Hoofdstuk 26

128 17 17
                                    

Meghan POV.

'Als we verkeerd zijn gelopen hè? Gaan we dan weer terug?' Vraag ik aan Felix terwijl we stevig doorlopen. 'Ja natuurlijk. Waar zou je anders heen moeten? We gaan niet onze eigen tunnel graven totdat we bij het kristal aankomen.' Het is gelijk stil. Je hoort alleen onze voetstappen over de grond tikken. 'Weet je wat ook pittig vervelend is?' Verbreekt Felix de stilte. 'Het is hier ook zo donker. Hebben we nog iets van licht?' Vraagt hij geërgerd. Ik denk even na. 'We hebben nog zaklampen in de rugzak. Die zouden nog vol moeten zijn.' Antwoord ik terug.

We nemen even pauze en ik haal de tas van mijn rug. Ik zet hem neer op de grond en hurk door mijn knieën. Ik maak de rits open. Heel voorzichtig graai ik in de rugtas. Ik voel één van de zaklampen tegen mijn vingers komen. Snel haal ik hem eruit en druk gelijk op het knopje. De zaklamp springt meteen aan. 'Ziezo, dat is ook gefixt.' Zeg ik tevreden.

Ineens begint de zaklamp te flikkeren. Aan, uit, aan, uit, aan... Ik geef hem een klap. Dat was niet de beste actie, want hij gaat niet meer aan. 'Ehh, gefixt? De batterij is op. Ik probeer wel de andere.' Felix duikt naar de tas en voelt erin. Hij haalt de andere eruit en drukt ook op het knopje. Ik moet lachen. 'Wauw, deze gaat al helemaal niet aan. Natuurlijk hebben we geen reserve batterijen.' Geïrriteerd blijft Felix naar de zaklamp staren. 'Erg fijn. Dan hebben we er ook niks aan.' Felix gooit de zaklamp met een kracht op de grond. Met een harde bons komt hij terecht. 'Nou, nou. Dat hoefde ook weer niet. We kunnen ze heus wel bewaren.' Ik kijk met een stoïcijnse blik terug.

We lopen al een tijdje weer door de tunnel - in het donker - en hebben toch maar de zaklampen achtergelaten. 'Weetje Meghan? Ik zit me nu iets te bedenken.' Ik draai mijn hoofd om naar Felix. 'Je bent een heks. Weet je nog?' Gaat hij verder. Ik knik mijn hoofd. Natuurlijk was ik niet vergeten dat ik een heks ben. 'Waarom ga je niet eens toveren. So! Use your magic! Kijk dat kan ik ook. Hokes, pokes poef.' Hij maakt er mooie handbewegingen bij. 'Ja, ja. Stop maar weer. Ik zal proberen wat ik kan.'

Voor de tweede keer stoppen we met lopen en haal ik de tas weer van mijn rug. Ik ga in kleermakerszit zitten en rits ik de rugzak weer open. Ik zoek naar het boek, wat helemaal onderop ligt. Voorzichtig haal ik het eruit. Ik sla het boek open bij de inhoud en zoek naar een opvallend woord wat steeds beter te zien is. Tussen de zinnen staat het thema: licht. Ik blader naar de goede bladzijde. Ik lees alle zinnen en woorden. Gelijk zie ik een bekend woord. Vuur. Ik lach geheimzinnig. Dit gaat leuk worden. Felix komt tegenover mij zitten.

Ik heb de spreuk goed in mijn hoofd gestampt. 'Felix? Kan je, je hand uitsteken? Ik heb hem... Ehh, nodig.' Nieuwsgierig kijkt hij me aan wat er komen gaat. Hij reikt zijn hand naar mij uit. Ik pak hem stevig vast zodat hij niet kan ontsnappen. Met mijn andere hand maak ik een beweging en zeg de spreuk op. Een klein lichtje ontstaat zwevend boven zijn hand. Het kleine, ondeugende vuurtje danst sierlijk in zijn handpalm.

Geschrokken wil hij zijn hand wegtrekken, maar ik heb hem nog stevig vast. Het onschuldige vuurtje begint onderhand steeds groter te worden. Vijf centimeter verandert naar tien, twaalf, veertien en stopt bij vijftien centimeter.

Felix maakt van zijn mond een O vorm en het enige wat eruit komt is: 'Wow.' Ik glunder helemaal. Het is me gelukt. De omgeving wordt verlicht door het vuur. Ik sta op, maar Felix blijft zitten op de grond. 'Meghan, waarom moet ik dit doen. Weetje wel hoe warm dit is en...' Ik onderbreek hem. 'Je bent toch niet bang voor vuur? Of wel soms?' Zijn gezicht wordt rood van schaamte. 'Ehh, nee joh. Hoe kom je daar nou bij?' Voordat ik weer wat kan zeggen, gaat hij al verder. 'Oké ik geef toe. Vuur is niet echt mijn ding. Ik ben er niet bang voor, maar ik heb er een trauma aan overgehouden.'

Een trauma? Daar had ik nog niet bij nagedacht. 'Oh, sorry. Wil je het vertellen, of laten we het hierbij?' Felix probeert op te staan en strekt zijn arm uit naar mij. 'Jij mag het vlammetje houden.' Zegt hij rustig en geeft een knipoog. Ik houd mijn hand tussen zijn hand en het vuurtje. Het zweeft op mijn hand en ik trek hem weg. Opgelucht haalt Felix adem. 'Dankjewel.' Fluistert hij zacht. Hij gaat er niet op door, dus ik begrijp dat hij niet zijn trauma met mij deelt, maar dat hoeft natuurlijk ook niet.

NeverEverWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu