Dagen later.
Ik voel me zwakker en machtelozer dan ooit.
We hebben sinds de vorige keer maar twee andere keren eten gekregen.
Bij elke beweging tril ik.Maar dan, ergens rond het middaguur, horen we het geluid van knarsend en krassend metaal. Een hard gepiep.
'John!' Ik schud aan John's schouder. Hij wordt langzaam wakker.
Seven en Sam staren naar de deur.
Fel licht stroomt naar binnen.
'Het is tijd.' Sis ik en glij met mijn vingers over het houten wapen wat ik onder mijn shirt verberg.'Hé, stelletje gekken, de deur gaat zo dicht, komt er nog beweging in?' Roept de kale-kop-met alleen wat plukken blauw vet haar- jongen, waarbij er wat spuug op de grond vliegt.
Naast hem staat een andere jongen, maar die heb ik nog nooit gezien.
John en ik staan ook op en twee aan twee lopen we de trap op.
De zwakheid verdwijnt en maakt plaats voor een golf adrenaline.
'Was het lekker daar?' Grinnikt de andere jongen.
Ik loop door de deuropening en probeer zo gauw mogelijk aan het felle licht te wennen.
Ik knijp mijn ogen deels dicht en knipper een paar keer.
De jongens dragen beide een geweer in hun handen.
Verder staat er niemand in deze gang.
Net als ook John en ik langs de jongens lopen slaan we toe.
Seven en Sam duwen de jongens plots met een klap tegen de muur en zorgen hun geweren denderend op de grond vallen.
Ik haal de houten plank tevoorschijn en sla kale-kop jongen buiten bewustzijn.
'Dat ging smooth.' Grijnst John.
'We zien jullie zo.' Zegt Sam en trekt me mee.
We verspreiden ons op zoek maar wapens.
John en Seven gebruiken alvast de geweren van de twee jongens en gaan op zoek naar een uitweg.'Jij neemt die kant, ik deze!' Zegt Sam en wijst naar links.
Ik ren de andere kant op met mijn plank leunend op mijn schouder.
Ik kijk gauw waar ik eigenlijk ben. In een huis, wat ingenomen is door Nathan en zijn groep.
Vroeger zou dit een prachtig en groot huis geweest zijn, maar het is volledig verwaarloosd.
In deze gangen kom ik nog geen mensen tegen, ik probeer zo geluidloos mogelijk te rennen.
Er liggen wat schilderijen op de grond en wat vazen liggen aan diggelen.Ik loop wat trappetjes omhoog en ik heb het idee dat alles weergalmt, alle stappen die ik zet, de lucht die ik uit adem.
Plots word ik van de zijkant gegrepen en tegen een muur aangedrukt.
Het is Nathan.
Ik hijg van het rennen en mijn stuk hout klapt op de grond.
Nathan's gezicht is dichtbij de mijne. Hij ontbloot grijnzend zijn gelige tanden.
'Ik mag jou wel.' Zegt hij met een diepe stem en ik ruik wat hij vanochtend gegeten heeft.
Ik duw mijn lippen op elkaar en probeer zo sterk mogelijk te blijven. Ik probeer uit zijn greep te ontsnappen.
'En, ik jou niet.' Zeg ik.
Hij duwt mijn armen harder tegen de muur en zijn gezicht komt nòg dichterbij.
'Flikker op!' Roep ik en trap op zijn enkel. Even verzwakt hij.
'Verdomme!' Schreeuwt hij.
'Waarom doe je niet gewoon mee?' Vraagt hij en er verschijnt weer een grijns.
Ik schreeuw zo hard als ik kan om help. En trap om me heen.
Hij duwt zijn hoofd weer dichterbij en ik zie zijn lippen bijna op de mijne liggen. Bijna.
'Blijf met je poten van haar af!' Schreeuwt Sam die de kamer binnengestormd komt.
Ze slaat met haar hout om zich heen.
Nathan trekt zijn hoofd terug en haalt zijn handen weer weg, ik trap hem hard op zijn bovenbeen. Hij kreunt en roept om hulp. Ik pak mijn hout op.
We rennen zo ongeveer in de armen van John en Seven.'Wacht! Jullie komen hier toch niet weg, dat beloof ik alvast!' Roept Nathan ons na, maar we rennen al weg.
'Wat deed je daar?' Vraagt Seven tijdens het rennen. Ik kijk voor me uit en let op de "weg".
'Hij trok me daar naar binnen en wilde me bijna... Kussen.' Zeg ik met een verafschuwde blik op mijn gezicht.
Seven remt af.
'Die sukkel.' Gromt hij. Hij keert om.
'Seven... Niet...' Ik zucht.
'Gaan jullie maar, we zijn zo terug denk ik.' Roep ik Sam en John na.
Ik haast me achter Seven aan, zonder te wachten op een reactie. Zijn zwarte haar suist door de wind naar achteren.
'Seven, laat het zitten!' Hijg ik terwijl ik naast hem kom te rennen.
'Hell no.' Zegt hij en rent zo de kamer binnen.
Seven duwt Nathan zonder aankondiging tegen de muur aan, zo hard dat het gezicht van Nathan paars aanloopt.
Van de woede of van de pijn, of van beide.
'Raak haar nog één keer ongevraagd aan en ik vermoord je met mijn blote handen.' Snauwt Seven agressief.
'Dacht jij soms dat je dat kon?'
Nathan is sterker dan Seven en werkt hem tegen de grond.
En ik sta daar maar toe te kijken.
Nathan geeft twee rake klappen in Seven's gezicht en Seven trapt Nathan zo vaak dat hij Seven wel los laat.
Nathan's rode gezicht betrekt en hij raast op Seven af en duwt hem met een harde klap tegen de andere kant van de kamer.
Seven hapt naar adem.
'Stop! Seven wegwezen hier!' Roep ik en haast me naar Seven en begeef me tussen de twee.
Voor ik het weet voel ik een vuist tegen mijn neus aankomen gevolgd door een ongelooflijke pijn. Maar ik weet me staande te houden.
Gauw trek ik aan Seven's arm en sleur hem de kamer uit.'En je blijft uit haar buurt!' Schreeuwt Seven.
'Ik doe wat ik wil,' grijnst Nathan, 'wanneer ik dat wil.'
Ik krijg rillingen over mijn rug.
Seven verzet zich weer maar ik sleur hem nog harder weg.Mijn neus bloedt en onder Seven's oog komt waarschijnlijk een blauwe plek.
Al gauw zetten we het zwijgend op een rennen naar Sam en John.
Onze handen raken elkaar onder het rennen.Maar voor we het weten worden we vastgegrepen en weer meegenomen naar de kelder.
Ik ben te moe, nu zonder adrenaline, om me te verzetten.
Deze keer is de boekenkast weggehaald en brandt er een zwak lichtje.
'Als jullie normaal doen mogen jullie eruit.' Werpt Mego, het meisje, ons toe.Sam en John zijn er nog niet.
Alleen Seven en ik.
Ondertussen is mijn sweater deels bebloed door mijn bloedneus.
'Kom hier.' Zegt Seven en scheurt zonder aarzelen een deel van zijn mouw af.
Hij bukt zich naar me toe en dept het bloed rond mijn neus weg.
Het bloed verspreidt zich over de stof.
Hij legt één hand aan de zijkant van mijn hoofd, en ik voel al het bloed (in mijn aderen) naar mijn hoofd stromen.
Hij stopt langzaam met deppen en staart naar mijn lippen.
Ik naar zijn lichtblauwe ogen.
Voorzichtig brengt hij zijn hoofd dichter naar mij toe.Met een knarsend gepiep vliegt de deur open en komen John en Sam ook binnen gevlogen.
Verdomme. Bijna.
Seven duwt zijn lippen op elkaar en we trekken onze rode hoofden terug.
'Waar waren jullie?' Vraagt Sam en komt de trap af.
'Nathan in elkaar aan het slaan.' Antwoord ik, met mijn hoofd in het moment van net.
'Ik zie het.' Zegt Sam en wijst naar haar neus.
'Agressieveling.' Grijnst John en haalt een hand door zijn blonde haar.
✖✖✖Heeeee allerliefste lezers!
5K reaaaads that's INSANEEEE🎉🎉🎉👏👏👏En ik vergeet het steeds te vragen maar, vinden jullie het handig als er aan het begin van elk hoofdstuk een "previously" staat, oftewel: wat er gebeurd is in de vorige hoofdstukken, zodat je niet hoeft terug te lezen als je het vergeten bent?
PS. Update ik TE snel achter elkaar? Comment pleazeee!
I. Love. All. Of. Youuu.
Groetjes, Laura :)
![](https://img.wattpad.com/cover/37015930-288-k830221.jpg)
JE LEEST
The Virus
AdventureHet Virus dreigt zich te verspreiden over de hele wereld, alsof dat nog niet erg genoeg is raakt Nora haar zusje kwijt. Samen met Mira, Sam, John en de geheimzinnige Seven gaan ze opzoek naar haar zusje en komen achter de gruwelijke waarheid. [Volto...