Hoofdstuk 64: Vermoeid.

213 20 1
                                    

Ik voelde mijn handen trillen. Geen plekje op mijn hand had geen bloed, alsof ik mijn handen in een bak met rood verf heb gedoopt. Maar dan in een bak met bloed, donker bloed dat zich over mijn handen verspreid.
Ik schrik wakker, gelukkig het was een droom. Wat betekende de droom? Van waar kwam het bloed oppeens?
Mijn kussen trilde en toen bedacht ik me dat mijn telefoon onder mijn kussen ligt.
'H-Hallo?' Zeg ik slaperig.
'Goodmorning sunshine, ik ben onderweg naar je huis.' Zegt Walid geliefd.
Ik lach, hij was ook zo lief.
'Ja ja, ik moet me nog omkleden en ontbijten.'
'We hebben geen maand de tijd, begin je broek aan te trekken en voor de deur te staan.' Zegt hij lachend.
Ik lach hardop.
'Jaja in je dromen, ik zie je straks.' Zeg ik.
Walid hangt op en ik lach als een gek naar mijn telefoon. Die Walid ook.
Ik pak snel een outfit uit de kast en spuit snel parfum en doe een beetje lippenstift op mijn lippen. Mijn haar heb ik gestijld en van onder gekruld. Merken jullie dat? Het is voor het eerst dat ik jullie vertel, wat ik ga doen..
Ik pak mijn telefoon en doe hem in mijn handtas.
Ik ontbijt snel en poets mijn tanden en wil net de deur uit gaan als ik een auto hoor toeteren.
'Ik kom al.' Zeg ik in mijzelf alsof Walid mij kan horen.
Ik pak snel de sleutels van de tafel en kijk het huis rond. Niks vergeten? Ja niks.
Ik doe de deur op slot en loop op mijn tempo naar Walid en zijn auto.
'Eindelijk, na honderd jaar.'
Ik steek mijn tong uit en stap in de auto.
Op weg naar Safae, of hoe ze heten moet.
< Imads perspectief: >
'Hoe ben je eruit Imad?' Zegt mijn zus.
Ik was thuis met mijn ouders. Mijn zus zat tegenover me met een kop thee in haar hand.
'Iemand heeft me geholpen, ga nu niet zo zielig bij me doen. Ik ben er uit, wees blij.' Zeg ik vol afschuw.
Ze moest zich altijd zorgen morgen, ook al verschillen we een jaar.
'Sorry meneertje.' Zegt ze boos.
Ze staat op en wil naar boven lopen.
'Sorry zo bedoel ik het niet.' Zeg ik nog. Maar ze was al weg. Ik had nog nooit het woordje 'sorry' buiten huis gezegd. Het was altijd hier en niet buiten. Het was ook mijn zus.
'Zoek het maar uitt.' Hoor ik boven mijn zus schreeuwen.
Ik rol met mijn ogen en pak mijn eigen kop thee. Meiden he, gelukkig is Soraya zo niet.
Soraya.. Wanneer mag ik haar zien? Ik mocht van Rachida nog niet weg, totdat ik haar telefoontje kreeg.
Kan niet wachten.
< Chakirs perspectief: >
Ik hoor een auto parkeren en kijk op.
Niemand die ik zie.
'Safae?' Zeg ik slaperig.
Het was nog ochtend en toch had ik nog steeds de energie om naar buiten te gaan.
'Jaaaa?!' Zegt ze onrustig.
Ze was zo al sinds gister, sinds gister iemand aan de deur was.
Een stem die me bekend voor kwam. Ik vroeg haar gister wie het was, maar ze was zo kortaf en beantwoorde mijn vragen niet en veranderde van onderwerp.
Ik sta op en loop naar de badkamer. Ik voelde me weer vrij, de pijn heelde zich naar mate de dagen verstreken.
'Chakir?? Waarom sta je op?? Ga liggen!!' Zegt ze paniekerig.
Wat was er met haar? Zo is zij niet!
Ik skot haar en loop toch naar de badkamer en sluit mezelf op.
De bel gaat en ik hoor Safae naar de deur lopen.
'Jij weer? En wie heb je dit keer meegenomen?' Hoor ik Safae vermoeid zeggen.

Word vervolgd.
De delen zullen spannender zijn..
Laat een reactie achter!!

Soraya & Chakir { DEEL 2 }Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu