H.32

654 59 22
                                    

Previously:
Met mijn ene hand tast ik het bureaublad af. Hebbes!
Zo zachtjes mogelijk pak ik de plattegrond en stop het in mijn zak.
Walgend duw ik Nathan voorzichtig van me af.
'Ik moet weer gaan.'
'Het is gelukt!'
Vannacht ontsnappen we.
~

Ik word al sneller dan ik had gedacht wakker gemaakt door Mego en kale kop jongen.
John en de immunen van onze kamer zijn al weg.
Ik staar Sam angstig aan, ze gunt me geen blik en staat doodnormaal op.
Ik besluit maar zo gewoon mogelijk te doen en doe een dikke laag kleren aan en sla mijn rugzak om.
Samen met Sam loop ik naar beneden. Daar komen we de vijf andere immunen tegen, plus nog drie anderen die deze keer meegaan, dus acht immunen.
De meesten kijken wat gespannen, sommigen doodnormaal.

Al gauw lopen we buiten. Mego opent grijnzend het portier en tot mijn schrik zie ik Nathan voorin zitten.
Ik hap kort naar lucht.
'Goedennacht.' Grijnst hij naar iedereen. Sam stoot me onopvallend aan. Ik haal licht mijn schouders op en stap achterin.
Zwijgend rijden we het holst van de nacht in, hoewel de eerste paar zonnestralen vaag te zien zijn.

Na een tijd rijden stoppen we op dezelfde plek als vorige keer, in het geïnfecteerde gebied dus.
'Nu!' Roept Sam en haalt een revolver tevoorschijn, ook de andere immunen halen wapens tevoorschijn.
Ik krijg van een immuun meisje een revolver toegeworpen en laadt hem gauw.
'STAP DE AUTO UIT EN VEROER JE NIET!' Roep ik tegen Mego, kale kop jongen en Nathan.
Maar in plaats van te luisteren zie ik hoe Nathan de deuren vergrendelt.
Hij draait zich grijnzend om.
'Dacht je nou echt dat ik je niet doorhad, Nora?' Vraagt Nathan.
Mijn handen trillen en ik voel een golf misselijkheid door me heen vloeien. Ik duw mijn revolver voor me uit.
'Dacht je echt dat ik ZO dom was?' Vraagt hij en duwt de stoel opzij waardoor hij bij ons in de buurt komt.
Er gaan rillingen door mijn rug en ik weet niks uit te brengen.
Sam snuift en laadt haar revolver.
'Schiet maar.' Mompelt Nathan.
'Zeker.' Zegt Sam en duwt met haar wijsvinger hendel in.
Er gebeurt niks.
Mego begint hardop te lachen.
Uit woede schiet ik ook, maar er gebeurt niets. Ze moeten de wapens hebben geblokkeerd.
Ik raak in paniek en duw hard tegen het portier van de auto maar aangezien het vergrendeld is werkt het niet mee.
'Nathan, laat ons gaan.' Smeek ik en duw met al mijn kracht tegen de deuren.
'Nora toch,' zegt Nathan en ontbloot zijn gele tanden, 'gisteren deed je nog zo aardig.' Hij komt dichterbij mij.
Mijn paniek wordt stop gezet. In plaats van paniek komt er woede voor in de plaats.
Ik wacht tot Nathan nog dichterbij is en stomp hem dan met mijn vuist in zijn gezicht.
'Gisteren wel ja.' Zeg ik.
Mego en kale kop jongen schieten in de aanval.
Ik en Sam nemen kale kop jongen. Er wordt heen en weer geduwd en getrokken in de kleine ruimte.
Ik ontwijk vuisten en schoenen.
Met de loper van mijn revolver in mijn handen geklemd sla ik met het handvat van de revolver om me heen en op kale kop jongen.
'KIJK UIT!' Gilt Sam, ik draai me om. Nathan heeft een, goed werkend, geweer in zijn handen.
Een immune jongen duwt Nathan tegen de grond en al gauw helpen er twee andere immunen de jongen.
Na nog wat harde klappen van Sam lijkt kale kop jongen buiten bewustzijn.
Mego is ook al verzwakt.
Plotseling voel ik twee handen zich om mijn keel duwen. Ik word tegen het portier van de auto gedrukt en ik zie dat het Nathan is. Zijn ogen staan vol woede en wraak.
Ik probeer hem machteloos weg te duwen en voel hoe mijn longen zonder lucht komen te zitten.
Het beeld voor mijn ogen vervaagd een beetje en ik voel me ziek.
Mijn hele lichaam tintelt en ik zie hoe er immunen aan Nathan duwen en trekken.
Nathan laat een hand los en grijpt zijn geweer tevoorschijn.
Er rolt een traan over mijn wang en uit mijn keel komt een piepend geluid.
Ik weet dat een mens het drie minuten zonder lucht uit kan houden, maar onder deze omstandigheden hou ik het niet veel langer meer uit.
Nathan laadt het geweer en richt het met trillende handen van inspanning op me.
'Het is nu over.' Hijgt hij.
'Nee!' Roept een van de immunen en stoot hard tegen het hoofd van Nathan. Nathan schiet.
Het glas achter me breekt en zijn greep verzwakt en hij laat me los.
Voor ik het doorheb ligt Nathan bewusteloos op de grond.
Hijgend zak ik door mijn knieën en hap naar adem. Ik heb traanogen en langzaam wordt het beeld weer scherp.
'Wegwezen, voor ze wakker worden!' Commandeert Sam.
Een van de immunen gaat achter het stuur zitten, een meisje die iets ouder is dan Sam en ik zijn, en ik voel de auto in beweging komen.
'Stop!' Roept Sam, 'We moeten ze hier droppen!'
Ze heeft gelijk. Het meisje voorin ontgrendelt de deuren en we gooien de bewusteloze lichamen uit de auto.
Ze rollen een eindje en blijven dan stilliggen, alsof ze dood zijn. Door de harde klap op Nathan's schedel vraag ik me af of hij niet ècht dood is. Het maakt me toch niet meer uit.
De deur is nog niet dicht of we scheuren weg.
We zitten met z'n tienen in de auto en we slaken opgeluchte en blije kreten.

Tien minuten later komen we bij een soort enorme garage, of opslagruimte.
De garagedeur is gesloten.
'Zorg dat je allemaal iets hebt om jezelf mee te verdedigen, er zitten door de hele geïnfecteerde stad krankzinnigen.' Zegt Sam. 'Ze kunnen ons dan wel niet ziek maken, maar wel dood, dus kijk uit!' Voegt ze eraan toe.
Iedereen kijkt om zich heen en grijpt een wapen, aangezien we er veel wapens los door de auto slingeren.
Ik pak Nathan's geweer grijnzend op en loop achter Sam aan de auto uit.
Twee immunen hebben gezorgd voor een zaklamp en schijnen voor en achter ons.
We laten de auto achter en rennen door het donker naar de garage en kloppen op de garagedeur.
Het geklop weergalmt hard en ik krimp ineen.
De deur opent en we nemen wat stappen achteruit.
John en nog ruim tien andere immunen staan daar.
'WE KUNNEN GAAN!' Roept John. Ik weet dat John zijn emoties niet heel gauw laat zien, maar nu zie ik hem toch echt kort, opgelucht glimlachen.
Onze groep voegt zich bij de andere groep en de garage deur sluit.
We staan in een enorme garage vol bussen.
'Jake, welke bus kunnen we krijgen?' Vraagt John aan een jongen.
De jongen leidt onze groep naar de achterste bus. Het is een middelmatig grote bus, waar twintig mensen precies inpassen.
John's mondhoeken gaan omhoog.
'Hoe komt die Jake hieraan?' Vraag ik aan Sam.
'Zijn oom werkte hier, dus hij weet precies waar alles ligt, inclusief de autosleutels.' Mompelt Sam en grijpt een stuk kauwgom uit haar broekzak en stopt het in haar mond.

Jake, John, Sam en ik wachten tot iedereen ingestapt is en gaan zelf voorin zitten.
Met een sissend geluid sluit de deur van de bus en Jake kruipt achter het stuur.
John en Sam zitten links naast de bestuurdersstoel, dus ik ga in mijn eentje op de eerste rij aan de raamkant zitten.
De bus begint te rijden en als we de garage uit zijn vraagt Jake waar we heen gaan.
John en Sam kijken elkaar aan, maar antwoorden niet op de vraag van Jake.
'Wat is jullie doel nou eigenlijk?' Vraagt een immuun meisje hard door de bus, waarna er meer immunen hetzelfde vragen.
'Wij verzetten ons tegen The Horizon Project, wij gaan actie ondernemen. In plaats van wat Nathan deed.' Antwoord ik.
'En hoe gaan we dat dan precies doen?' Vraagt het immune meisje koppig.
'Een verzet oprichten.' Zeg ik, met een trots gevoel in mijn onderbuik.
✖✖✖

Goeiemorgen.
Hebben jullie ook zoveel keelpijn? Uuuuh.

The VirusWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu