Er was geen andere optie dan dat hij aan één stuk doorgereden was van Dilbeek tot waar ik was. Twee uur en 47 minuten na zijn sms dat hij daar vertrokken was, had hij me gebeld en me gezegd dat hij er was. Zoals in een B-film waren we elkaar nogal wat mislopen. Ik had wat rondgedoold op zoek naar hem, zijn auto, iets herkenbaars, was tot aan de directe afrit gelopen maar had hem niet gevonden. Hij was in tussentijd zelf bleven rondrijden op zoek naar mij, en verschillende verwarde sms'jes later had hij me eindelijk ge'sms't dat hij aan het tankstation zou wachten op me omdat we toch maar aan het ronddolen waren. Net toen ik hem had willen bellen ter clarificatie had mijn gsm een lage toon gegeven en had de batterij het opgegeven, waardoor ik puur op mijn eigen logica had moeten vertrouwen. Achteraf gezien had ik dat beter van in het begin gedaan; we zouden minder tijd verspeeld hebben. Ik had mijn instinct gevolgd en was teruggelopen naar het begin, waar ik mijn auto achtergelaten had. Het was druk geweest, drukker dan toen ik hem gebeld had, maar ik had zijn auto vrijwel meteen gezien, zowel hij als de chef ertegen geleund, wachtend. We hadden de korte afstand tussen ons in seconden overbrugd zodat hij mij in zijn armen kon nemen. Het was pas toen ik zijn armen rond mij voelde en ik mijn neus in zijn nek kon duwen dat ik besefte hoe koud ik was, en hoe uitgeput ik was, mentaal en fysiek.
Ik herinnerde me een gelijkaardig moment waarop ik gevoeld had dat ik in stukken uit elkaar zou spatten en hij me bij elkaar gehouden had, en de dam brak bij zijn simpele maar betekenisvolle woorden. Ik was vergeten hoe goed het voelde om in zijn armen te zijn, om zijn diepe stem te horen naast mijn oor, zijn geur in mijn neus te laten doordringen, zijn ademen tegen me te voelen als we heel dicht bij elkaar waren. "Ik ben hier. Ik ben hier," bleef hij herhalen, alsof hij wist dat ik dat nodig had. Ik wou dat ik ze niet nodig had, maar ik deed het wel, ongeacht wat ze voor de rest met me deden.
Ik begon te huilen en te huilen en te huilen en verborg mijn gezicht in zijn nek. Ik kroop zo dicht mogelijk tegen hem aan als ik kon. Ik was me niet eens bewust van het feit dat mijn shirt en mijn pyjamabroek het enige waren wat ik aan had en dat ze misschien wel doorzichtig waren hoewel ze na al die tijd natuurlijk wel opgedroogd waren. Doorheen een waas van tranen zag ik mijn vroegere chef richting mijn wagen vertrekken. De blik in zijn ogen stond bezorgd terwijl hij woordeloos instapte en vertrok, ervan uitgegaan dat ik alles had wat ik nodig had, en dat had ik met Eric bij me. In dat moment dacht ik er niet aan te vragen hoe ik mijn auto zou terugkrijgen. Dat kwam later pas. Er moest niets gezegd worden, en ik was dankbaar dat hij dat begreep. Ik veronderstelde dat ze het nodige onderweg reeds gezegd zouden hebben. Ik vroeg me heel even af of Eric hem gevraagd zou hebben om te zwijgen of dat het uit zichzelf kwam.
Mijn liefde voor hem was niet meer te onderdrukken. Mijn liefde voor hem maakte me gek. Het was begonnen met de sterkste vriendschap die ooit bestaan had tussen een man en een vrouw, een slippertje in een toilethokje toen onze grenzen door de alcohol net genoeg vervaagd geraakt waren dat we onze gevoelens niet meer kunnen tegenhouden hadden. Ik was zwanger geweest, was zijn kind kwijtgeraakt, had hem uit mijn leven gegooid, en hij had gehoorzaamd tot ik met hangende pootjes weer bij hem aankwam met de realisatie dat het allemaal gebeurd was om een reden en dat ik die reden al jaren verloochend had.
Ik had blijkbaar bijna veertig moeten worden voor ik de gekmakende liefde te ervaren kreeg. Het voelde immatuur aan, ongelooflijk onprettig. Ik haatte het om niet bovenop een situatie te zijn. Waarschijnlijk was ik erin gegroeid in mijn huwelijk, en nu was ik er weer in gegooid, meer dan twintig jaar later, en tegelijkertijd was ik er helemaal niet ingegooid want had ik er al een decennium ingezeten maar het gewoon niet beseft. De situatie was averechts op verschillende manieren.
Ik knikte zonder het goed en wel te beseffen toen hij me vroeg of ik oké was om te vertrekken en zou zowat ja gezegd hebben op alles wat hij me vroeg of zei, zo lang ik hem maar niet los hoefde te laten. Ik wist wat me te doen stond. Hij was duidelijk geweest en mijn eigen gevoelens konden niet duidelijker aanwezig zijn in mijn binnenste. Ik voelde zijn vingertoppen op mijn kaak terwijl hij mijn gezicht zachtjes omhoog tilde zodat ik hem kon aankijken. "Ge hebt mij serieus laten verschieten, ma ik ben blij da ge me gebeld hebt. Wa denkte als we eerst efkes verder rijden naar Koblenz en daar eerst ne koffie gaan drinken en iets eten en misschien iets warmer voor u zoeken om aan te doen voor da we de trip terug maken? Het is een kwartierke van hier. Ik heb onderweg wel een fleske water gekocht voor u omda ik nie wist of ge iets bijhad."
Ik keek in zijn groene ogen en zag de bezorgdheid erin zwemmen. Ik had er niet aan gedacht dat ik al enorm lang niets meer gegeten of gedronken had. Ik kon beide waarschijnlijk wel gebruiken, evenals iets anders om aan te doen, al was het misschien gek om iets aan te schaffen terwijl ik enkele uren van daar meer dan genoeg kleren had. Ik liet Eric op dat moment toe om mijn rationele kant te zijn en stemde in. Ik liet hem toe mij te leiden. En op andere gebieden had ik dat al langer moeten doen, wist ik.

JE LEEST
Zwakte
FanfictionEen klein moment van zwakte was al dat nodig was voor een rollercoaster van emotie die geen van beide had kunnen zien aankomen.