Met grote ogen gaap ik hem aan. Mijn hersenen lijken het niet te kunnen bevatten. Wat doet hij hier? Angst raast door mijn aderen en laat me verdoofd blijven staan. Mijn benen kunnen niet bewegen, ze weigeren dienst.
Zijn kille ijsblauwe ogen kijken me minzaam aan. Er ligt een verbeten trek om zijn mond. In de tijd dat ik hem niet gezien heb is zijn blonde haar langer geworden, en zijn blauwe ogen harder. Er lopen meerdere littekens over zijn knokkels en de kringen onder zijn ogen zijn bruinig ongezond. Hij is afgevallen, zie ik meteen. Zijn vuile T-shirt hangt slobberig om zijn magere borstkas. Ik val bijna flauw van angst als ik het enorme vleesmes in zijn rechterhand zie.
Achter hem staan nog twee andere mannen, en mijn ogen geven hen een korte, onderzoekende blik. De ene man heeft lange, bruine manen, samengebonden in een vies paardenstaartje. Hij lacht zijn weinige tanden bloot en de huid in zijn gezicht spant zich akelig strak om zijn jukbeenderen. Zijn ogen liggen diep weggestopt in zijn gezicht en vanonder zijn zware wenkbrauwen kijken ze me spottend aan. Zijn overhemd hangt open zodat ik zijn magere borstkas kan zien, die vol staat met de meest gruwelijke tatoeages. Ik krijg meteen de rillingen van deze man.
De andere man is klein van stuk, maar enorm breed. Het is een rotsblok van een kerel, en zo ziet zijn gezicht er ook uit; alsof het uit steen gehouwen is. Zijn stevige kaak zit onder de grijswitte stoppels en de blauwe ogen kijken alsof het hem allemaal niet interesseert. Hij gaat met zijn tong langs zijn lippen en ik vang een glimp op van zijn gelige tanden. Zijn weinige peper-en-zoutkleurige haar is kortgeschoren.
Het zijn beide kerels die je niet graag tegenkomt, overdag niet maar zeker niet om twaalf uur 's nachts in je eigen woonkamer.
Ik probeer mijn stem te hervinden. Na een paar keer schrapen lukt het me weer om wat woorden uit te kramen. 'W-wat doen jullie hier?' vraag ik bibberig, en in mezelf vervloek ik mijn trillende stem. Ik moet echt kalmeren. Ik haal een paar keer diep adem en richt mijn blik op Jasper. Hij verwaardigt zich er niet over antwoord te geven. In plaats daarvan komt hij een paar stappen dichterbij. Het mes glinstert in zijn hand. 'Waar is hij?' vraagt hij plotseling ruw.
'Wat?' Ik frons mijn wenkbrauwen. 'Wie-' Hij onderbreekt me met een grom. 'Je vriendje. Waar is hij?' Ik hap naar adem. Hij bedoelt Shawn. Koortsachtig denk ik na. Misschien... Misschien zie ik daar wel een uitweg. 'Waarom wil je dat weten?' vraag ik kleintjes, en ik zet mijn beste acteergezicht op. Zoals ik had verwacht, is hij in een paar stappen bij me. Zijn linkerhand grijpt mijn haar vast en rukt mijn hoofd naar achteren. Met de punt van het mes prikt hij lichtjes in mijn onderbuik. 'Au!' jammer ik, en ik knipper met mijn ogen om de tranen eruit te knijpen. 'Oké, oké, hij is boven!' Een tevreden grijns glijdt over zijn gezicht. Hij laat me los.
'Jaap, jij komt met mij mee.' Hij gebaart naar de brede kerel. 'Gustav, jij let op haar!' De man met de paardenstaart en de spottende ogen komt naast me staan. Ik word misselijk bij het ruiken van zijn lichaamsgeur en draai mijn hoofd gauw weg. Hij lacht een kakelend lachje. Terwijl Jasper en Jaap de trap op verdwijnen, hoor ik een schorre stem vlakbij mijn oor. 'Dit gaat leuk worden, meisje. Bereid je maar vast voor!' In zijn stem is een kille opwinding te horen, en weer lopen de rillingen over mijn lijf. Wat ze ook van plan zijn, het is iets afschuwelijks.
En die gedachte doet me aan het denken zetten. Jasper en Jaap zijn boven. Een betere kans om te ontsnappen krijg ik niet. Het moet nu gebeuren, en wel meteen. Over een aantal seconden zullen ze ontdekken dat Shawn er helemaal niet is, en ik wil niet weten wat er dan gebeurt. Ik draai me weer om naar Gustav, en probeer de afschuwelijke dampen die van zijn lichaam afkomen niet in te ademen. Ik kijk hem recht in zijn donkere ogen. Daarna laat ik mijn ogen naar beneden glijden. 'O, je veter zit los,' zeg ik op een verbaasde toon, met een blik op zijn schoenen die niet eens veters hebben. Het is onvermijdelijk dat zijn blik even snel omlaag gaat, ook al weet hij waarschijnlijk al dat ik hem voor het lapje houd.
JE LEEST
Hope ft. Shawn Mendes
Fanfiction~ stukje uit hoofdstuk 61 ~ 'Ik geef je tien seconden,' huilt hij. Mijn hart wordt verscheurd. 'Na tien seconden gaat hij eraan.' Mijn ogen schieten naar Shawn. Hij heeft geen woord kunnen verstaan van alles wat er gezegd is, maar zijn gevoel liegt...