Chapter 8

417 22 5
                                    

Maybe there's something you're afraid to say, or someone you're afraid to love, or somewhere you're afraid to go. It's gonna hurt. It's gonna hurt because it matters. - John Green

En op dat moment vertrok mijn gezicht, stokte mijn adem en kon ik niks meer zeggen.

'Ze willen jullie uitschakelen, een voor een.' Vervolgde ze.

'Weet je nog, dat armbandje?'

Die van Jacob.

'Ze hebben me gedwongen om die te stelen van je, zodat ze iets hadden om de spreuk op uit te voeren. Iets van jou.'

Ik zweeg.

'Het spijt me, Renesmee. Ik ben niet sterk genoeg om ze tegen te houden.' Ze bleef me een tijdje doordringend aan kijken, daarna liep ze zwijgend weg.

Shit.

Ik herstelde me en liep achter haar aan, maar ze was al weg. Jacob stond buiten te wachten, aangezien hij me op kwam halen. Ik liep naar hem toe en stapte in.

'Het zijn de heksen die ervoor gezorgd hebben dat ik zelfmoord wilde plegen.' Zei ik nadat ik de deur dicht had gedaan.

'Wat?'

'Die smerige heksen hebben alles uitgedacht en willen ons een voor een uitschakelen.'

'Renesmee, rustig.'

Ik had nu pas door hoe zwaar ik aan het ademen was. Ik blies de lucht uit mijn longen.

'Sorry.'

'Vertel, wat was er aan de hand?'

Ik vertelde alles wat Sophie me verteld had, vervolgens keek Jacob zwijgend vooruit.

'Wat denk je?'

'Niks.' Antwoordde hij.

Ik keek vooruit, door het raam, naar de zo goed als lege parkeerplaats.

'Wat denk je dat ze gaan doen? Als volgende stap, bedoel ik.' Ik haalde mijn schouders op. 'Ik hoop dat Sophie me op de hoogte houd.' Jacob keek weer zwijgend vooruit en perstte zijn lippen op elkaar. Ik pakte zijn hand en kneep er even in.

'Wij zijn sterker dan hun, oké?'
'Misschien hebben ze je die bloedneus ook wel gegeven.'
Ik haalde mijn hand terug. Die bloedneus. Die bloedneus hoorde er niet te zijn, want ik ben een vampier, en vampiers krijgen niet zomaar een bloedneus.

'Sophie had dat dan wel gezegd.' Zei ik. Jacob knikte kort.

'Ik moet nog even iets oppikken, vind je dat erg?' Ik schudde mijn hoofd. 'Nee hoor.' Ik vond het altijd wel fijn om rond te rijden in auto's, relaxend.

'Zeker weten?' 'Mhm.' Jacob glimlachte kort, ik glimlachte terug. Toen begon Jacob met rijden.

Ik keek naar de bomen, die een voor een aan me voorbij gingen. De vogels die in een grote V vlogen. De auto's die voorbij raasden. Er hing een fijne stilte in de auto.

'Waar moet je eigenlijk nog heen?' Vroeg ik. 'Billy was iets vergeten met de boodschappen en vroeg of ik t wilde halen.' Ik grinnikte kort. 'Oké.' 'Is dat grappig?' 'Nee hoor.'

Jacob en Billy waren zo schattig samen.

Tenminste, dat vind ik.

Blijkbaar gingen we naar de Wallmarkt. Want daar parkeerde Jacob zijn auto. Ik had geen zin om te wachten in de auto, dus ik stapte uit en liep met hem mee naar binnen.

Ik ging nóóit naar boodschappenwinkels. Alice, Esmé, Rosalie of Carlisle gingen altijd. Soms Bella, voor als we thuis iets nodig hadden. Af en toe denkt iedereen dat ik omkom van de honger als ik een dag niet eet, terwijl ze soms vergeten dát ik eet.

Possible (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu