40

225 21 0
                                        

Ik ben helemaal nog niet klaar. Ik heb m'n handen vol met spullen en er zit een vlek op m'n T-shirt. Ik weet niet wat gedaan. Hij gaat me sowieso zien, want hij staat recht voor m'n deur. Shit. Voor ik een vermijd-idee kan bedenken, ziet hij me en zegt: 'Hey, Ella!' Ik blijf versteend staan. Dit was niet de bedoeling. 'Wat heb je allemaal bij?', lacht hij, kijkend naar de spullen in m'n handen. Ik weet niet wat gezegd. Hij denkt dat ik hier al klaar sta voor de date of zo, terwijl ik alles behalve klaar ben. Ik weet niet wat gezegd, want dan verklap ik de date. Maar hij kan toch al zien wat het allemaal is, en hij is slim genoeg om daaruit af te leiden dat we gaan picknicken. 'Euh - ik - ik ben nog nog klaar', krijg ik er uiteindelijk uit. 'Oh?' reageert hij verrast, 'ben je jas vergeten?' Ik zucht. 'Nee, ik ben eigenlijk nog helemaal niet klaar. Ik moet me nog douchen, aankleden en opmaken. Dan moet ik dit nog klaarmaken ...', ratel ik, maar hij onderbreekt me: 'Ella, je ziet er helemaal goed uit zo. Je hoeft niets meer te doen. En over het klaarmaken, dat doen we samen wel.' Hij lacht zo lief en het is allemaal zo perfect. Ik moet er bijna om huilen. 'Kom, laat ons naar binnen gaan', stelt hij voor en dat doen we dus ook. We maken samen het eten klaar, en het is zo leuk. We rijden naar het strand, zoals ik gepland had, en eten daar alles op. Het voelt zo ontzettend goed aan hier te zijn met hem. Hij is lief, aardig en knap. Hij heeft waarschijnlijk niet eens gemerkt dat er een vlek op m'n shirt zit, dat ik nog steeds aanheb. Maar goed, ik kan hier verder uitweiden over hoe fantastisch ik de date vond -echt waar-, maar ik denk niet dat jullie dat willen lezen. Soms klikt het gewoon tussen mensen, en ik denk dat dat is was Alex en ik hebben. Op de één of andere manier. We geven elkaar een knuffel, ter afscheid. Soms is het beter om de dingen traag te doen. Het lijkt soms alsof je je tijd aan het verspillen bent, maar in realiteit ben je iets aan het bouwen. En dat is wat ik en Alex aan het doen zijn. We zien wel waar we komen met ons opbouwen. En dat is oké.

We bouwen iets op samen en daar ben ik blij om. We zien elkaar regelmatig in de komende weken. Onze dates zijn zalig. Het klikt gewoon. Op een dag loop ik door school, loop ik voorbij een spiegel en zie ik een glimlach op m'n gezicht. Na alle tegenslag, had ik die al lang niet meer gezien. Ik weet niet wat ik ervan moet denken. Misschien is er toch zoiets als verdergaan en loslaten, alhoewel ik betwijfel of ik ooit zal kunnen loslaten wat er gebeurd is. Toch kan ik de glimlach niet van m'n gezicht krijgen. Er zijn zoveel redenen om gelukkig te zijn, en soms moet je het jezelf even gunnen om gelukkig te zijn. Die avond gebeurt er weer iets dat een glimlach op m'n gezicht tovert. Ik krijg een sms van Alex. Hij vraagt of hij mag bellen. Ik weet niet waarom, maar ik hou ervan dat hij niet zomaar een sms stuurt. Ik hou ervan dat hij de moeite neemt om een gesprek te hebben met mij. Ik hou ervan dat hij tijd heeft voor mij. Ik antwoord flirterig -want dat is hoe wij praten-: 'Jij mag altijd bellen! x' Onze sms-taal heeft dezelfde evolutie ondergaan als onze band. X-jes zijn dagelijkse kost, en we flirten erop los. Het hoort erbij. Het is niet dat we gezegd hebben 'we hebben een relatie', maar we hebben wel iets, denk ik. Ach, ik weet het niet. Het is iets waar ik ook helemaal niet over wil nadenken. Wat het ook is, het maakt me gelukkig. En daarom wil ik niet proberen een naam op te plakken, omdat dat het net kan verpesten, wat ik uiteraard niet wil. Daarom laat ik het maar voor wat het is, en daar voel ik me helemaal oké bij. Mijn telefoon gaat. Natuurlijk is het Alex. 'Hey', neem ik op. 'Hey, schat.' Oh ja, dat is ook zoiets. Hij noemt me altijd schat. Ooit -na een paar glazen wijn- heb ik hem gevraagd waarom hij me zo noemde, en wat het over ons zei. Hij zei toen: 'Omdat jij een schat bent, letterlijk. Het is zo waardevol jou in m'n leven te hebben.' Hij had ook wel een paar glazen wijn op, maar ik vond het natuurlijk asfgidhfsjlklfhds. Dat was op een date. Hij had toen gekookt voor me. 'Zo, what's up?' vraag ik. 'Wel, we hadden dit weekend afgesproken, maar eh .. mijn trein naar huis rijdt niet. En ik vroeg me af of je misschien zin had om langs te komen. Je weet wel, een weekendje.' Ik denk niet eens na, ik zeg meteen: 'Ja, natuurlijk!' Dat kwam er heel spontaan uit bij hem. Maar dat is ook hoe ik ben bij hem, spontaan, omdat ik weet dat mezelf zijn bij hem kan. 'Leuk dat je zo enthousiast bent, schat.' Ik lach. 'Ik vertrek nu, oké? Dan zie ik jou in het station?' 'Tot dan, schat, ik kijk ernaar uit', sluit hij af. Ik sluit het gesprek af, en kan het niet laten een enorme glimlach te hebben. Alex is gewoon fantastisch. Ik vraag m'n vader of het oké is als ik naar een vriendin ga op de campus -oké, dit moet ik misschien even uitleggen. Het komt erop neer dat m'n vader na m'n tweede date met Alex probeerde een vader-dochtergesprek met me te hebben. Over seks en relaties enzo. Het was behoorlijk gënant. Volgens mij voelde hij zich ook ongemakkelijk. Sindsdien voelt het altijd zo oncomfortabel als het over die dingen gaat, en daarom zeg ik nu dus vriendin. Straks geeft hij nog condooms mee.- M'n vader vraagt niet al te veel, en ik neem snel wat spullen en ga naar het station. Ik neem de trein. Voor mij kan hij niet snel genoeg aan het station zijn. Hoe vaak ik Alex ook zie, ik wil hem steeds meer zien. Ik stap van de trein, helemaal enthousiast wanneer ik hem zie. Ik spring in z'n armen. Enthousiasme tonen is helemaal oké met Alex. En dan kussen we. Dat is ook zoiets dat we wel vaker doen. Op een avond hadden we het daarover, en we gingen akkoord dat we gewoon deden wat we deden. Of dat we gewoon zelf niet wisten wat we deden. 'Schat, ik ben blij dat je er bent.' Ik lach, want ik ben meer dan blij. Ik ben helemaal gelukkig, We gaan naar zijn kamer -typische studentenjongenskamer, maar dan zonder de posters van naakte vrouwen-. 'Oké, ik heb bier', zegt hij, wijzend naar een bak bier die naast z'n bed staat, 'ik hoop dat dat genoeg is?' Ik knik. 'Alles is genoeg, als ik maar met jou ben.' Heb ik dat echt gezegd? Ik kijk hem aan, om zijn reactie te zien. Hij glimlacht. Ik glimlach. Hij kijkt naar mij. Ik kijk naar hem. 'Jezus, Ella, kunnen we dit niet gewoon een relatie noemen?' Wat? 'Betrek Jezus hier niet in', zeg ik, 'hij heeft hier niets mee te maken.' Alex lacht luid en gaat op z'n bed zitten. Door het ontbreken van een stoel, ga ik maar naast hem zitten. Hij geeft me een biertje en drinkt er zelf ook één. 'Oké, maar serieus, zijn wij nu samen of zijn we gewoon twee mensen die kussen, afspreken en drinken. Want dat kan ook, natuurlijk', zegt hij serieus. Ik kijk naar m'n schoenen. Hoe vaak heb ik hier niet aan gedacht? Aan het moment dat we 'echt' samen zouden zijn. Maar de laatste tijd heb ik er niet echt aan gedacht, omdat het altijd ergens voelde alsof we al 'echt' samen waren. 'Ik denk dat we dit wel een relatie kunnen noemen', zeg ik. Hij glimlacht. 'Ik ga akkoord.' Ik hoop dat dit niets verandert. Maar ik denk het niet. Want hoewel we het nu pas luidop zeggen, denk ik dat het voor ons beiden al aanvoelde alsof we samen waren. We brengen de avond door al drinkend en pratend. We gaan slapen, en ik weet niet goed wat ik moet doen. Ik kan moeilijk op zijn bed gaan liggen - maar dan bedenk ik me dat ik wel al eens in zijn bed geslapen heb, maar dan als 'vriendin', dus waarom zou dat nu niet kunnen? We zijn nog steeds wat we waren, we hebben er alleen een naam op geplakt. Dus besluit ik gewoon naast hem te gaan liggen. Wanneer ik rond middernacht zijn armen rond mijn middel voel, voel ik geen enkele drang ze van me af te duwen. Integendeel, ik hou ervan.

We zijn nu dus samen en ik weet niet goed hoe ik me erbij moet voelen. Waar ik al bang voor was dus. Ik ben terug thuis na het weekend met Alex, en ik voel me een beetje vreemd. En ja, ik denk ook weer aan Luke. Hij was m'n eerste lief, en nu is Alex dus m'n tweede. Ik weet niet hoe ik me bij alles moet voelen. De gedachte aan Luke en vooral aan wat hij en zijn vrienden gedaan hebben. Het is zo zwaar om dit een geheim te houden. Maar tegen wie zou ik erover moeten praten? M'n vader en Rose kunnen hun geluk niet op, en ik ga echt niet diegene zijn die het gaat verpesten. Verder wil ik m'n vrienden er gewoon buiten houden. Zelfs Connor, met wie ik onlangs iets gaan drinken ben, weet het nog steeds niet. Na die avond zijn we allemaal verder gegaan met ons leven. En misschien moet ik dat nu weer doen. Ik doe m'n best. School is shit, zoals altijd. Maar ik denk dat die berichtjes van Alex het allemaal wat beter maken. Onze relatie is gewoon ... anders dan die met Luke. We hebben elkaar eerst echt leren kennen, en er is niets veranderd. Zo'n dingen bouwen zichzelf op. Ik heb het gevoel dat Alex een keeper is. Hij zorgt daarvoor door rozen voor me te kopen, lieve sms'jes te sturen, regelmatig met me af te spreken maar me tegelijkertijd ook wat ruimte te geven.

De examens komen dichterbij en ik ben gestresst. Hoe ga ik dit allemaal weer doen? Het is mijn laatste jaar, en ik kijk er echt naar uit om dit jaar gewoon voorbij te hebben. Maar je kunt de tijd niet versnellen, dus moet ik maar genieten van wat ik nu heb. Zoals Alex. Hij vraagt of ik zin heb om nog eens een weekendje langs te gaan. Natuurlijk. We zijn ondertussen een maand samen. Het klinkt niet lang en misschien is het dat ook niet, maar het doet er niet toe, want alle tijd die we samen doorgebracht hebben voor we het label 'relatie' op onszelf plakten moet er eigenlijk ook bijgerekend worden. Ik ben altijd enthousiast om Alex te zien. Elk weekend spreken we af. Ondertussen weten No en Connor al dat we samen zijn. En m'n vader, tja, dat weet ik eigenlijk niet. Ik heb hem het niet letterlijk verteld, maar misschien vermoedt hij wel iets.

'Hey, schatje', zegt Alex, en hij kust me op m'n voorhoofd. 'Hey', zeg ik. Ik ben aangekomen op het station en hij haalt me op. We wandelen naar z'n kamer. We doen wat we normaal doen op zo'n vrijdagavond. Een filmpje kijken, wat kussen, praten. We praten veel de laatste tijd, omdat we allebei ergens wel veel nadenken. En dingen opkroppen is niet goed. Bij je lief moet je daarover kunnen praten. Ik praat over heel veel dingen. Dingen waar ik het zelfs met No en Con niet over heb. Maar nooit over m'n moeder en over alles wat gebeurd is. Dat is iets waar ik waarschijnlijk nooit over ga kunnen praten. Plots voel ik Alex' hand op m'n bil. 'Hey, gaat het wel?' Ik knik en glimlach. Blijkbaar was ik zo in gedachten verzonken dat ik hem niet hoorde. 'Je bent zo mooi', fluistert hij in m'n oor, waarna z'n lippen naar m'n nek gaan en kusjes geven.

Chainsmoker ft. Luke Hemmings Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu