Hoofdstuk 23

2K 115 9
                                    

Na Luna en Dean kwamen ook Fred en George Weasley, Lee Jordan en Cho Chang uit de tunnel gestapt. Ginny valt haar oudere broers blij om de hals. Ondertussen is er tussen Neville en Harry een discussie ontstaan. Neville staat erop dat Harry aan ons verteld wat er moet gebeuren. Ik zie aan Harry's gezicht dat hij in strijd met zichzelf is. Daarna draait hij zich om naar Ron en Hermione, die op een zacht volume iets tegen hem zeggen.

Fred en George proberen iedereen af te leiden van het drietal vooraan. Ze vertellen moppen en laten ons lachen. Toen zij nog op Hogwarts zaten was er ook altijd wat te beleven. Ze haalden de raarste grappen uit, waardoor ze vaak in de problemen kwamen. Ginny schaamde zich regelmatig voor haar broers, maar nu lijkt ze nergens last van te hebben. Ze krijgt dankbaar naar George op, als hij haar een stoel aanbiedt om in te zitten. Glimlachend ga ik op de leuning zitten, terwijl Luna dat aan de andere kant doet.

'Oké,' zegt Harry ineens hard. In een paar tellen is het doodstil in de kamer. 'We moeten iets zien te vinden. Iets wat ons zal helpen om Jeweetwel te verslaan. Het moet hier ergens op Hogwarts zijn, maar we weten niet waar. Het zou van Rowena Ravenclaw kunnen zijn geweest. Heeft iemand ooit van een dergelijk voorwerp gehoord, of wel eens iets gezien met haar adelaar erop?' Onmiddellijk wordt de aandacht gericht op de leerlingen uit Ravenclaw, terwijl ik me verbaas om zijn plotselinge omslag.

'Nou, je hebt natuurlijk haar verloren diadeem. Daar heb ik je al eens eerder over verteld, Harry. Weet je nog wel? Het verloren diadeem van Ravenclaw? Papa probeert het na te maken,' klinkt de zweverige stem van Luna. Iemand anders uit Ravenclaw lacht om haar woorden. 'Het verloren diadeem is verloren, Luna.' Mijn gedachten dwalen af, terwijl iedereen door discussieert over het verloren diadeem en wat dat eigenlijk is.

Harry, Ron en Hermione zien er angstig uit. Als het waar is dat de diadeem kan helpen in de strijd tegen Voldemort, betekent dat ook dat hij hierheen kan komen. Het betekent dat de oorlog nog lang niet gestreden is. Weer voel ik een vervelende buikpijn opkomen. Natuurlijk wil ik strijden tegen hem en zijn leger dooddoeners. Hij heeft mijn familie verschrikkelijke dingen aan gedaan. Dat kan ik niet laten zitten. Tegelijk ben ik bang voor zijn aanwezigheid. Hij doet mensen pijn en maakt families kapot.

Ik word uit mijn gedachten opgeschrikt als Ginny haar stem verheft. 'Nee, Luna brengt Harry wel. Ja toch, Luna?' Ginny kijkt fel richting Cho. Van binnen moet ik keihard lachen, maar ik doe alsof er niets aan de hand is. Cho is een tijdje het vriendinnetje van Harry geweest en natuurlijk wil Ginny niet dat Cho samen met Harry is. 'Ja, leuk!' zegt Luna, terwijl ze opstaat. Op het gezicht van Cho is teleurstelling te zien, maar ze gaat er niet tegenin. Harry en Luna lopen achter Neville aan die ze de uitgang van de kamer wijst.

Ik stoot Ginny aan en kijk haar vragend aan. 'Wat?' 'Wat was dat?' grijns ik. Haar wangen kleuren rood. 'Cho en Harry,' fluistert ze. Mijn voorgevoel was juist. 'Lekker subtiel van je,' fluister ik terug. Ginny kijkt me wat beschaamd aan, maar houdt haar mond.

'Wat gaan ze doen?' vraag ik, terwijl ik naar Harry en Luna wijs. 'Naar de leerlingenkamer van Ravenclaw, waar een standbeeld staat die een diadeem draagt. Zo heeft Harry een idee waar hij naar moet zoeken,' legt Ginny uit. 'Heb je het niet gevolgd net?' Ik schud mijn hoofd. 'Ik dacht aan de oorlog die we moeten gaan voeren,' fluister ik. 'Die wordt vreselijk hè,' zegt Ginny. Ik neem niet de moeite om haar te antwoorden, omdat ik er niets tegenin kan brengen.

'Wat gaan wij nu doen?' vraagt Fred. Hij kijkt vragend om zich heen, voordat zijn blik op Ron en Hermione blijft hangen. 'Wachten,' zegt Ron simpel. Hermione loopt gespannen heen en weer. 'Ja, we moeten wachten tot Harry weer terug is. En-' We kijken haar nieuwsgierig aan. 'Misschien is het slim om de rest van Dumbledore's Army en the Order of the Phoenix in te schakelen,' zegt ze. Neville pakt zijn Galjoen erbij en verdwijnt naar een hoek van de kamer.

'Hé Ellie.' Hermione is naast me komen staan. 'Hoe gaat het?' Ik haal mijn schouders op. 'Niet zo goed,' is mijn eerlijke antwoord. 'Ik heb Draco gezien,' zegt ze.

Nu we samen zijnWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu