Hoofdstuk 4

361 25 9
                                    

Meghan POV.
'Zijn we alleen?' vraagt de jongen aan mij. 'Ja, soort van. Mijn vriendin is binnen pannekoeken aan het bakken en ik denk dat het wel een tijdje duurt.' Antwoord ik op zijn vraag. 'Mooizo, want ik wil de vraag die je stelde deze middag beantwoorden. Dus het zou fijn zijn als je luistert.'

Ik hoor aan zijn stem dat hij twijfelt of hij het wel moet vertellen. 'De wezens waar je om vroeg zijn verschillend. Je hebt bijvoorbeeld, eh ja, vampieren, elfen, weerwolven en heksen. Ze hebben allemaal een eigen gebied waar ze in hun eigen groepen leven.' Ik weet even niet wat ik moet denken dus kijk ik hem maar aan met zo'n blik van: haha toedeloe ik geloof het niet. Ik kan mijn lach niet inhouden dus proest ik het uit.

Oh volgens mij heb ik iets verkeerds gedaan want hij kijkt met een boze blik terug. 'Als je me niet gelooft mij best. Ik kan je het ook gewoon laten zien. Kom morgen om 2 uur bij de grote oude eik midden in het bos en dan lach je vast niet meer.' zegt hij op een boze toon. 'Sorry' fluister ik hem toe. 'Ik ga maar weer eens. Tot morgen om 2 uur bij de grote eik.' en ik loop van Alex weg.

Amber zit al aan tafel met een grote stapel pannekoeken en kijkt me niet aan als ik naar haar toe loop. 'Is er iets?' vraag ik aan haar omdat ze me volledig negeert. 'Ik zag je praten met een jongen.' Shit, ze heeft me natuurlijk gezien met Alex. Wat ben ik toch dom. Ik moest nooit op de plek voor het hutje met hem praten. 'We hadden toch afgesproken niemand hier te laten komen en wat doe jij, je spreekt met een jongen af.' Ik wil haar vertellen over Alex maar ik besluit het niet te doen. Straks krijg ik problemen met hem. 'Het spijt me heel erg, maar ik kon er niet veel aan doen. Ik liep namelijk gewoon een rondje en toen stond er een jongen die verdwaald was. Ik wees hem de weg, maar hij zag al ons huisje staan en hij liep er heen. Ik zei nog tegen hem dat hij daar niet mocht komen.' lieg ik tegen haar. 'Oh' dat is het enige wat ze uit haar mond komt. 'Ik heb nog een paar pannekoeken voor je over. Sorry dat ik zo tegen je doe, maar ik ben vandaag niet in een vrolijke stemming. Ik ga alvast maar slapen.' Ze staat zuchtend op en loopt naar de slaapkamer.'

Als ik de pannekoeken op heb doe ik alle lampen in de kamer uit en loop naar de slaapkamer. Ik kijk in de kledingkast, pak een nachthemd en trek hem aan. Als ik in mijn bed lig denk ik de hele tijd aan het gesprek met Alex. Hm waarom zou hij liegen over die magische wezens. Misschien was het wel echt waar wat hij vertelde. 'Meghan? Slaap je al?' 'Nee, ik kan niet slapen.' 'Ik ook niet. Kan je een verhaal vertellen?' Het klinkt heel kinderachtig wat ze vraagt, maar vroeger toen we klein waren deed ik dit ook altijd al voor haar als ze niet kon slapen.
Midden in mijn verhaal hoor ik opeens gesnurk. Amber is in slaap gevallen.

"Meghan, wakker worduuhh!! Ik heb een ontbijtje voor je gemaakt. Dit doe ik omdat ik gisteren zo bot en boos tegen je deed. Sorry nog.' Ik ga rechtop in mijn bed zitten en krijg een bord op mijn schoot gedrukt. 'Het geeft niet meer. Ik ben niet boos op je hoor.' stel ik haar gerust. 'Zullen we anders gewoon het gesprek vergeten van gisteravond?' 'Is goed.' Ik kijk haar aan met een blij gezicht. Op het bord ligt een lekker warm croissantje en op het nachtkastje staat vers geperste jus d'orange. Als ik alles op heb leg ik het bord weg en sta op uit mijn bed. Vermoeid loop ik naar de kledingkast om te kijken wat ik deze keer zal aantrekken. Ik zie dat Amber een jurkje aan heeft. Ik snap niet hoe zij het niet koud kan hebben. Ik pak een spijkerbroek en een shirt met daarbij een vest. 'Nee joh gekkie, doe dat vest weg. Het is vandaag lekker weer!' Ik twijfel over wat mijn vriendin zegt want als ik naar buiten kijk schijnt de zon niet zo fel.

De uren gaan snel voorbij. Ik kijk op de klok die boven de tv hangt. Het is kwart voor 2. Laat ik maar alvast gaan, voordat ik klaar ben is het alweer tijd. 'Amber, ik ga even een stukje wandelen. Ik ben over een uurtje weer terug.' Roep ik naar mijn vriendin die in de keuken staat. 'Zal ik anders meegaan of wil je alleen?' Roept ze terug. 'Nee. Ik ga alleen, dan kan ik even mijn hoofd leegmaken.' Het zou een beetje raar zijn als ik Amber meenam. Het is namelijk niet de bedoeling dat ze ook meer te weten komt over Alex. Ik trek mijn schoenen en jas aan en doe de deur open. Het waait heel hard. Ik doe mijn rits verder dicht. Met grote passen loop ik naar voren, dieper het bos in. Ik kijk naar de lucht maar ik zie dat het bijna gaat regenen. De takken breken als ik erop loop. De wind waait door de bomen en ik begin een liedje te neuriën omdat ik het te stil vind. Na een tijdje stevig doorlopen zie ik in de verte al de grote eik. Ik trek een sprintje, maar word tegengehouden als ik een paar meter voor de eik ben.

'Meghan, ik dacht dat je mij niet geloofde.' Zegt Alex met een plagende stem. 'Ja dat klopt, maar thuis bedacht ik me. Kan toch?' Hij verandert van houding en loopt om de grote eik heen. 'Waarom neem je me mee naar deze plek? Is hier ook iets bijzonders aan?' Vroeg ik voorzichtig aan Alex. 'Dit is inderdaad geen normale plek. Nou ja, de plek is doodnormaal, maar het gaat vooral om deze boom.' Ik kijk hoe groot en hoog de eik is. 'Deze boom bestaat nu al ongeveer 500 jaar.' Gaat Alex verder met z'n verhaal. 'En.. Uh ja, er is een poort waarmee je naar de andere wereld gaat. Het klinkt misschien echt heel raar, maar het is wel waar.' Een portaal naar de andere wereld? Kan het nog gekker? 'En hoe doe je dat dan?' Vraag ik ongemakkelijk.

Maar dan voel ik op mijn huid een druppel vallen. Nee hè, geen regen. Er vallen steeds meer druppels naar beneden en Alex kijkt naar boven. 'Je moet nu een keuze maken of je meegaat. Ik wil niet kleddernat daar aankomen.' Zegt Alex tegen mij. Wat!?! Ik wist niet dat we naar NeverEver gingen. Dat had hij er niet bij gezegd! 'Je zei toch dat je het zou laten zien. Niet dat we erheen gingen!' zeg ik boos tegen hem. Ik verhef mijn stem. 'We moeten nu gaan. Kom!' zegt Alex voordat ik nog iets kan uitbrengen.

De regendruppels vallen met grote snelheid naar beneden en kletteren op de grond. Ik begin steeds natter te worden. Opeens word ik bij mijn pols gepakt en naar de boom getrokken. Alex legt zijn hand op de stam van de eik. Ik kan hem nog maar net horen praten, maar hij zegt een spreuk op. 'Meghan!!' Ik draai me om waar de stem vandaan komt. Nee.. Amber.. ze heeft mij gevolgd. Ik word duizelig in mijn hoofd en het is zwart voor mijn ogen. Ik ben in NeverEver...

NeverEverWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu