hoofdstuk 23

313 16 0
                                        

Hij geeft toe en flitst de man een plagerige glimlach toe. "Ik wist dat je geen robot was. Je houdt van me," zegt hij knikkend.

Frank lacht, schudt zijn hoofd. "Je gaat te ver. Ik heb een stevige bijna-achtige gevoelens voor je. Ik kan je verdragen. Meer dan ik kan zeggen van de meeste mensen, dus waardeer het, jongen. Mijn vriendelijkheid kan worden ingetrokken," zegt hij, en Matthyas grijnst in plaats daarvan.

"Je houdt van me," herhaalt hij, kijkt dan naar zijn voeten. "We... we hoeven het mijn vader en papa toch niet te vertellen, wel? Dat ik verplaatst ben? Het is niet dat ik niet wil dat ze het weten, het is gewoon zoals... niet vandaag? Ze zullen er een heel gedoe van maken en dat wil ik nu niet," begint hij te ratelen, voordat Frank zijn hand opheft, waardoor hij effectief tot zwijgen wordt gebracht.

"Jongen, jouw familie, jouw regels. Ik zal het ze niet persoonlijk vertellen, maar ik moet het wel aan je hoofdverpleegkundige vertellen, die het in je dossier moet opschrijven. Hoe dan ook, ze zullen het te weten komen en naar mijn ervaring willen ze het van jou horen," zegt hij, en Matthyas kauwt op zijn lip voordat hij instemmend knikt.

"Ik zal het ze vertellen," zegt hij zachtjes, en hij grimast. "Gewoon niet vandaag."

Hij heeft genoeg opwinding gehad om hem een week bezig te houden. Als zijn ouders straks terugkomen, wil hij gewoon bij hen liggen en een film kijken en niet aan dit alles hoeven te denken. Hij wil zeker niet dat ze bijna een feestje geven omdat hij een keer met zijn tenen heeft getrokken.

Frank kijkt hem even aan voordat hij instemmend knikt. "Jij bent de baas," zegt hij, terwijl hij opstaat en op zijn horloge kijkt. "Ik moet een sessie beginnen... vijf minuten geleden. Moet ik een verpleegster sturen om bij je te blijven, of...?"

"Hm, nee, ik red me wel. Je bent al te lang gebleven," zegt hij met een glimlach, en Frank fronst naar hem terwijl hij de deur opent.

"Onthoud wat ik zei over mijn vriendelijkheid die kan worden ingetrokken? Meende het, jongen. Dunne lijn," roept hij, terwijl hij met een vinger naar hem wijst voordat hij vertrekt.

En dan is de kamer stil. Matthyas haalt adem en voelt hoe de uitademing die volgt hem helemaal leeg laat lopen. Vandaag is... veel geweest. Een onverwachte hoop zelfs - hij was helemaal klaar voor een dagje schoolwerk inhalen, niet voor een middag van overgeven en verhuizen naar een totaal andere kamer; gedeelde kamer, nog wel.

De angst van eerder steekt de kop op bij de gedachte aan het ontmoeten van iemand zoals hij, iemand anders wiens leven is teruggebracht tot niet in staat zijn om iets voor zichzelf te doen. Als ze ook maar een beetje op hem lijken, zullen ze waarschijnlijk geen goed gezelschap zijn, dat staat vast.

Hij staart naar het plafond, bijna een gat in zijn onderlip kauwend. Hij wenste dat hij zijn aardrijkskundewerk hier had meegebracht zodat hij zichzelf daarmee kon afleiden. Zijn telefoon trilt in de zak van zijn trainingsbroek alsof hij hem eraan herinnert dat hij er is, en hij schrikt een beetje op voordat hij hem eruit haalt, staart naar het scherm terwijl hij al zijn meldingen opzij veegt.

Er zijn berichten van al zijn vrienden; van Anton, Alec, Linde. Hij heeft nog niet op een enkele gereageerd sinds het ongeluk en hij haat zichzelf daarvoor - het zijn zijn vrienden, hij zou ze niet moeten negeren. Hij kan het gewoon niet helpen, maar hij heeft het gevoel dat ze niet van deze versie van hem zouden houden, zelfs als de versie die ze allemaal kennen nog ergens binnenin hem zit. Hij is bang dat hij ze allemaal wegjaagt als ze hem zo zien. Vooral is hij bang dat ze het verkeerde zullen zeggen of hem anders zullen bekijken en hem van streek zullen maken; hij voelt zich te fragiel om dat aan te kunnen.

Uiteindelijk legt hij zijn telefoon met een zucht op het matras naast hem neer, voelt zich iets slechter dan daarvoor. Hij heeft nooit echt van zijn eigen gezelschap gehouden, hij zou veel liever bij andere mensen zijn omdat het dan makkelijker is om je goed te voelen. Alleen vroeger voelde hij zich niet slecht als hij alleen was, alleen verveeld. Nu brengt alleen zijn hem naar een donkere plek waar hij al goed mee vertrouwd is.

op eigen benenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu