Swimming

2.4K 107 37
                                    

Het is warm geworden sinds we de laatste wedstrijd hebben gewonnen. Zo warm, dat we zelfs in het Zwarte Meer kunnen zwemmen als we willen, mits we geen examens hebben. Ik lig op mijn rug in het gras en bekijk voorbijlopende leerlingen. Het zijn er weinig, omdat de meesten toch wel aan het leren zijn. Een tweetal Zwadderaars loopt voorbij, hun haar nu eerder roze en lichtgeel. Ik zou natuurlijk hun haarkleur weer terug kunnen veranderen, maar dit is vele malen leuker. Vooral omdat Sneep niet de dader te pakken heeft kunnen krijgen. 

In de verte zie ik Fred en George aan komen lopen. Ik ga rechtop zitten en zwaai naar ze. Ze ploffen naast me neer en vegen de zweetdruppeltjes van hun voorhoofd. 
'Hallo schat' zegt George, terwijl hij me een kus geeft. 
'Geen klefheid met mij erbij, alsjeblieft' protesteert Fred direct. Ik lach en laat me weer naar achter vallen. De zon brandt op mijn huid en ik heb eigenlijk dringend verkoeling nodig. Gelukkig ben ik niet de enige die zo denkt. 
'Ik zou er alles voor over hebben om nu een frisse duik te maken' moppert George. Ik kijk opzij. 
'Dan doen we dat toch?' 
De tweeling kijkt me even verbaasd aan, maar daarna ontstaat een grijns op hun gezicht. Tegelijkertijd springen we op en rennen we richting het kasteel. 

Met een klap gooien we het portret open en klimmen naar binnen, terwijl ik een verontschuldiging naar de Dikke Dame roep. Harry en Ron kijken geïrriteerd om en ze zijn niet de enigen. 
'Waarom zijn jullie zo vrolijk?' vraagt Ron. Op zijn neus zit een inktvlek en hij is omringd door perkament en Hermeliens aantekeningen. 
'Leg je spullen neer! We nemen een pauze en gaan zwemmen!' roep ik. Harry en Ron kijken elkaar even kort aan en springen vervolgens overeind. 
'Wij gaan mee' zegt Harry. Ik grijns. 'Hermelien is niet blij met jullie.' 

Met handdoeken om ons nek lopen we het buitenterrein weer op. We worden door meerdere leerlingen jaloers of verbaasd nagestaard. Aangekomen bij het meer gooien we ze neer en rennen naar het water. Aan de rand blijven we even staan. 
'Wie gaat eerst?' vraagt Ron. Ik kijk even naar beneden. 
'Wow, kijk daar' roep ik, en ik wijs naar iets in het water. Alle jongens buigen zich over de rand heen en kijken naar de plek die ik aanwees. Met een harde windvlaag duw ik ze allemaal het water in. Hoestend komen ze weer boven. 
'Katelynn, hierkomen!' roept George boos. Zijn haar is helemaal uit model en het ziet er heel schattig uit. Lachend ga ik aan de rand van het meer zitten. 
'Trouwens, ik weet wat leuks' zeg ik. Ik sta op en bekijk de waterrand even. Hoe ga ik dit het beste doen? Ik beweeg met mijn handen en maak van rotsen en aarde een enorme glijbaan het meer in. Fred en George kijken me met open mond aan, terwijl Harry en Ron naar elkaar grijnzen. Ik klim de glijbaan op en glij met een noodvaart het water in. Aan de onderkant van de glijbaan is een kleine helling, waardoor ik de lucht in wordt geslingerd. Met een mooie duik, plons ik het meer in. 

Als ik boven kom, zie ik dat ook Harry en Ron het water al weer uit geklommen waren en bij de glijbaan zijn. Lachend laten zij zich eraf glijden en worden de lucht in gelanceerd. Jammer voor hen weten zij niet een mooi duik te maken, maar landen met een harde plons hard op hun kont. 

'Hebben jullie niets beters te doen?' klinkt een schampere stem vanaf de oever. 

Draco Malfidus en zijn ezels staan grijnzend langs de zijkant van het meer. Doordat ik achter George drijf, hebben ze mij nog niet gezien. Meteen maak ik me onzichtbaar. Een plan drijft omhoog in mijn hersenen en ik zwem naar de tweeling toe.
'Hou ze aan de praat. Ik ga even een geintje uithalen' fluister ik in George zijn oor. 
'Doen we' fluistert hij terug. 

'Nooit geweten dat jullie zó dom waren' zegt Draco spottend. Meer hoor ik niet, omdat ik onder water ben gedoken. 
Onder water knijp ik mijn ogen even dicht, en enkele seconden later heb ik kieuwen. Ik kan me denk ik niet helemaal in een vis veranderen, maar dit is al genoeg. Ik bedank in stilte het bestaan van transformagie. 

Ik zwem op topsnelheid naar het midden van het meer. Daar, op de bodem, ligt de Reuzenoctopus. 
'Ik heb je hulp nodig' zeg ik tegen hem. 
'Jij verstaat mij?' vraagt hij, ik denk, verbaasd. 
'Ja, ik versta je. Luister, op de oever staan drie jongens, waarvan eentje met blond haar. Ze beledigen en kwetsen de jongens die in het water zwemmen en dat zijn mijn vrienden. Zou jij me kunnen helpen met een wraak ideetje?' 

Een minuutje later kom ik weer boven. Tot mijn vreugde staan de drie Zwadderaars inderdaad nog steeds op de kant. De tweeling is hun woord nagekomen. 
Deel één van het plan is aan mij. 
Met een vlugge beweging met mijn hand, laat ik een enorme golf ontstaan, die met een rap tempo op de drie jongens  af rolt. Hij blijft recht boven ze een enkele seconden stil hangen, net genoeg om ze een angstige blik naar elkaar te doen werpen. Vervolgens worden ze bedolven onder water. 

Fred, George, Harry en Ron juichen, terwijl de Zwadderaars het water uit hun ogen vegen. Ze zijn helemaal doorweekt. Grijnzend kijk ik naar het stel. Veel tijd om bij te komen hebben ze niet, want achter ons vijf is de Reuzenoctopus boven water gekomen. Een schaduw valt over ons heen en ik zie Harry en Ron elkaar even geschrokken aankijken als ze de aanwezigheid van de octopus opmerken.
Draco slaakt een angstig kreetje wanneer de octopus zijn tentakels uitsteekt en hem en zijn twee volgelingen oppakt. Met veel gevloek, gespartel en geschreeuw worden ze opgetild.  Ondersteboven hangen de drie jongens boven het meer, spartelend om los te komen. 

Voor het eerst maak ik mezelf weer zichtbaar. Ik lach als ik de problemen van de drie zie en volgens mij vermaakt zelfs de octopus zich. 
'Houden jullie van zwemmen, jongens?' roep ik naar ze. Draco kijkt me geschrokken aan, alsof hij niet kan geloven dat ik dit heb gedaan. Misschien komt het ook, omdat hij mij nu pas opmerkt. 
'Waar kom jij vandaan?' roept Draco terug.
'Ik was hier al de hele tijd' antwoord ik. 'Zin in een frisse duik, Draco?' 
Ik maak oogcontact met de octopus en steek mijn duim op. Direct laat hij de drie jongens los en met een enorme plons vallen ze in het water. 

'Geweldig, Kate!' roept Harry lachend. 
'Dat had de Wolf niet veel beter kunnen doen' zegt Ron. Hij moet zichzelf aan de kant vasthouden om niet te verdrinken, zo hard lacht hij. Ik kijk kort Fred en George aan. Inderdaad Ron, de Wolf had dit niet veel beter kunnen doen. 
Hoestend komen de drie Zwadderaars weer boven. Met behulp van een golf zet ik ze weer op de kant. 
'Genoten?' vraag ik spottend. Ze geven geen antwoord en zetten het op een lopen, terug naar het kasteel. 

'Wacht maar' roep ik ze achterna. 'Ik stuur de Wolf achter jullie aan!'  

-------------
Weer een nieuw deel! Maar....
Gister was ik jarig dus als cadeautje is hij iets langer dan normaal!
Zouden jullie in het Zwarte Meer zwemmen als t warm was?

Slytherin girlWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu