Het is vroeg in de ochtend maar ik ben al klaar wakker.
Samen met John, Jake en drie andere immunen zitten we al in de bus naar de gevangenis waar Seven zit.
Ik ben misselijk van de spanning om Seven weer te zien.
Misschien heeft John gelijk gehad, ik heb Seven gemist en ik was bezorgd. Maar ik wil het niet toegeven, aangezien Seven tegen mij en de rest gelogen heeft.Ik kijk uit het raam en zit naast John, die overigens geen woord tegen me heeft gezegd.
Overal zie ik zwervende mensen en krankzinnigen.
Soms liggen er lichamen langs de weg, misschien bewusteloos, misschien... Dood.
Ik besluit na een tijd het gordijntje te sluiten en mijn ogen dicht te doen.
~Na een tijdje stopt de bus en ik moet in slaap gevallen zijn.
Gauw pak ik mijn spullen bijeen, maar John houdt me tegen.
Zijn ernstige blik bevalt me niks.
'De band is lek, van de bus, zorg voor zelfverdediging.' Zegt John. Mijn ogen sperren open als ik een groepje krankzinnigen zie met lichtgevende spiralen op hun bovenarm.
'Ik fiks die band, hou die krankzinnigen op afstand!' Roept Jake.
Ik laat mijn rugzak achter en neem mijn geweer in beide handen.
John en ik springen uit de deur van de bus en John begint meteen te schieten. De drie andere immunen springen ook de bus uit.
'JOHN!' Gil ik.
'Dan blijf je maar in de bus.' Roept hij en schiet de krankzinnigen één voor één neer.
'Nora, klim omhoog en kijk waar ze vandaan komen!' Beveelt John.
Ik knik en klim via het busraampjes soepeler dan gedacht het dak op.
Ik kijk neer op de weg, waar behalve wij, geen auto te zien is.
Links staan verlaten huizen en rechts overwoekerde winkelstraten.
Van alle kanten komen in totaal een stuk of vijftien krankzinnigen aangelopen.
'Nora, dek me!' Roept Jake van beneden en kijkt omhoog.
Ik knik en Jake rent naar de achterbak van de bus, opent het en haalt er een nieuwe band en gereedschap uit.
Hij slaat de bak dicht en rent naar het rechter voorwiel.
Een krankzinnige komt te dichtbij Jake en ik schiet vlak voor zijn voeten.
Maar dat schrikt hem niet af.
Met een brok in mijn keel schiet ik de krankzinnige neer.
Mijn tweede dode in twee dagen, tuurlijk voel ik me daar niet goed bij.'KIJK UIT! TWEE HEBBEN WAPENS!' Schreeuwt een immune jongen.
Een speer van een kruisboog zoeft langs mijn oren. Ik laat mezelf op het dak vallen en mijn borstkas gaat hevig op en neer.
Ik hoor een schot.
'Nora, schakel de tweede uit!' Roept John van beneden.
Met trillende handen en bevende benen wankel ik omhoog.
Nog voordat ik de gewapende krankzinnige kan zien schiet ik. Ze valt achterover op de grond en ze hoest bloed op.
'Jake, hoelang nog?' Roep ik naar beneden.
'Geef me nog even!' Roept hij terug, terwijl hij ondertussen de nieuwe band erop zet.
Niet lang daarna geeft Jake een sein dat de band erop zit en gauw stappen we de bus in.
We vervolgen algauw de weg.
~We zijn er.
Georgia Prison.
Gespannen stap ik de bus uit.
Met John, Jake en de drie andere immunen lopen we op de gevangenis af.
Krankzinnigen duwen hun vingers door de hekken van de gevangenis, vechten en schreeuwen. Ik slik.
'Jij gaat voor, agressieve, jouw plan. Jij voert het uit.' Zegt John.
'Mij best.' Mompel ik en loop naar het hek.
Ik open de sloten en we lopen naar binnen.
Hier zijn we nog afschermt van de krankzinnigen, maar straks niet meer.
Jake sluit het hek.
Ik loop af op het volgende hek.
'OKÉ, LUISTER, ALS JULLIE ONS NIETS AANDOEN, ZULLEN WIJ JULLIE NIETS AANDOEN.' Roept John tegen de krankzinnigen.
Er ontstaat een kleine stilte.
Ik open met trillende handen de sloten en schiet mijn handen weg als er een krankzinnige aan de andere kant van het hekwerk te dichtbij komt.
John dringt voor en baant zich een weg door de krankzinnige.
Er is een gespannen sfeer.
Sommige krankzinnige duwen of trekken aan me.
'Kan iemand ons vertellen waar Seven zit?' Vraag ik aan wat immunen.
Iedereen antwoordt iets anders.
Ik kijk om me heen.
Afgrijselijk genoeg zie ik veel lijken rondzwerven. Ik stap voorzichtig over een van de lijken heen.
Dan wijzen er wat naar een klein gebouwtje.
Ik sta op mijn tenen om boven de mensen uit te komen, maar ik kan het niet goed zien.
We lopen er op ons gevoel op af, met alle ogen van de krankzinnigen op ons gericht.
'Daar!' Sist John plots en wijst naar het gebouwtje.
Tegen de wand van het gebouw zit een verslapte jongen, zijn hoofd hangt naar beneden.
Zwijgend ren ik op hem af. Ik duw me door de krankzinnigen heen en laat me niet tegenhouden door John of de andere immunen.
'Seven, Seven!' Sis ik en zet mijn vingers onder zijn kin en duw zijn hoofd op ooghoogte.
Hij kijkt me niet aan maar vaag naar de grond.
Overal zitten schrammen en hij lijkt zelfs magerder.
Zonde dat ik het wil rolt een traan mijn wang.
Misschien omdat ik hem... Gemist heb.
'Hoe slecht is het?' Vraagt John, die er ook bij komt staan.
Ik haal mijn schouders haastig op en samen met John til ik hem overeind.
Met zijn ene arm om mij heen en zijn andere om John strompelen we naar het hek.'Waarom bevrijden jullie ons niet?' Vraagt een krankzinnige jongen.
Ik slik en kijk John aan.
'Omdat deze jongen niet krankzinnig is.' Mompelt John en haastig duwen we Seven naar voren.
Plotseling voel ik iets in mijn rug duwen. Ik draai mijn hoofd om.
Een krankzinnige man duwt een mes op mijn rug.
'Laat. Ons. Er. Uit.' Zegt hij dreigend.
'John?' Vraag ik paniekerig.
Plotseling zien we een felle flits en horen we een knal die in mijn borstkas weergalmt.
Ik zie hoe de krankzinnige man verschrikt zijn mee heeft laten vallen.
Ik voel hoe er regendruppels op ons neer komen, gevolgd door nog veel meer regendruppels.
'Rennen,' sist John, 'NU!'
Zo gauw als ik kan maken we ons uit de voeten bij de horde krankzinnigen.
De onrust slaat toe.
Ook Jake en de andere immunen ondersteunen Seven, langzaam beweegt Seven zijn voeten mee.
De weg naar het hek terug lijkt eindeloos te duren, maar dan zijn we er.
Met klamme handen duw ik het hek open. Er ontsnappen wat andere krankzinnigen.
Ik sla het hek dicht en we maken onze weg terug naar de bus.
Voordat de krankzinnige op ons af kunnen komen, springen we de bus in, zonder te goed op te letten, en start Jake de motor.
We scheuren weg.Felle flitsen verlichten de grauwe ochtend lucht.
Langzaam maar zeker kom ik op adem en wrijf met mijn handen in mijn gezicht.
~De bus stopt na wat haarspeldbochten bij de uitzendmast en de herberg.
John en ik tillen Seven naar binnen en leggen hem op een van de matrassen.
'Ik dacht dat jullie dood waren, man.' Zegt Sam en knielt naast me neer.
We bestuderen Seven's gezicht. Het is erg wit en vol schrammen.
'Jij redt je wel, hè?' Vraagt Sam. Zonder antwoord loopt ze weg.
Seven's lichtblauwe ogen staren me aan, ik heb hem gemist, voel ik nu.
Ik ontwijk zijn blik, pak wat desinfecterend spul en doe het op een doekje en geef het aan Seven.
Maar als hij het op de verkeerde plekken doet grijp ik zijn pols en breng zijn hand met het doekje naar de schrammen op zijn huid.
Ik kijk naar zijn gezicht.
'Bedankt dat je me daar weggehaald hebt.' Zegt hij. Het eerste wat hij tot nu toe gezegd heeft.
Ik duw mijn lippen op elkaar en knik alleen.
~Van de ochtend tot het avondeten slaapt Seven, en iedereen die hem ziet werpt hem vernietigende blikken toe.
Tijdens het avondeten krijgen we goed nieuws te horen van Nigel en June:
Morgen zijn ze waarschijnlijk gereed om uit te zenden, maar ze weten nog niet of het lukt om ALLE televisie's en radio's ter wereld te hacken.
Wat mij ook vreemd lijkt...
'En nu hebben we Seven nodig, voor informatie.' Zegt Sam, waarop John knikt.
John staat op en schudt Seven hardhandig wakker, terwijl iedereen toekijkt.
Het is pijnlijk om te zie hoe Seven omhoog getrokken wordt en meegenomen naar het middelpunt van de groep. Waar Sam, John en ik zitten.
Seven neemt verward plaats naast John, aan de andere kant van waar ik zit.
'Vertel ons alles maar, want dat ben je ons wel verschuldigd.' Snauwt John.
Seven knikt met ietwat vochtige ogen.
'Ik zal jullie alles vertellen wat ik weet.'
✖✖✖
Ik ga morgen naar Parijs!
Dus voor die tijd geen update :(
Bedankt dat we al zo lang #1 staan, ik ben er echt heel blij mee!Heel veel groetjes Laura
JE LEEST
The Virus
AdventureHet Virus dreigt zich te verspreiden over de hele wereld, alsof dat nog niet erg genoeg is raakt Nora haar zusje kwijt. Samen met Mira, Sam, John en de geheimzinnige Seven gaan ze opzoek naar haar zusje en komen achter de gruwelijke waarheid. [Volto...