Hulp

498 14 1
                                    

'Die is voor mij.' Caleb rende op het hert af. Voor het hert zich kon bedenken wat er gebeurde had Caleb zijn tanden al in zijn nek gezet. Het dier spartelde heel even, maar het had al snel geen bloed meer. Zodra Caleb klaar was mengde hij zich weer bij onze groep.

'We moeten Yara ook een keer meenemen naar het Noorderwoud.' Caleb had zo te horen van de wildheid die ik de vorige keer gevoeld had geen last.

'Hoezo?' Vroeg ik.

'Nou daar heb je een ander soort dieren. Beren, tijgers, en dat soort grotere dieren. Die komen het dichtst in de buurt bij mensen.'

'Okee! Ik ruik wat, het is geen hert, maar zeker ook geen mens.'

'Waar is het Yara? Ik ruik niks.' Deavon zette een stap naar voren zodat hij naast me kwam te staan.

'Oost.' Ik wees.

'Yara ga jij voorop?' Vroeg Grace.

Zonder iets te zeggen rende ik in die richting, niet op volle snelheid, want mijn versterkte vampierbijwerkingen waren nog niet afgenomen, en anders kon de rest me niet bijhouden.

'Ik ruik nog steeds niks.' Deze keer was het Jaiden die iets zei.

We bleven rennen tot ik daar iets achter een boom vandaan zag stappen.

'Hoe kan het dat wij dat daar niet ruiken?' Deavon fluisterde het zo zacht dat de vreemdeling ons niet zou horen. De vreemdeling had echter wel iets gehoord, want zij draaide haar hoofd verschrikt om.

'Deavon?' Het meisje kwam op ons aflopen.

'Cloe?'

Een prachtig meisje met heel donker bruin haar en marineblauwe ogen stond nu voor ons.

'Hoe kan het dat we je niet roken?' Blijkbaar had Deavon nog oud zeer, want hij begon niet met een luchtig 'hallo' of 'hoe gaat het' hij maakte direct verwijten.

'Ik wilde jullie verrassen, dus deed ik een soort dekmantel parfum op. Hoe hebben jullie me gevonden?' Ze keek om zich heen om iets vreemds te ontdekken, maar ik stond in het midden van de groep en was dus voor Cloe onzichtbaar.

'We hebben een jonge vampier bij ons, haar versterkte bijwerkingen trekken niet weg op de een of andere manier. Yara, dit is dus Cloe, Cloe dit is Yara.' Deavon stapte aan de kant zodat ik zichtbaar werd voor Cloe.

'Hee.' Ik probeerde haar een hand te geven, maar ze wierp hem af.

'Dus dit is je nieuwe slachtoffer?' Cloe wurmde zich langs me.

'Cloe gedraag je, ik ben veranderd, zou jij ook moeten proberen.' Deavon keek haar boos aan.

'Niks voor mij, maar toch bedankt voor de tip. Zeg, waar blijft jullie gastvrijheid? Mag ik soms niet mee naar jullie huis? Dan kan ik vertellen waarvoor ik gekomen ben.'

'Maar natuurlijk, kom maar mee.' Irena was de enige die niet boos leek.

--------------------------------------

'Ga zitten!' Alweer was Irena de gastvrije vampier.

Cloe plofte op de bank.

'Ik kom jullie hulp halen. James is vermoord door de beschermers, toen ik hem wilde bevrijden kwam ik per ongeluk langs hun hoofdkwartier. Daar hoorde ik het. Ze zijn iets van plan. Iets heel groots.'

'Wie is James?' Ik leek de enige die niet wist wie het was.

'Dit zijn geen zaken voor jou, nieuweling.' Ze rolde met haar ogen. Wat had Deavon in haar gezien?

'Je kwam ons toch om hulp vragen? Ze hoort er nu bij.' Zei Grace.

'Ik wil niet dat ze haar neus in mijn zaken steekt. Maar ik heb jullie hulp echt nodig, en dan bedoel ik niet de nieuweling. We moeten ze stoppen voor ze nog meer schade aanrichten. Mijn leger bestaat nu uit 38 vampiers, kan ik jullie daaraan toevoegen?'

'Als je ons in je leger wilt, zal je toch echt moeten wennen aan Yara.' Alweer Grace.

'Hoe oud is ze?'

'Ik ben 16, en je mag vragen over mij best aan mij vragen.' Mijn verlegenheid leek verdwenen als sneeuw voor de zon.

'Laat me niet lachen, je weet Deavons leeftijd toch? Beetje oud voor je, niet waar? En je mag ons best helpen hoor kleintje, maar ik kan je veiligheid niet garanderen.' Ze barstte van het lachen.

'Dat is gelukkig ook niet jou verantwoordelijkheid.' Ik stond op van de luie stoel. Ergens achter me hoorde ik Jaiden 'bitchfight!' Roepen.

'Jaiden zo laag ga ik niet.' Ik draaide me naar hem om.

'Durf je niet?' Ook Cloe stond op.

'Cloe hou op!' Deavon mengde zich.

'Ik bepaal zelf wel wat ik doe. Maar kan ik op jullie rekenen of niet?' Ze bleef staan. De vampiers keken elkaar aan. Ook kruiste hun blik die van mij en ik knikte.

'Ja.'

'Mooi, ik stuur een bericht als ik jullie nodig heb. Ik moet nu gaan om mijn leger nog verder uit te breiden. Tot ziens,' ze liep vlak langs me en duwde haar schouder 'per ongeluk' tegen me aan.

'Deavon en jij gaan het niet lang volhouden.' Fluisterde ze heel zacht in mijn oor.

Madly in loveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu