grafsteen van zijn mama en zegt nog iets tegen haar. Dan staat hij recht, neemt zijn rugzak en pakt zijn BMX. Hij komt mijn kant op. Ca va? 'Merci'. Weet jij de weg naar de poort? Ik schijn met mijn zaklamp op het pad. 'Ik zal hem u wijzen'. Graag. 

Wonderschoon geluk en zwaar verdrietWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu