Deel 10

153 8 0
                                    

Het was de laatste avond van onze vakantie en Suzanne en ik zaten samen in een restaurantje. Suzanne had net voor ons besteld en nu waren we aan het wachten op ons dessert. Suus en ik hadden alweer de slappe lach gekregen omdat Suus één of andere flauwe grap maakte. Al snel daarna kwam de ober met onze bestelling binnen.
'Une dame blanche et un thé, c'est pour qui?'
'C'est pour moi.' Zei Suzanne tegen de ober. De ober zette voor Suzanne haar eten neer en even later ook voor mij.
'Bon appétit.' Zei de ober nog en daarna liep hij weg, niet dat he wat uitmaakte want Suzanne en ik waren al aan het aanvallen op ons toetje.

De volgende dag kwamen Suzanne en ik weer aan in Almelo. Eerst zette ik Suzanne thuis af met al haar spullen en daarna reed ik door naar mijn huis. Eenmaal thuis kwamen mijn ouders al naar buiten gelopen.
'Ilse!' Mijn moeder vloog meteen om mijn nek.
'Hey mam.' Begroette ik mijn moeder. Even later liet ze mij los en daarna omhelsde mijn vader mij kort even. Toen mijn vader mij losliet begon mijn moeder al met een vragenvuur op mij aftevoeren over hoe ik het had gehad enzovoort.
'Mam, ik wil zo al je vragen beantwoorden, maar mag ik eerst even mijn spullen uit de auto halen?'
'Tuurlijk meid.' Zei mijn moeder meteen, waarna ik door liep naar de achterkant van de auto. Ik opende de laadklep en haalde daar mijn spullen uit. Mijn vader overhandigde ik ook een tas en mijn moeder gaf ik mijn handtas, zodat ik zelf ook nog een tas kon tillen. Zo liepen we naar binnen en daarmee was mijn mooie vakantie afgelopen.

Een uurtje later zaten mijn ouders en ik samen met mijn broer aan de koffie. Mijn broer woonde al lang op zichzelf, maar hij was even langsgekomen om te kijken hoe het met mij ging en of ik de vakantie had overleefd.
'Maar Ils, hoe heb jij ooit die autoreis overleefd?' Vroeg mijn broer lachend.
'Euh, ja dat weet ik zelf ook nog steeds niet.' Lachte ik terug. 'Ik heb de eerste paar uur zelf gereden en daarna heeft Suzanne gereden en eigenlijk was het om voordat ik er erg in had.'
'En heb je voorzuchtig gedaan met drank, drugs en jongens?' Vroeg mijn broer met een scheve glimlach.
'Ik heb opgepast met drank, dus ik ben niet dronken geweest.' Begon ik al meteen met liegen. 'Ik heb geen drugs aangeraakt.' Dat was dan geen leugen, van de drugs was ik afgebleven. 'En ook van de jongens ben ik afgebleven.' Leugen nummer twee, in één zin, maar mijn ouders en zeker mijn broer hoefde de waarheid niet te weten.
'Maar wat hebben jullie dan gedaan in plaats van jullie lamzuipen omdat pa en ma er niet bij waren?' Vroeg mijn broer nog altijd lachend. Oeps, nu moest ik opnieuw snel een leugen verzinnen, want het meeste wat Suzanne en ik hadden gedaan was last hebben van onze kater en uitgaan.
'Wij zijn vaak uiteten geweest en wij hebben heel veel op het strand gelegen.' Vertelde ik een halve waarheid. Mijn ouders en broer knikte.
'Ik hoor het al, jij hebt een hartstikke leuke vakantie gehad.' Zei mijn vader toen hij zijn hand op mijn knie legde. Ja, ik had een super leuke vakantie gehad.

Déjà VuWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu