It was destined. // Voltooid

19

'Stiefbroer dan.' Zegt hij. 'Ik wilde dat dat ook niet was.' Zeg ik en kijk Liv boos aan die blijkbaar schrikt van mijn woorden. 'Zozo jij durft wel.' Zegt de vriend van Liv. 'Nog veel plezier eh met je nieuwe vriendje.' Vervolgt de vriend. 'Ohja en doe het wel veilig.' Zegt hij met een knipoog. Zuchtend lopen ik en Jason het lokaal in waar we eindelijk zijn beland. 'Wie was dat?' Vraagt Jason. 'Een vriend van Liv.' Zeg ik. 'Liv liep er toch ook bij?' Vraagt Jason. 'Ja.' Zeg ik. 'Waarom nam hij het dan niet voor je op?' Vraagt Jason. 'Omdat het een sukkel is en stop met je vragen.' Zeg ik boos. 'Sorry.' Zeg ik er meteen achteraan. 'Maakt niet uit.' Zegt Jason en lacht heel lief naar mij.

*pling* hoor ik even later en pak mijn telefoon uit mijn zak, maar er is geen melding te zien. Het was die van Jason. 'Van wie was die telefoon?!' Vraagt Meneer Hassen heel boos en kijkt de klas rond. Als niemand reageert gaat hij door met zijn uitleg. Ik kijk Jason aan die nogsteeds zijn telefoon in zijn hand heeft. Zijn hele hand trilt en ik heb geen idee waarom. 'Jullie mogen nu aan opdracht 7 t/m 9 werken van hoofdstuk 5.' Zegt Meneer Hassen en ik pak zuchtend mijn boeken erbij.

'Snap jij dit?' Vraag ik even later aan Jason. Maar ik krijg geen reactie. 'Jason?' Vraag ik wat harder. Nogsteeds houdt hij met trillende handen zijn telefoon vast. Ik geef een stomp tegen zijn arm. Verschrikt kijkt Jason op. 'Auw!' Roept hij door de klas. 'Kan dat wat zachter?' Vraagt Meneer Hassen. 'Nou zo hard was dat niet.' Zeg ik lachend. 'Spannend bericht wel.' Zeg ik er lachend achteraan. Ik zie een traan over Jasons wang lopen. 'Zullen we uit school afspreken?' Vraag ik. 'Ik kan niet, mam vraagt net of ik meteen naar huis wil komen.' Zegt Jason. 'We hebben laatste 2 uur uitval.' Zeg ik. 'Oh, bij jou?' Vraagt Jason. 'Oke.' Zeg ik. En begin aan de opgaven ondanks ik er niks van begrijp.

Uit school fietst Jason met mij mee naar huis. 'Wat was er nou?' Vraag ik. 'Zal ik het straks uitleggen?' Vraagt Jason. 'Oke.' Zeg ik verbaasd en we fietsen samen door naar mijn huis.

'Wil je wat drinken?' Vraag ik als we samen in de keuken staan. 'Doe maar water.' Zegt Jason en ik pak twee glazen uit de kast en doe in allebei water. Ik loop naar boven waar we Liv tegen komen op de gang. 'Hey.' Zegt hij vrolijk. Ik zet de twee glazen in mijn slaapkamer. 'Ga maar vast zitten ik moet even wat doen.' Zeg ik tegen Jason en zonder hij antwoord kan geven loop ik mijn kamer al uit. Naar Livs slaapkamer. 'Wat was dat op school?' Vraag ik boos. 'Geen idee, ik zei niks.' Zegt Liv. 'Nee dat was misschien ook wel het grootste probleem!' Zeg ik boos. Verschrikt kijkt Liv me aan en weet niet wat hij moet zeggen. 'Doei Liv.' Zeg ik en gooi de deur van zijn kamer dicht en loop weer naar mijn eigen slaapkamer.