H.51

1.3K 98 14
                                    

Sophie pov.

Een gevoel dat me terug wilt trekken, ik duw het weg. Ik móét Seff vermoorden, zijn bloed drinken, zijn ogen eruit krabben, hem martelen totdat hij smeekt dat ik hem vermoord. Ik grom agressief naar Seff en val weer aan. Seff had die niet zien aankomen waardoor ik hem keihard in zijn heup bijt. Direct bijt Seff in de achterkant van mijn schouder. Ik proef zijn bloed en begin het te drinken. Het warme, naar ijzer smakende goedje vult mijn lichaam en dan realiseer ik me wat ik aan het doen. Geschrokken laat ik hem los en strompel een paar passen achteruit waardoor Seffs hoofd meegaat terwijl hij mij ook loslaat. 'Waarom stop je?' Vraagt hij mij. 'Ik... ik heb je blóéd gedronken!' Stamel ik terwijl ik op de grond plof en verdwaasd blijf zitten. 'Nee joh!' Zegt Seff sarcastisch terwijl hij met zijn ogen rolt, wat er best raar uitziet nu hij in zijn wolf-vorm is. Een hysterische lach borrelt op maar ik hou me in. Ik verander terug en het maakt me nu even niks uit dat hij me naakt ziet. Waarschijnlijk heeft hij me zo toch al gezien, als ik hem een beetje ken. Maar dat is het probleem, ik ken hem niet... ik begin te ijsberen. 'Wat doe je?' 'Ik ijsbeer, dat zie je toch.' Zeg ik terwijl ik gewoon verder ga. 'Ja, maar waarom ijsbeer je?' 'Het zorgt ervoor dat ik rustig word en ik beter kan nadenken en bovendien kan je het altijd doen.' Zeg ik terwijl ik hem kort aankijk. 'Hoe kom ik hier weg?' Zeg ik terwijl ik om me heen kijk. 'Niet.' Direct draai ik me naar hem om. 'Wat?! Hoe bedoel je, niet?' 'Precies wat ik zeg, niet. Je komt hier niet weg.' 'En waarom dan wel niet? Ik wil terug naar Calum! En Maaike, Max, Michael en Ashton!' 'Je hebt hier zelf voor gekozen en dankzij jou zit ik hier ook vast.' Plots realiseer ik me dat hij nog steeds in zijn wolf-vorm is en ik niet. 'HOE DE FACK KUNNEN WE PRATEN TERWIJL JIJ NOG IN JE WOLF-VORM BENT?!' Roep ik terwijl ik op en neer spring. Nice, ben ik uitgerekend nu hyperactief. 'Dat komt omdat we allebei geestenwandelaars zijn. Die hebben een soort 'mindlink' met elkaar waardoor we altijd kunnen comuniceren, mensenvorm of niet.' 'Dat...' 'Is raar?' 'Nee! Dat is super awesomeeeee!' Roep ik enthousiast uit terwijl ik nog steeds op en neer spring. 'Stop met springen!' 'Nee!' 'Ja!' 'Nee! 'Ja!' 'Nee!' 'Ja!' 'Nee!' 'Hahahaha! Je bent gestopt met springen!' 'Hate you.' 'Wist je trouwens al dat we hetzelfde bloed in onze aderen hebben stromen?' Zegt Seff plots heel random. 'Ja, want we zijn allebei geestenwandelaars.' Zeg ik terwijl ik met mijn ogen rol. 'Nee, ik bedoel hetzelfde bloed als in familie.' 'WAT?!' roep ik verschrikt uit. Seff? Familie van mij? Gadver, als Seffs 'plannetje' was gelukt was ik nu getrouwd met een familielid. Iiiiiiiwwwwww!!! 'Hoe bedoel je trouwens familie? Als in neef en nicht of...' Zeg alsjeblieft niet dat hij mijn broer is, alsjeblieft niet! Ik heb er al zoveel! 'Ik bedoel als in vader en dochter.' Zegt Seff serieus. Dat is de druppel die de emmer doet overlopen. Ik begin keihard te gillen, maar dan ook echt hard. 'Wow, rustig! Ik maakte maar een grapje!' Ik stop met gillen en leg mijn hand op mijn hart. 'Daar hoor je geen grapjes over te maken! Weet je hoe raar het is om te horen te krijgen dat je vader met je wilt trouwen?!' 'Oké, misschien ging ik iets te ver.' 'Misschien?!' Roep ik uit terwijl ik wilde handgebaren maak. 'Pas op, straks bezeer je nog die arme boom achter je.' Zegt Seff droog. 'Hate. You.' 'Yea, love you too.' 'Ik word echt helemaal gek! He-le-maal gek!' Zeg ik terwijl ik met mijn handen door mijn haar ga en weer begin met ijsberen. 'Je komt er wel overheen maar back to the point.' 'Ja, wat voor familie ben je van me?' 'Je broer.' 'Neeeeeeeeee!' Roep ik dramatisch. Seff veranderd ook terug en direct kijk ik alleen maar naar z'n gezicht. Hij kijkt me met opgetrokken wenkbrauw aan. 'Hoezo nee?' 'Ik heb er al zoveeeeeeel!' Jammer ik terwijl ik hem wanhopig aankijk. Seff schiet in de lach. 'Maar wacht eens... ik had een 'echt' broertje. Die is omgekomen tijdens een auto-ongeluk...' 'Dat was niet je echte broertje.' 'Wat?' Onbegrijpend kijk ik hem aan. 'Onze ouders zijn jou ongeveer veertienhonderd jaar geleden kwijtgeraakt-' 'VIERHONDERD JAAR GELEDEN?! ZO OUD BEN IK NOG NIET EENS!' 'Jawel, dat ben je wel. Je was tweehonderd jaar toen ze je kwijt raakte. Ik was toen vijfhonderd. Je bent later gevonden door je 'mensenouders' en die hebben grootgebracht. Je mag vragen stellen hoor.' Zegt Seff met een glimlach als hij mijn gezicht ziet. 'Hoe oud ben ik nu dan? Waarom zie ik er uit als een zestien-jarige? Waarom herinner ik me niks van onze ouders? Waarom herinner ik me helemaal niks meer van die tijd? Waarom zie jíj er nog zo jong uit? Hoe oud ben jij eigenlijk? Waar zijn onze ouders nu? Hoe weet je dit eigenlijk allemaal? Waarom heb je me dit eerder niet verteld? Leven onze ouders nog? Is dit een grap? Dit is toch geen grap hè? Want anders vil ik je levend.' Eindig ik mijn vragenreeks. Seff kijkt licht verbaasd en nieuwsgierig kijk ik hem aan. 'Nou? Komt er nog wat van?' 'Euh, ja. Vraag één: je bent nu zestienhonderd jaar. Vraag twee: omdat we langzaam verouderen net zoals normale mensen eigenlijk alleen behouden wij onze schoonheid langer-' 'Dus als Maaike een oud omaatje is, zie ik eruit als een twintigjarige?' 'Wel iets ouder, waarschijnlijk als iemand eind de dertig.' 'What the fack... maar hoe kan het dan dat ik met Maaike meegroei?' 'Naar mate we ouder worden hoe langzamer we veranderen. En dat is omdat we gewoon op school zitten en we mee moeten veranderen zodat we niet opvallen. Vooral niet op de middelbare school.' 'Aha, vraag drie?' 'Vraag drie: omdat je nog te jong was.' 'Juist, ik vind dit eigenlijk allemaal maar een vreemde boel.' 'Dat is het ook, ik zelf snap er ook niks van.' 'Waarom stel ik deze vragen dan aan jou?!' 'Omdat ik tot nu toe de enige ben die antwoorden voor je heeft.' Ik grom kort van ontevredenheid maar luister dan verder. 'Vraag vier: je bent je geheugen verloren, remember? Je weet helemaal niks meer behalve vanaf de grot tot nu.' Ik rol met mijn ogen, dat had ik zelf ook kunnen bedenken. 'Vraag vijf: om dezelfde reden dat jij er nu ook nog zo jong uitziet. Vraag zes: ik ben negentienhonderd jaar oud.' Mijn mond valt nog net niet open. Hij ziet er uit als een negentien-jarige! 'Vraag zeven: ik heb echt geen idee. Vraag acht: ik heb zo mijn bronnen. Vraag negen: omdat ik eerst meer informatie wou verzamelen en ik kon je niet vinden.' 'Je kunt me altijd vinden, zelfs als ik niet gevonden wil worden.' 'Dat klopt dus dat is eigenlijk een leugentje.' 'Hoe kun je me eigenlijk altijd vinden?' 'Dat is voor jou een vraag en voor mij een weet.' Zegt Seff geheimzinnig, wat ik heel erg irritant vind. 'Vraag tien: ik zou het niet weten. Vraag elf: nee, dit is geen grap. Vraag twaalf: nee, dit is echt geen grap en ik geloof direct dat je me levend zou villen als dit een grap zou zijn.' Ik plof op de grond en sla mijn armen om mijn benen. 'Hey, wat is er?' Vraagt Seff terwijl hij naast me komt zitten en een arm over mijn schouders slaat zoals een broer ook doet bij zijn kleine zusje als zij verdrietig is. 'Niks, het is gewoon...' 'Gewoon wat?' 'Gewoon veel voor dit moment. Eerst wou ik je vermoorden, je ogen uitkrabben, je bloed drinken en je martelen net zolang tot je zou smeken dat ik je zou vermoorden en nu blijkt het dat je mijn broer bent! En dat ik meer dan duizend jaar oud ben, like a vampire én ergens op deze wereld heb ik ook nog mijn échte ouders en misschien zijn die wel dood!' 'Het komt wel goed. We komen er samen wel uit.' 'Ja, samen...' mompel ik voor ik mijn ogen sluit en in slaap val.

The black wolf and I   ●The Lost Mind Series●Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu