Hoofdstuk 5

549 31 0
                                        

Gillend en snakkend naar adem wordt ik wakker. Na het brandende gebouw heb ik af en toe nachtmerrie's, waarin ik mezelf levend zie verbranden. Ik ga rechtop zitten en steun met mijn hoofd op een hand. Mijn hoofd voelt nat van het zweet. Ik kijk opzij. Mijn moeder slaapt. Ik zoek naar de klok met mijn hand en sla daarbij een aantal keer op de tafel, maar mijn moeder slaapt door. Het licht van de klok gaat aan. 5 uur 's ochtends. Ik weet dat ik niet meer kan slapen en schuif uit bed. Het beton van de vloer voelt koud aan mijn voeten. Ik ga naar boven om te douchen en naar de wc te gaan. Na het douchen kom ik weer naar beneden om me aan te kleden. Mijn moeder ligt nog steeds te slapen. Ze zou nog niet wakker worden als er een bom af zou gaan. Ik kleed me aan en kijk in de spiegel. Mijn haar is nog kort, maar ik ben er nu wel aan gewend. De krassen en blauwe plekken zijn weg. Ik trek mijn shirt uit en probeer naar de littekens op mijn rug te kijken. Ze doen nog zeer, maar het waren eerstegraads brandwonden, dus ze waren al gauw genezen. Ik trek mijn shirt weer aan. Ik heb nog steeds geen idee of ik het leger wel of niet in moet gaan. Ik kijk naar mijn moeder. Eigenlijk is de beslissing niet zo moeilijk. Ik loop naar haar toe en geef haar een kusje op haar voorhoofd. Op een blaadje schrijf ik: 'Ik hou van je. X'

Dan loop ik weg. Zonder me nog om te draaien, naar een nieuw leven. Maar met mijn aandenken aan haar, het armbandje, bij me.

Bij het politiebureau zijn ze helemaal niet zo verrast om me te zien, ondanks dat het pas 6 uur in de ochtend is. Ik zoek naar Tom. Als ik hem vind, zeg ik: "Ik doe mee." Hij glimlacht. "Zoiets hoopte ik al. Kom maar mee." Ik loop hem achterna, terwijl hij uitlegt hoe het kamp in elkaar zit. Er zijn verschillende teams, jongens en meiden door elkaar. Je slaapt, eet en vecht samen met je team. De teams zijn ingedeeld op basis van de 'skills' van die persoon. 201 is het best, dan 202, 203 enzovoort. Ik zit in 201. Waarom? Omdat ik één keer, één enkele keer een brandend gebouw in ben gegaan. Logisch natuurlijk. Niet dus. Maar ik onderbreek hem niet in zijn verhaal. "Op de deur van de kleedkamer van de groep staat het schema van de week. Daar staat hoe laat je eet, traint en tijd voor jezelf hebt. Je schema kan elk moment onderbroken worden voor een aanval. Onderbrekingen zullen een avond van te voren doorgegeven worden." We komen aan bij een truck, waar drie jongens en twee andere meiden inzitten. "Stap maar in." zegt Tom. Ik stap in. "Succes." De truck begint te rijden en ik laat Tom achter me.

"Hé!" zegt een van de meiden. Ik draai me naar haar toe, zonder te weten of de 'hé' wel voor mij bedoeld is. "Jij bent toch het meisje dat mijn oma uit haar woning gered heeft?" Ik begin te blozen. "Ja dus. Bedankt." "Geen probleem" zeg ik. "In welke groep zit jij?" vraagt ze. "twee nul één" zeg ik. Haar ogen worden groot en als ik om me heen kijk zie ik dat ze niet de enige is. "Wat is daar zo erg aan?" vraag ik, bang dat er iets is met groep 201. "Niets, maar je lijkt pas zestien." "Ben ik ook." "Nee, in 200 zitten alleen achttienjarigen, in 300 zeventienjarigen en zestienjarigen", ze maakt een gebaar met haar hand om duidelijk te maken dat iedereen in deze truck zestien, "zitten in 400."

Ik staar haar verbaasd aan. Het lijkt me stug dat ik in een groep vol achttienjarigen ben gezet. Maar Tom had het duidelijk over 200, dus het zal wel. "Dus jullie zitten allemaal in 400?" Iedereen knikt. "404", zegt het meisje waar ik de hele tijd mee praat. "Ik heet trouwens Demi." "Evy", zeg ik. Ik ben al helemaal gewend aan mijn nieuwe naam. De truck stopt en we komen aan op de plek van bestemming. Iedereen springt uit de truck. "Nou, als je ons zoekt, wij zitten in slaapkamer 404." En weg is Demi.

En dan ben ik alleen. Ik stap uit de truck en bekijk de plaats waar ik ben. Een enorm gebouw staat hier, volledig omringd door hekken die zo te zien onder stroom staan. Bij de poort staan bewakers. Ik loop naar de poort, maar word tegengehouden door de bewakers. "Naam en kamernummer." "Uhmm.. Ik ben Evy, kamernummer 201." De bewaker checkt zijn lijst met namen en geeft me een pasje. "Volgende keer die laten zien, dan kan je er meteen doorheen." Ik knik en loop gehaast door. Als ik binnen kom, ben ik in een eetzaal. Op een paal naast de trap staat: 'Begane grond: eetzaal, verdieping 1: 400, verdieping 2: 300, verdieping 3: 200." die moet ik hebben. Maar toch kijk ik nog even wat er nog meer staat. 'Verdieping 4: 100'. Niets meer. Ik kan het fout hebben, maar van af buiten leek het gebouw toch erg duidelijk vijf verdiepingen te hebben. Het zal wel. Ik begin de trap te beklimmen, wat flashbacks aan het gebouw bezorgd. Ik duw ze weg en loop stug door.

Verdieping 3. Verdieping drie bestaat uit vijf kamers, voor 201, 202, 203, 204 en 205. De kamer voor 201 is achter aan de gang. Als ik 201 binnenloop, wordt ik door negen vragende gezichten aangekeken. "Hoi." zeg ik twijfelend, "Ik geloof dat dit mijn slaapkamer is." Ik kijk naar beneden in de hoop het gênante moment dat volgt te ontwijken. De jongens zeggen niets, kijken me alleen maar verbaasd aan. "Dus.." "Waar is mijn bed?" De kamer bestaat uit een kleine ruimte met zes stapelbedden. Er kunnen dus meer mensen bij komen. Achter in de ruimte is een deur, waarschijnlijk naar de badkamer. Eindelijk begint één van de jongens te praten.

"Weet je zeker dat je niet naar 401 moet?" Ik laat mijn pasje zien, waarop mijn naam en kamernummer staan. Er staat toch echt duidelijk 201. "Nou oké. Welkom in de groep. Ik ben Jeffrey." Hij schud mijn hand. "Daar is je bed. Hij wijst een leeg bed aan, boven in een stapelbed. "Jongens, moeten jullie niet iets zeggen tegen Evy?" Er volgt een gemompel waar ik met moeite hoi of hallo of welkom uit kan verstaan. "Ze hebben nogal eens moeite met nieuwe leden en ja ..." Hij maakt zijn zin niet af, maar ik weet wat hij wilde zeggen. Dat ik pas zestien ben, en een meisje. "Ik snap het.", zeg ik, "Waar is ons schema?" Jeffrey wijst naar de deur van de kleedkamer.

On fire (voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu