Dertien

783 59 1
                                    

De koning zag eruit als een iets oudere versie van de dodelijke jongen. Het zijn allemaal roofdieren, maar ik weet nu al zeker dat de jongen de ergste van allen is. 'Vergeef mijn zoon voor zijn daden. Hij kan soms wat opvliegend zijn.'  De stem van de koning klonk aangenaam, maar wat ik hoorde waren alleen maar leugens. Leugens, leugens en nog meer leugens. 
'Waarom zou ik?'  zei ik gewoon simpelweg. Ik klonk veel zekerder van mezelf dan ik eigenlijk was. Het is namelijk niet alledaags dat je de koning van bloed drinkende monsters ontmoet. 'Hij is zichzelf de laatste tijd niet.'  De blik van de koning straalde een diep verdriet uit. Het kon me alleen niks schelen. Ik moest hier weg zien te komen en het maakte me niet uit hoe. 
Ik snoof verontwaardigd. Dat dit een koning was kon me even helemaal niet schelen. 'Hoe durft u eigenlijk? Zomaar een meisje van de straat plukken. En wat heeft u in hemelsnaam met mijn broertje gedaan?'  De koning zuchtte diep, voordat hij zijn aandacht weer op mij richtte. 'Het is de schuld van mijn zoon. En geloof me als ik zeg dat ik het er nog over zal hebben met hem. We zullen het morgen over zijn redenen hebben tijdens het ontbijt. Ik verwacht je in de eetzaal om tien uur.' 
Toen schreed hij met lange passen de loper af naar de deur, mij achterlatend met een open mond. Nog steeds geen antwoorden. Nog steeds geen logica. Alleen maar onduidelijkheid, behalve over een ding; morgen zou ik aanwezig moeten zijn bij het ontbijt. Geheel met koning Roofdier en zijn zoon. 
Verdorie...


Dinner With A NightmareWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu