Depression.

57 3 0
                                    

Het was nu al meer dan een week geleden sinds Daryl, Sasha, Glenn en aaAbraham waren vermist. Ik had alle hoop al opgegeven en voelde me zwak en ziek. Ik at niet, ik dronk niet, ik kwam niet meer buiten, ik sliep niet en noem maar op. Elke nacht lag ik uren te huilen en zat ik uren soms wel dagen voor het raam in de hoop om een glimp op te vangen van Daryl, Sasha, Abraham en Glenn. Vandaag was weer eens zo'n dag. Ik werd wakker en voelde me vreselijk. Michonne stond weer voor mijn deur. 'Evy! Kom nou eens naar buiten! Je hebt eten nodig.' Riep Michonne door mijn dichte deur heen. 'NEE!' Riep ik terug. Ik hoorde de deur opengaan en Michonne liep direct door naar mijn raam. Ze schoof de gordijnen ervoor weg en duwde het raam open. Ik kroop onder de dekens en bleef roerloos liggen. 'Je moet wat eten.' Mompelde Michonne. 'Ik heb geen honger!' Snauwde ik. Michonne zuchtte verwoed en trok de dekens van me af. 'Als je binnen drie tellen niet uit bed bent, dan heb je een probleem.' Siste Michonne. 'Ik heb geen honger. En ik ben geen drie meer.' Siste ik terug. 'Een...' Zei Michonne. Ik sloeg mijn armen over elkaar en keek haar boos aan. 'Twee...' Michonne trok een dreigend gezicht. Ik zuchtte. 'GOED! Jij je zin!' Riep ik en ik sprong uit bed. Ik strompelde pissig de trap af en hoorde Michonne nog wat fluisteren. 'Werkt bij iedereen.' Ik rolde met mijn ogen en liep naar de keuken. Michonne zette een bord met een sandwich voor me neer. Ze ging voor me staan en tikte ongeduldig met haar voet op de grond. Ik slikte en twijfelde. 'Eet.' Zei Michonne. Ik pakte het broodje op en keek er met een vies gezicht naar. 'Nu.' Zei Michonne streng. Ik nam een hap, trok wit weg en voelde me vreselijk misselijk. Ik rende als een speer naar de badkamer en plofte op mijn knieën neer voor de wc. Carl keek me met grote ogen aan. 'Evy?'  Vroeg hij bezorgt. Ik schudde met mijn hoofd en voelde mijn maag samentrekken. Ik hing voorover en gaf over. 'Mijn god!' Riep Carl en hij plofte naast me neer. Ik was gestopt met overgeven en keek hem met tranen in de ogen aan. 'Wat gebeurde er nou net?' Vroeg hij. 'Geen idee.' Antwoordde ik. Carl sloeg zijn arm om me heen en trok me tegen zich aan, ik legde mijn hoofd op zijn schouder. Carl wreef met zijn hand over mijn rug. 'Alles oké?' Vroeg hij fluisterend. Ik schudde mijn hoofd. 'Wat is er Evy?' Vroeg hij. 'Niks. Ik heb gewoon constant het gevoel dat alles me tegen zit. En ik heb gewoon zin om een potje te janken.' Mopperde ik. Carl grinnikte. Ik gaf hem een stomp in zijn maag. 'Hou op.' Mompelde ik. 'Waarmee?' Vroeg hij. 'Die stomme reacties van jou.' Zei ik. Carl schudde lachend zijn hoofd. 'Laat me maar gewoon even met rust.' Zei ik. Carl keek me niet begrijpend aan. Ik kroop overeind en liep/rende naar boven. 'EVY!?' Hoorde ik Carl nog roepen. Ik plofte neer op mijn bed en snikte. Ik hoorde iemand de trap oplopen. Ik trok de dekens over mijn hoofd heen, Carl liep de kamer binnen. 'Evy?' Vroeg hij bezorgt. 'Wat.' Mompelde ik in mijn kussen. 'Evy wat is er?' Vroeg hij. 'Niks.' Mompelde ik. 'Evy kijk me aan als ik tegen je praat.' Zei hij. Ik haalde de dekens van me af en keek Carl aan. 'Ik weet dat je het moeilijk hebt. Je mist ze. Nietwaar?' Vroeg Carl. Ik knikte. 'Ja.' Zei ik. 'We missen ze allemaal.' Zei Carl en hij kwam op het bed zitten. Ik snikte zachtjes en kromp in elkaar. 'Wat is er Evy?' Vroeg Carl. 'Krampen.' Mompelde ik. 'Ben je ongesteld?' Vroeg Carl. Ik knikte. Carl kroop tegen me aan en sloeg zijn armen om mijn buik heen. Ik legde mijn hoofd tegen zijn borst aan. 'Het komt wel goed.' Fluisterde Carl in mijn oor.

Brown eyes. (TWD fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu