Hoofdstuk 25

397 29 0
                                        

Janice staat op het punt om te vertrekken, maar net voordat ze de deur uit is, vraag ik: "En Marion?" Zowel Janice als Julius staart me verbaasd aan. "Jullie hoorden me wel. Wat is er met Marion?" zeg ik. "Ze is net als jij" zegt Julius, zonder naar Janice te kijken. Janice kijkt boos naar Julius. Marion is net als ik. Dat betekent dat ze waarschijnlijk ook 'excellent' of wat dat ook moge zijn is. "Waarom kwamen ze dan voor mij?" vraag ik. Janice verlaat de kamer. "Ze weten dat Marion niet vaak in het bos komt. Ze is er pas één keer geweest. De kans was erg klein dat ze Marion zouden vinden, dus kwamen ze voor jou." antwoord Julius. Ik sta op het punt genoegen te nemen met Julius' antwoord, als me nog een vraag te binnen schiet. "Waar is Suzan?" vraag ik. "Daar kan ik je niets over zeggen" antwoordt Julius. "Suzan is net als Marion en ik, hè?" vraag ik. Julius zwijgt, met een versteende blik. "Ja dus" zeg ik. "Waar is ze?" vraag ik. Julius zegt nog steeds niets. "Ze is bij Gran Alcance." zeg ik. Julius is nog steeds stil. "Ja. Dat is het." zeg ik. "Je hebt er niets tegen gedaan. Het is Gran Alcance niet gelukt om naar binnen te komen en Suzan te kidnappen." Julius versteende blik veranderd een beetje. Hij kijkt verdrietig. "Marion en ik gaan niet naar Gran Alcance. Daar ga je wel iets tegen doen." Zo hard als ik nu ben, ben ik nog nooit geweest. Maar het moet. Marion en ik kunnen niet naar Gran Alcance. Het mag niet.

"Ik ga even weg. Blijf hier." zegt Julius na een poosje stil geweest te zijn. Ik knik, maar ben niet van plan om te luisteren. Ik moet naar Jeffrey en David. Julius verlaat de kamer ook. Ik ben alleen. Ik pak mijn krukken van de grond en ga naar de deur. Onhandig open ik hem en ga ik het volgende kamertje in. De vrouw in het kamertje kijkt me verbaasd aan. "Ik mag je niet laten gaan. Orders van Julius." zegt ze. Ze gaat voor me staan zodat ik er niet langs kan. Met mijn kruk sla ik tegen haar been, niet hard genoeg voor een blessure, maar ze grijpt wel naar haar been, waardoor ik er langs kan. De vrouw gaat weer op de stoel voor haar bureau zitten en heel snel klikt ze op een paar dingen op haar scherm. Het geluid van een slot. Het zal toch niet? Ik probeer de deur te openen, maar hij zit echt op slot. Ik kijk naar de vrouw. "Doe hem open. Ik heb hier twee wapens en ben niet bang om ze te gebruiken." zeg ik. Maar de vrouw blijft koppig zitten en zegt niets. Ik ga naar haar toe. Hoe dichter ik bij haar kom, hoe dichter ze tegen de muur kruipt. Op een gegeven moment sta ik naast haar. Als ik mijn kruk ophijs, geeft ze op. "Oké, oké, ik doe het al." zegt ze. "Sla me niet!" voegt ze er met een piepstemmetje aan toe. Ik was niet echt van plan om haar te slaan. Ik houd helemaal niet van mensen slaan, maar ik moest er toch langs en dreigen werkt wel. Ik ga weer naar de deur en hoor het geluid van een slot. Ik open de deur en ga de gang in. Ik kijk de eetzaal in. Alle jongens zijn er gelukkig nog. Ik zoek de tafel van mijn team, die gelukkig niet heel ver weg is. Ik leun tegen de muur. Als ik om het muurtje kijk, zie ik Janice en Julius staan praten. Nee, er naar toe gaan werkt niet. Dan moet ik ze hierheen lokken. Niet roepen. Mijn oog valt op de reflectie van de zon in mijn armbandje op de muur. Als ik dat op ze richt, zien ze me misschien. Ik pak het armbandje met mijn hand en richt het op mijn tafel. De reflectie komt op Alex' rug, niemand heeft het gezien. Ik zie dat Davids gezicht binnen het bereik van de reflectie valt. Ik beweeg mijn armbandje een klein stukje en de reflectie valt op Davids gezicht. David kijkt mijn kant op, ik wenk hem en ik verschuil mezelf weer achter de muur, in de hoop dat alleen David me gezien heeft. Ik kijk even snel om het hoekje en zie dat David en Jeffrey opstaan. Yes! Ik kijk naar Janice en Julius, die nog steeds staan te praten. Ik ga weer achter de muur staan en dan komen Jeffrey en David naast me staan. Gelukkig. Ik glimlach en geef ze één voor één een knuffel. "Waar was je?" vraagt David. "In Julius' kamer. Janice vroeg me mee te komen" antwoord ik. "Waarom?" vraagt Jeffrey. "Niets bijzonders" zeg ik. "Ze wilden alleen dat ik daar bleef en ik ging toch hierheen om jullie te zien" voeg ik eraan toe. David glimlacht en Jeffrey kijkt even om de hoek van de muur. "Dat doe je wel subtiel met dat lichtje" zegt David met een lach. Ik beweeg even met mijn wenkbrauwen. "Weet ik toch." Dan is ons onderonsje voorbij, omdat Janice schreeuwt dat iedereen naar beneden moet gaan. Ik geef eerst David en dat Jeffrey een knuffel. "Ga niet dood" zeg ik. "We zullen het proberen" zegt Jeffrey met een knipoog, en daarmee gaan de jongens weg. Ik ga snel weer naar de kamer van Julius. De vrouw laat me er gewoon door en ik ga aan de tafel zitten. Net op tijd, want Julius komt binnen als ik net zit. Hij zet een bord met rijst en één of andere saus op tafel. "Eten" zegt hij met een eentonige stem. Achteraf gezien was het misschien niet zo slim om zo hard tegen hem te zijn. Maar ja, ik weet nu wel meer dan ervoor. Ik eet de rijst op en als ik klaar ben, zegt Julius dat ik wel naar mijn eigen slaapkamer mag gaan. Zelf gaat hij naar beneden. Ik ga weer op mijn slome, hinkelende manier naar boven, wat niet alleen lang duurt, maar ook verschrikkelijk vermoeiend is. Als ik eenmaal boven ben, trek ik Jeffrey's shirt aan. Ondanks dat ik het al zo vaak gedragen heb, ruikt het nog steeds naar Jeffrey. Ik kruip in bed en val binnen een par minuten in slaap.

On fire (voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu