'Ik haat je.'
Jake staart me verward aan, maar zegt niets. Na een paar minuten opent hij zijn mond, om hem vervolgens weer te sluiten en hetzelfde nog drie keer te doen. Al die tijd sta ik er met op elkaar geklemde kaken bij. Als ik nu ontspan, stort ik neer. En dan komt het niet meer goed.
'Wat bedoel je? Ik dacht dat we vrienden waren.'
'Misschien.' Misschien. Mijn stem is zacht en piepend.
'Vertel het me.' Smekend kijkt hij me aan, maar ik kan geen antwoord geven. Ik wil wel, maar ik kan het niet. De brok in mijn keel knijpt mijn luchtwegen dicht en even lijkt het alsof ik stik. Als hij mijn hand probeert vast te grijpen, trek ik me weg.
'Ik weet het niet. De ene keer ben je zo aardig. En dan-' Ik val stil. Met zijn blik smeekt hij me om verder te praten. 'En dan gedraag je je als een klootzak. Ik snap je niet. En ik heb het nodig om dingen te snappen.'
'Is dat alles?'
'Ja.' Leugenaar, er is veel meer. Alsof hij mijn gedachten kan lezen, kijkt hij me aan met een dwingende blik. 'Misschien.' Hij stopt niet met staren. 'Oké, nee. Dat was niet alles. Ik weet gewoon niet wat ik van je moet vinden. Waarschijnlijk ligt het gewoon aan mij.'
'Dus omdat jij niet weet hoe je over mij moet denken, haat je me?' Zijn stem klinkt woedend. Als ik hem aan durf te kijken, zie ik dat zijn ogen ook boos staan. Ik krimp in elkaar en kijk meteen weg van hem.
'Ja,' piep ik. 'Ik ben gewoon verward.'
'Sorry, ik had niet boos moeten worden. Maar ik wil wel dat je het uitlegt.' Dwingend kijkt hij me aan.
'De lijn tussen haat en liefde is klein,' mompel ik. Zijn blik vertelt me dat hij er niks van snapt. 'Ik weet niet of ik je mag of niet. En als ik zeg dat ik je haat, komt dat logischer over dan dat ik zeg dat ik van je hou. En omdat de lijn tussen haat en liefde zo klein is, kan haat nog altijd veranderen in liefde.'
'Dus wat je bedoeld is dat je me misschien leuk kan vinden?' Dat kwam hard aan. Zeker omdat ik die gedachte uit mijn hoofd verbannen heb. Ik wil er niet aan denken dat ik Jake leuk zou vinden op de manier van verliefd zijn. Verliefd zijn heb ik jaren geleden uit mijn systeem gewist.
Het is vreemd dat het toch ineens terug kan komen zonder dat ik het wil.
'Misschien.' Mijn stem is onhoorbaar, maar toch lijkt het alsof hij me gehoord heeft. En dat wil ik niet. Ik wil niet dat hij weet wat ik voel en denk. Ik wil het zelf niet eens weten.
Hij zucht opgelucht. Opgelucht?
'Oké.' Hij ontwijkt mijn blik. Dit gesprek wordt steeds ongemakkelijker en ik verwacht dat er over een paar minuten geen gesprek meer is.
'Zullen we-' 'Ik denk dat-' zeggen we allebei tegelijk. We stoppen beiden met praten zodat de ander verder kan en openen dan onze mond om iets te zeggen. Ongemakkelijk...
'Jij eerst.' 'Zeg jij maar.' Weer tegelijk. We zuchten, ook tegelijk. Nerveus frummel ik met mijn handen. Jake frummelt aan een los draadje van zijn shirt. We staan vlakbij elkaar, maar kijken de ander niet aan. Beiden zeggen we niks meer. Zo gaat het een paar minuten lang, totdat hij de stilte opvult.
'Zullen we een spel doen?'
'Oké,' mompel ik, zonder hem aan te kijken. Hij trekt me mee naar de bank en duwt me erop neer. Hij gaat tegenover me zitten.
'We vragen elkaar om de beurt gewoon random dingen en daar moet de ander eerlijk op antwoorden. Dat is het. Goed?' Ik knik en verstop mijn handen in mijn mouwen. 'Jij begint.'
JE LEEST
Ik Haat Je #Netties2017
Teen Fiction'Ik haat je.' Misschien haat ik hem. Dan mag ik hem niet, maar ook weer wel. Want ergens heeft hij een plekje veroverd in mijn hart, misschien niet het mooiste plekje. Maar het is een plekje. Dat is het. • Joy is niet bang om te schelden en haalt...