We lopen verder langs de hekken die het Krijsende Krot afscheiden van Zweinsveld als ik plots iets zie bewegen voor een van de ramen. Een zwarte schim duikt snel weg. 'Hij is er al' fluister ik in mezelf. 'Wie?' vraag Hermelien die naast me komt staan. 'Nee niks' mompel ik. Ze blijft me doordringend aankijken. 'Ik vertel het je nog wel' zeg ik. Daarmee neemt ze genoegen.
'Is het interessant?'
We draaien ons met zijn drieën om. Draco staat samen met Korzel en Kwast grijnzend naar ons te kijken. Sinds ons gesprek in de wc van Jenny, negeert hij me een beetje en doet anders. 'Wat moet je Malfidus?' sis ik. Hij trekt een wenkbrauw op. 'Nu opeens wel mijn achternaam modderbloedje?'
Ik heb mijn vrienden nooit wat gezegd over ons gesprek in de wc. Nooit heb ik ze verteld dat ik hem heb zien huilen om onze uitspraken en daden. Tot nu.
'Ik zal je nog eens helpen als je huilt'
Het brengt hem even van zijn stuk en hij kijkt me twijfelend aan. Naast me begint Ron te lachen. 'Malfidus heeft gehuild?' Als blikken konden doden, was Ron aardig dood geweest met dank aan Draco. 'Nu niet Ronald' zeg ik. Weer kijkt Draco me verbaasd aan, aangezien ik het weer licht voor hem opneem. Ik ben ook verwarrend, maar dat is hij net zo goed. Mag hij me nou, of niet? Ik heb echt geen idee.
Normaal loopt Harry hier in de buurt, klaar voor een grap, maar niet nu. Nu moeten we het zelf zullen doen en ik merk dat er een raar soort energie door me heen begint te vloeien. Een energie die een soort duisternis met zich meebrengt en kracht. Ik merk dat er iets anders is. Het voelt alsof een klein vlammetje eindelijk aangewakkerd is tot een groot vuur. Een vuur dat veel eerder had moeten komen, en hoewel er steeds meer brandhout bij gegooid werd, kwam het er niet. Tot nu.
'Weet je Malfidus, ik had je gezegd dat iedereen een zwakte had' zeg ik. Ik knijp even in mijn hand. Van achter Kwast komt opeens een sneeuwhoop aanvliegen en raakt hem op zijn achterhoofd. Woedend draait hij zich om, om vervolgens niemand te zien. Een duivelse grijns vormt zich rond mijn lippen.
'En had ik ook verteld dat iedereen wel eens bang is?'
Ik knijp harder in mijn vuist. Een tak valt prompt uit de boom en landt op Korzel. Vloekend grijpt hij naar zijn toverstok en kijkt naar boven. Ondertussen zie ik het gezicht van Draco veranderen. De angstige ogen kijken me aan, want ze zijn bang van mij.
'Misschien weet je nu ook wat jouw zwakte is Draco' zeg ik. Met mijn hand maak ik een kleine cirkel en er schieten direct allemaal lianen uit de grond, die zich om Draco heen wikkelen. Hij valt op de grond, terwijl hij zich los probeert te maken. Korzel en Kwast willen naar hem toe lopen om hem te helpen, maar bij het zien van mijn ijzige blik blijven ze staan. Ik geef een schijnheilig glimlachje. Niet veel later schieten ook rond hen de lianen uit de grond.Die energie verplaatst zich door heel mijn lichaam en ik voel dat ik controle verlies. 'Kate, hoe doe je dat?' vraagt Ron geschrokken. Ik negeer hem. Ik loop naar Draco toe
Ik trek hem aan zijn kraag weer omhoog. 'Bang Malfidus?' sis ik. Hij kijkt me recht aan. Ik zie de angst, maar ook iets anders in zijn ogen. 'Nooit' zegt hij. Leugenaar. Geïrriteerd geef ik hem een duw. Doordat hij gewikkeld is in lianen, kan hij geen evenwicht vinden en valt terug de sneeuw in.
'Wacht maar Malfidus. Je wilt niet weten wat je zal overkomen en je zou wensen dat je nooit geboren was. Je zult smeken om genade.'
Het klopt niet. Ik voel me opeens heel anders. Alsof Kate niet meer bestaat. Iets duisters neemt me over lijkt het. Zonder echt te weten waarom spreid ik mijn armen. Mijn stem is niet meer mijn stem. Het is een raspende kille stem. 'Je zal mij vrezen. Mij smeken om genade.'
Hermelien en Ron doen verbaasd een stap bij me vandaan.Om ons heen begint sneeuw te zweven. Het draait en draait. Tot een grote tornado van sneeuw ontstaat.
Net zo plots als het begon, is het ook weer weg. Hetzelfde geldt voor de lianen. Draco kijkt me een aantal seconden geschrokken aan en begint dan te rennen, met Korzel en Kwast op zijn hielen. Alle duistere energie die in me zat, verdwijnt als sneeuw voor de zon. Ik zak op mijn knieën en kijk verdwaasd voor me uit. Het enige wat me opvalt, is dat de energie die ik voelde niet verdwijnt
'Sodeknetter, wat was dat?' mompelt Ron. Hermelien is bij me neer geknield. 'Kate, alles oké?' vraagt ze.
'Ik deed het' stamel ik. Woorden komen niet goed uit mijn mond, maar mijn gedachten stromen als watervallen door mijn hoofd. 'Wat deed je?' Hermelien kijkt me vragend aan, maar ik weet zeker dat ze al weet wat ik bedoel. 'Ik deed het. Ik bestuurde de sneeuw en die lianen. Het was alsof ik werd overgenomen door iets. Iets duisters. Het beheerste me' stotter ik nu.
Er dwaalt één duidelijk gedachte door mijn hoofd. Ik ben anders. Een monster.
'Het lijkt jeweetwel 2.0 wel' zegt Ron. Hermelien kijkt hem geïrriteerd aan. Ik schud zacht mijn hoofd. Het erge is nog dat hij gelijk heeft ook. Dit is magie die alleen de meest krachtige tovenaars beheersen.
'Hij heeft gelijk. Ik ben er een'
Ze kijken me beide verbaasd aan. 'Wat bedoel je' vraagt Hermelien bezorgd. Ik kijk op, recht in zijn ogen. Tranen stromen over mijn wangen.
'Ik ben een monster' fluister ik.
Ik moet hier weg. Weg van alles. Snel sta ik op en begin te rennen. Weg van iedereen. Achter me wordt mijn naam geroepen, maar ik luister niet. Ik ren en ren. En eindig bij het verboden bos. Als ik zie dat niemand achter me is, loop ik een stukje het bos in. Schuin boven me is een boomhut te zien. Eerder wat planken, onwijs hoog, in een boom.
Ik besluit te klimmen.
De planken zitten minsten zo hoog als de grootte van een huis, maar ik blijf klimmen. Daar aangekomen kijk ik even om me heen. Het is hier zo mooi. De boom is hoger dan de meesten in het bos en ik kan ver doorkijken. Tot aan de horizon.
Ik laat me vallen op de planken en staar voor me uit. De tranen stromen geleidelijk over mijn wangen heen, maar ik schenk er geen aandacht aan. 'Waarom huilt Kate?' Geschrokken kijk ik omhoog. Voor me staat een klein wezentje met vieze kleren, grote ogen en grote oren. Ik herken hem meteen.
'Dobby?'
Hij knikt en pakt mijn hand vast. 'Waarom huilt Kate?' vraagt hij nog een keer. 'Ik ben een monster' zeg ik zacht. Hij schudt meteen zijn hoofd. 'Kate is geen monster. Kate is krachtige tovenaar. Dobby weet dat.' Verbaasd kijk ik hem aan. Waarom kent hij mij? 'Hoe verklaar je de vliegende sneeuw dan?' vraag ik. Hij glimlacht vriendelijk.
'Kate heeft bijzondere krachten. Hou hand eens op.' Hij haalt zijn eigen hand op, met de handpalm naar boven. Nieuwsgierig doe ik hetzelfde. 'Denk aan vuur' zegt hij. Ik doe wat Dobby me vertelt en denk aan de mooie oranje vlammen van vuur. Vuur is een fascinatie voor me, dus moeilijk is het niet.
In mijn hand verschijnt een vlammetje.
Geschrokken schud ik ermee. Het vlammetje verdwijnt meteen. 'Doe nu hetzelfde met aarde. Denk aan aarde, bomen, bloemen' zegt Dobby weer. Ik heb geen idee wat ik aan het doen ben, maar ik gehoorzaam hem weer.
Uit mijn hand groeit een klein bloemetje.
Dit keer schud ik hem niet meteen weg, maar blijf er verwonderd naar kijken. Plots valt het kwartje. 'De elementen' fluister ik. Dobby knikt. 'U bezit de krachten van de avatar.'
'Dobby hoe weet jij dit allemaal?' Ik ben nog steeds verbaasd over wat ik kan, maar vooral over wat die elf allemaal weet over mij. 'Oud-meester praatte veel over bijzondere familie en meester gelooft dat die familie nog steeds bestaat en meester gelooft dat er iemand is met bijzondere krachten en Dobby wist dat hij Kate bedoelde. Dobby wil graag helpen' legt hij uit. Ik glimlach naar hem, ondanks mijn verwarring.
'Dank je Dobby. Je hebt me goed geholpen' zeg ik. Hij buigt diep voor me. 'Graag gedaan' en hij verdwijnt weer. Verwonderd blijf ik achter. Zijn worden maken het niet bepaald duidelijker.
'Ik moet volgens mij Jenny wat gaan vertellen' mompel ik en begin aan de terugweg naar beneden.
Ik zal hier nog vaak terugkomen.
---------------------------------------------------------
Een wat langer hoofdstuk deze keer. Nog twee dagen en dan is het vakantie! Ik hoop in de vakantie het verhaal helemaal af te schrijven, zodat ik het alleen nog maar hoef te publiceren. Dan kan ik eindelijk beginnen aan een tweede verhaal :)
JE LEEST
Slytherin girl
FanfictionKatelynn Verbrugge is een dreuzel en enorme Potterhead. Ze is dertien als ze opeens in een wereld terechtkomt, die alleen in boeken leek te bestaan. Wat moet ze doen als ze de toekomst blijkt te weten van iedereen om haar heen? Zwijgt ze, of veran...