Deel 11

152 8 0
                                    

*een maand later*

Het was half 10 in de ochtend toen ik ontwaakte. Ik schrok even, maar besefte toen dat het weekend was. O ja, vanmiddag had ik afgesproken met Suus. Ik besloot om maar op te staan en liep naar de badkamer, waar ik mijzelf in de spiegel bekeek. Ik zag er in ieder geval al minder belabberd uit dan gisteren. Ook mijn stem klonk al weer wat beter, al leek het nog helemaal niet op mijn normale stem. Ik maakte me toch wel zorgen. Wat nou als er iets mis zou zijn met mijn stem? Misschien waren mijn stembanden overbelast. Ik had geen idee.

Toen ik beneden kwam zaten mijn ouders aan de keukentafel. 'Zo, je bent eindelijk wakker.' Zei mijn vader. Ik knikte en ging bij mijn ouders aan tafel zitten. Mijn moeder vond me er nog wel slecht uitzien en voelde of ik koorts had, wat niet het geval was. 'Het lijkt me verstandig dat je op tijd thuis bent en niet te lang blijft hangen bij Suzanne vandaag. Straks wordt je nog echt ziek.'Waarschuwde mijn moeder. Ik knikte. 'Komt goed mam.' Zei ik. Ik was ook echt van plan om op tijd thuis te zijn, want ik voelde me nog steeds niet helemaal lekker.

Toen ik bij Suzanne kwam voelde ik me alweer een stukje beter. 'Ilse!' Begroette Suzanne mij vrolijk toen ze de deur opendeed. We liepen naar binnen en kletsten wat over de vakantie, omdat we het allebei gewoon zo leuk hadden gevonden. 'Trouwens, voel jij je wel goed? Je bent heel bleek?' Zei Suzanne ineens. 'Ja, het gaat wel. Ik ben al dagen een beetje ziek. Geen idee waar ik last van heb.' 'Griep heerst.' Zei Suzanne, waarop ik knikte. Dat kon het inderdaad ook nog wel eens zijn, al hoopte ik natuurlijk van niet. 'Ik voel me ook slecht. Ik ben hartstikke ongesteld en ik voel me echt rot.' Hoorde ik Suzanne zeggen. Even schrok ik. Suzanne en ik waren eigenlijk altijd tegelijk ongesteld. Waarom dan nu niet? Suzanne zag dat ik schrok. 'Wat is er Ils?' Vroeg ze. 'Ik ben nog niet ongesteld geworden, en wij zijn bijna altijd tegelijk ongesteld.' Legde ik uit. Suzanne leek niet echt te schrikken. 'Dat komt wel hoor. Zwanger kun je niet zijn.' Ik schudde mijn hoofd. Dat kon inderdaad niet. 'Tenzij je het toch onveilig hebt gedaan met die jongen op vakantie, maar dat denk ik niet.' Lachte Suzanne. De schrik sloeg me om het hart. Het zou toch niet... Nee, zoiets zou ik nooit doen, ook al was ik dronken. Zwanger zijn was geen optie, sowieso niet.

Die avond lag ik al vroeg in bed. Nu had ik last van erge hoofdpijn. Dit had ik altijd als ik ongesteld moest worden, dus ik zou wel snel ongesteld worden. Ik zuchtte diep en probeerde te slapen. Na een half uur sliep ik nog niet en besloot ik een paracetamol te nemen tegen de hoofdpijn. Deze hielp gelukkig vrij snel en niet veel later viel ik in een diepe slaap.

Déjà VuWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu