hoofdstuk 35

269 12 0
                                        

"Matt, je weet dat dit alleen werkt als we allebei moeite doen," zegt Lieke, haar toon zacht maar streng terwijl ze op de armleuning naast zijn bed zit. Ze trekt een wenkbrauw op als hij zucht, zijn armen over zijn borst gekruist.

"Ik doe wel mijn best, Lieke," houdt hij vol, met wijd opengesperde ogen. "Maar ik heb zo meteen mijn sessie met Frank en ik wil het niet missen."

Lieke zucht, schudt haar hoofd naar hem en kijkt op haar horloge. "Je fysio begint over een half uur. Het is geweldig om je zo enthousiast te zien, maar al deze dingen, al het mentale werk, is net zo belangrijk als wat je met Frank doet," zegt ze, haar hoofd buigend om zijn ogen te proberen te ontmoeten.

Matthy verschuift ongemakkelijk, haalt zijn schouders op.

Hij is hier nu vier maanden, een week en drie dagen. Het is midden september en hij heeft de hele zomer gemist en de eerste maand van het nieuwe schooljaar, Bram moet over drie weken vertrekken, en hij wil echt minstens voor een seconde alleen kunnen staan voordat zijn vriend vertrekt.

Het is een soort uitdaging die hij zichzelf heeft gesteld. Iets om hem bezig te houden, hem te blijven pushen, zelfs als zijn hele lichaam schreeuwt om gewoon te rusten. Het zien van de bezorgde soort trots die iedereen de laatste tijd lijkt te sturen, drijft hem alleen maar meer aan; hij wil ze allemaal ongelijk bewijzen.

Hij zal hier weg zijn tegen de zesde maand. Daar zal hij voor zorgen. Geen verloren tijd meer verspild in het ziekenhuis.

"Ik weet dat het belangrijk is," mompelt hij, kijkend naar zijn onbeweeglijke benen en afwezig aan het katoen plukkend. "Ik heb gewoon het gevoel dat ik, ik weet niet, goed bezig ben met al die dingen in mijn hoofd."

Lieke humt, haar ogen verzachtend. "Ja? En hoe zit het met de angst? Is die afgenomen? Je hebt het ziekenhuisterrein nog steeds niet verlaten. Zelfs niet de tuinen."

Hij trekt zijn neus op bij dat idee, haalt opnieuw zijn schouders op. Het is niet zo'n groot probleem, denkt hij; hij wil niet aangestaard worden vanwege de rolstoel, en het is al zo lang geleden dat het idee om buiten te zijn hem een beetje ziek maakt.

"Anton is al een paar keer langs geweest," betoogt hij zwakjes.

De vrouw knikt. "Dat is waar. En ik weet zeker dat hij je bijna elke keer heeft aangeboden om met hem mee naar buiten te gaan, hm?" Matthy knikt met tegenzin. "Deze angst om naar buiten te gaan, dat is iets waar we aan moeten werken voordat je weggaat. Hoe ga je ontslagen worden en naar huis gaan als je niet door de voordeuren kunt?"

Matthy aarzelt even, zucht dan opnieuw. "Ik zal tegen die tijd waarschijnlijk niet eens meer de rolstoel nodig hebben. Mensen zullen niet staren en ik hoef me geen zorgen te maken," zegt hij met moeite.

Lieke kijkt hem een moment aan voordat ze blijkbaar besluit het onderwerp voor nu niet verder aan te dringen. Ze perst haar lippen samen en knikt. "En hoe zit het met de andere dingen? De negatieve gedachten en zelfbeschadiging," zegt ze, waardoor hij een beetje schrikt.

Hij schudt zijn hoofd. "Ik vind het niet leuk als je het zo noemt. Het is niet... Ik kan het meestal niet eens voelen. Het—het zijn gewoon blauwe plekken eigenlijk," mompelt hij, opnieuw zijn schouders ophalend, zijn handen onbewust plat tegen zijn dijen leggend om te voorkomen dat hij eraan gaat zitten pulken. "Ik wil niet meer praten. Kunnen we voor vandaag stoppen? Alsjeblieft?"

De vrouw aarzelt, laat dan een zachte zucht ontsnappen. "Oké. We stoppen hier voor nu, maar ik ga je medicatie laten herzien zodat we kunnen beslissen of ze hun werk doen. En ik ben morgen en overmorgen op de afdeling als je over iets wilt praten, goed?" zegt ze, haar ogen gericht op die van hem.

Matthyas kauwt op zijn lip maar knikt gehoorzaam. Lieke glimlacht en staat op, trekt zijn rolstoel naar achteren en parkeert hem naast het bed.

"Nou. Wil je dat ik je naar Frank breng, of wil je het zelf doen?" biedt ze aan.

op eigen benenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu