80.

261 5 2
                                    

"Dit park was toch niet van Nonkel Steven?" Vorder ik het gesprek. "Nee, tuurlijk niet. Dat was gewoon het eerste dat in me opkwam." Ik knik begrijpend. "Hoe is Tante Carla nu?" Ik leg mijn ellebogen op mijn geplooide knieën en mijn vingers plukken aan het verbrijselde gras voor me. James zucht. Een zucht die niet in woorden te vertalen valt. Een zucht die ik uit de duizenden herken. Een typische reactie van James op de naam van zijn moeder.

"Hetzelfde dus." Ga ik ervan uit. "Ja." Is zijn korte antwoord dan. Na de bevestiging zakt zijn hoofd naar beneden en kijkt hij naar het verdorde gras, waar hij nu ook aan plukt. Hij schraapt zijn keel om de sfeer te verlichten, maar dit lijkt niet meteen te werken. "Ze drinkt dus nog?" Dram ik door. "Sorry, je hoeft er niet over te praten als je niet wil." "Nee, het is oké." Hij stopt even zijn handelingen en vervolgt dan: "Ja, ze drinkt nog." Ik knik begrijpend, ook al kijkt James naar de grond. "Hey, komt wel goed joh. Mijnheer Pietersson ging met haar praten zei Lucca. Ze kwamen vroeger ook al zo goed overeen?" "Jack?" Hij kijkt me aan. "Je weet evengoed als ik dat dat niet zal werken. Ze zal sterven aan de drank. Je hoeft het niet te verbloemen." Zegt hij terwijl zijn pupillen geen seconde bewegen. Mijn hand die ik eerst op zijn schouder had laten rusten na een bemoedigend kneepje, valt nu verwilderd op de grond, niet goed wetende wat ik hierop kan antwoorden.

"Het is niet erg." Zegt James dan. Hij veegt even onder zijn neus en haalt hem daarna op. "Het is gewoon de waarheid." Het blijft een tijdje stil. Misschien wel minuten lang. Ik besluit instemmend te hummen, ook al drijft de stilte tussen ons.

"Morgen de herdenking." Kondigt James aan, waarschijnlijk hopend op een ander gespreksonderwerp. Ik hum voor de zoveelste keer vandaag. "Twaalf jaar al." Vervolg ik. Beiden gebruiken we amper woorden en toch begrijpen we elkaar zeer goed. "Ik mis haar." Deze keer betwijfel ik zijn woorden. "Wie?" "Anne." De stilte heerst en neemt de bekende naam mee in een leegte gevuld met stilte.

"Ik voel me schuldig." Ontsnapt zijn lippen dan. Wel meteen reageer ik: "Hoezo?" "Ja," Hoor ik hem vanzelfsprekend zuchten. "ik kon haar misschien hebben gered." "James, je hebt jezelf niks te verwijten. Je was 4 jaar. Daarbij, je zegt het zelf: misschien. Mama was op slag dood, dus je hebt jezelf daar niks over te verwijten en Anne en Steven zijn onderweg naar het ziekenhuis gestorven dus daar had je waarschijnlijk ook weinig aan kunnen doen als vierjarige. Het is dat het zo heeft moeten zijn James. Wie weet hoe ze nu moesten leven als jij iets had geprobeerd? Met ontbrekende ledematen of misschien wel volledig verlamd? Dat is geen leven zo." "Nee Jack. Als ik gewoon niet egoïstisch was geweest of in paniek was geslagen hadden pap en Anne het gered." "Ben je serieus?" "Tuurlijk! Ze hadden nog kunnen leven als-" "My god James. Je was víér. Wees even realistisch! Je weet best dat je je zusje niet kon redden, laat staan mijn moeder of Steven uit de auto slepen. En daarbij: als, als? 'Als mijn tante nen piet had was het mijne nonkel'." Zeg ik in mijn platte dialect.

James begint hard te lachen. "Ik heb je nog nooit dialect horen spreken. Wat voor een uitspraak is dat ook?" Ik haal mijn schouders op. "Ik heb dat eens gehoord ergens."

Besmet met liefde *BxB*Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu