Zwakte - Deel XIII

58 4 4
                                    

Al snel bevond ik me in Erics sterke armen en snikkend tegen zijn ferme borst. Ik wou dit niet, maar ik had het nodig. Ik had hem nodig. Ik had iemand nodig die me begreep en de blik in zijn ogen toonde me genoeg. Hij begreep me volkomen nu. En ik wist meteen dat hij eveneens getwijfeld moest hebben of hij het kindje zou willen houden of niet. En ik wist dat hij, net als ik, evenmin gewild had dat we ooit voor die keuze gestaan hadden in die situatie maar dat hij eveneens besloten zou hebben om hem of haar te houden en voor onze zoon of dochter te zorgen zo goed als we konden.

"Ik ben ons boeleke kwijtgeraakt, Eric. Het spijt me zo..." snotterde ik. Het moment dat ik hem of haar verloren was, was het moment waarop hij of zij niet langer een 'het' geweest was of een simpel vruchtje of een embryo maar een groeiend kindje, met wat van hem en van mij.

Eric reageerde door mijn hoofd te kussen en over mijn rug te wrijven terwijl ik snikkend en bloedend half in zijn schoot lag en hij steeds weer dezelfde mantra herhaalde. "Ik weet het... Ik weet het..."

"Ik- ik weet da ge de baby graag gehouden had... Ge moet mij zo hard haten nu..."

Ik voelde alleen meer kussen op mijn hoofd belanden en voelde hoe hij me indien mogelijk nog dichter bij zich nam. "Ik zou u toch nooit kunnen haten, zotteke," zei hij en de rauwe emotie in zijn zachte stem raakte me zoals niets of niemand me ooit geraakt had. "Ik zie u nog even graag als ik altijd gedaan heb, en da zal nooit van mijn leven veranderen, er mag gebeuren wat er wilt. Ik heb u altijd graag gezien en ik zal u altijd graag zien. Ik zou altijd voor u kiezen, voor u en alles wat erbijkomt, gezin of nie."

Die woorden waren exact wat ik wilde en moest horen en tezelfdertijd wat ik nooit had willen horen of weten. Bevend duwde ik me van hem af en keek ik hem aan. Blijkbaar was het genoeg geweest met verstoppertje spelen. De waarheid was al te lang onbesproken geweest. Ik zag dat hij het meende, en dat was net wat ik niet kon verdragen... omdat zijn waarheid eveneens mijn waarheid was. Omdat die waarheden me net iets te hard bij de realiteit leunden en in het gezicht sloegen.

Ik schudde mijn hoofd. Ik wou niets liever horen dan die woorden en tezelfdertijd dat hij ze nooit meer zou zeggen. De voorbije weken waren een gemene valstrik geweest van het lot om me de waarheid duidelijk te maken. Het was niet enkel seks geweest tussen hem en mij. Ik had het altijd geweten maar nooit willen weten.

"Ik wil u nooit meer zien," huilde ik terwijl mijn hart in stukken brak. Ik wilde op dat moment nooit meer kunnen voelen, nooit meer de pijn en het verdriet voelen van de teleurstelling die ik was. "Alstublieft, ga weg. Alstublieft."

Ik had me nog nooit zo gebroken gevoeld als toen hij woordeloos losliet. Het voelde alsof ik alleen achtergelaten werd op een onbewoond eiland, op de noordpool of of de zuidpool, ver weg van enige vorm van bewoning, van warmte... van al wat ik van hem nodig leek te hebben. Centimeters tussen ons in waren genoeg om me dat te doen voelen toen, omdat ik hem wellicht nooit meer nodig gehad had. Ik sloot mijn ogen terwijl hij me aankeek en leek te twijfelen of hij me echt wel goed gehoord had. Ik brak compleet het moment dat de deur achter hem dichtviel en hij uit mijn leven verdween.

ZwakteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu