3. Goodnight.

10.8K 519 41
                                    

Ik liep als een van de laatsten de grote zaal uit richting de kerkers. Er was nog geen verschil in de zandlopers, wat wel normaal was, aangezien het de eerste dag was. Ik was alleen in de gang en waagde het om even te huppelen. 'Juffrouw Spoir'. Geschrokken keek ik om, een man met zwart, vettig haar kwam achter me aangelopen. Sneep. Vilijn verbeterde ik hem in gedachten. Ik slikte even, wat moest hij zeggen. Had hij een boodschap van mijn vader? De professor was deze zomer vaak op bezoek geweest net als de andere dooddoeners. Hij was een trouwe volgeling van mijn vader en hij was ook een van de belangrijkste. 'Professor?' vroeg ik. Sneep keek me neerbuigend aan, waardoor ik verlegen naar de grond moest kijken. Als mijn vader me nu zou zien, hij zou dit nooit toelaten. 'Naar mijn kantoor nu.' Fronsend keek ik naar mijn voeten. Waarom moest ik nu mee naar zijn kantoor? Haastig liep ik achter hem aan, het moest wel iets met mijn vader te maken hebben, anders zou hij het nu gewoon kunnen zeggen.

'Claire.' zei hij. Hij ging op een stoel achter zijn zwarte bureau zitten, hij gebaarde naar de stoel tegenover hem, maar ik bleef koppig staan; ik wilde hem duidelijk maken dat ik hier zo snel mogelijk weg wilde. 'Ik heb gehoord van de opdracht die jij en Draco moeten vervullen.' Ik sperde mijn ogen wagenwijd open, hij kon dit niet weten. Wie had het hem verteld? 'De duistere heer heeft het mij toevertrouwd.' legde hij uit. 'Waarom vertelt u me dit?' zei ik op een ongeduldige toon. Sneep zuchtte en plaatste zijn hoofd op zijn handen. 'Je moet weten dat jullie altijd bij mij terecht kunnen als het niet lukt.' Met samengeknepen ogen keek ik hem aan, waarom bood hij zijn hulp aan? 'Ik heb uw hulp niet nodig. Mijn vader heeft ons hiervoor aangeduid en u moet niet proberen met de eer te gaan lopen.' kaatste ik terug. Gefrustreerd liep ik het kantoor uit, 'Claire Spoir!' hoorde ik nog achter mij, maar ik was al de gang uitgelopen.

Ik liet me tegen een muur zakken, er begonnen al tranen in mijn ogen te prikken. Ik trok mijn knieën op en legde mijn armen erond, zuchtend liet ik mijn hoofd op mijn benen rusten. Kon mijn leven nog erger? Vroeger zou ik nooit zo grof geweest zijn tegen een leraar, maar de zomer had mij veranderd, ik voelde hoe ik duisterder werd, maar ik kon het niet terugdraaien. Het zat in mijn bloed. Ik hoorde hoe er boven mijn hoofd iets op de grond werd gesmeten. Foppe, dacht ik, de klopgeest van Zweinstein. Snel veegde ik de tranen van mijn wangen, ik mocht dit niet toelaten. Ik keek op mijn horloge, het was al kwart voor twaalf, ik moest maar gaan slapen, anders was ik morgen niks waard in de les. Draco! Ik herinnerde me weer onze afspraak, direct stond ik op en begon naar de leerlingenkamer van Zwadderich te lopen. Van slapen zou er niet meteen iets van in huis komen.

Ik kwam bij de ingang van de leerlingenkamer, oh nee, ik wist het wachtwoord nog niet. 'Het is modderbloed.' hoorde ik van mijn linkerkant, met een ruk keek ik om en zag daar de geest van de bloederige baron. 'Bedankt.' 'Geen dank.' zag ik het nou goed, de baron knikte naar mij. Bij mijn weten had hij dat nog nooit gedaan, zeker niet voor een leerling. Zou hij het weten? Mijn hart ging sneller slaan, ik fronste mijn wenkbrauwen. Ik keek weer opzij en zag dat de bloederige baron verdwenen was, ik zuchtte en fluisterde het wachtwoord. Met een zwaai ging de deur open, ik sprong de leerlingenkamer binnen en direct werd ik door een groene sfeer omgeven. Typisch, alles moest Zwadderich uitstralen.

Een blonde jongen zat al voor het haardvuur, hij was de enigste die nog wakker was, voorzichtig liep ik naar hem toe. Ik maakte geen geluid, waardoor Draco ook opschrok toen ik naast hem ging gaan zitten. Mijn blik was op het haardvuur gericht. 'Hey' zei hij. 'Hii.' zei ik terug. Mijn stem trilde lichtjes, ik hoopte dat het niet zo opvallen. 'Wat is er?' Natuurlijk Draco had het gehoord, hij hoorde het altijd als er iets was. 'Niks, gewoon moe.' Ik wilde hem het gedoe met Sneep niet uitleggen, alles was al ingewikkeld genoeg. Ik voelde een hand die mijn rug warm wreef, ik keek opzij en zag het bezorgde gezicht van Draco. Ik glimlachte naar hem. 'Waarom kwam je niet naast me zitten in de grote zaal?' vroeg hij. Ik zuchtte. 'Het zou te veel vragen opwekken.' zei ik zachtjes. Hij tilde zijn wenkbrauwen op. 'Ja, en? We moeten ze toch niet beantwoorden.' Ik snoof, hij begreep het niet. Ik pakte zijn hand vast. 'Ik sta gewoon niet graag in de schijnwerpers.' Hij wreef met zijn duim over mijn hand. Ik ging verder. 'Al vijf jaar ben ik onzichtbaar hier, daar wil ik zeker nu geen verandering in brengen. Het spijt me, Draco, ik zou graag bij je zitten, maar ik kan het niet.' Er zat een frons in zijn voorhoofd. 'Het is niet erg, dan spreken we af, zoals nu.' Gepijnigd keek hij mij aan. Ik knikte. 'Goed.' Hij veegde voorzichtig een haar achter mijn oor; verdwaasd keek ik naar mijn hand in de zijne. Ik was zijn aanrakingen wel gewoon, maar het was zo teder, hij behandelde me alsof ik breekbaar was. Voorzichtig trok ik mijn hand terug, hier was ik nog niet klaar voor. Hij keek me even verbaasd aan, maar haalde dan zijn schouders op.

'Wanneer beginnen we aan de opdracht?' vroeg ik. 'Zo snel mogelijk.' Ik knikte instemmend. 'Ik heb al enkele ideeën, jij?' Verlegen keek ik naar mijn schoot. Ik had er al over nagedacht, maar ik wist niet direct iets. 'Nee, sorry.' Hij gniffelde. 'Wat?' ik trok mijn wenkbrauwen naar hem op. 'Je moet geen sorry zeggen, ik vind het niet erg hoor.' Hij lachte eventjes, ik lachte flauw mee. Toen keek hij me serieus aan. 'We vinden wel iets, we hebben nog genoeg tijd.' 'Oke.' zei ik. 'Slaapwel Claire.' zei Draco en hij stond recht. 'Slaapwel, Draco.' fluisterde ik. Ik bleef nog even naar het haardvuur kijken, maar daarna ging ik ook naar mijn slaapkamer.

Daughter of Voldemort. (fanfic harry potter) Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu