Hoofdstuk 49

1.9K 110 4
                                    

Als ik Draco met zijn ouders zie zitten, sta ik stil. Ze zitten tegen de muur aan, met Draco in het midden. Zijn moeder houdt hem angstvallig vast, alsof ze bang is dat hij wel zal gaan. Zo van een afstandje zien ze er net zo uit als families die een dierbare zijn verloren in de strijd. Maar als je goed kijkt, is er angst van hun gezicht af te lezen. Het verbaast me dat ze hier nog zitten.

Draco kijkt mijn kant op en onze blikken kruisen elkaar. Mijn hart slaat een slag over als ik hem in zijn ogen kijk. Ik weet niet wat ik moet doen. Moet ik hem om de hals vliegen? Ik denk dat nog veel mensen de Malfoys niet vertrouwen, maar moet ik me daardoor tegen laten houden? Het moet me niet uitmaken wat anderen denken. Toch blijf ik, als aan de grond genageld, staan. Draco maakt zich los van zijn moeder en staat op. Met grote stappen komt hij op me af lopen. Vlak voor me blijft hij staan. Zijn blik is vol liefde, waardoor ik hem het liefste wil omhelzen.

'Ik zei toch dat we elkaar weer zouden zien,' glimlach ik. 'Dat kon ik alleen maar hopen,' zegt hij. 'Het is allemaal voorbij. We hebben gewonnen!' zeg ik. Hij glimlacht naar me, maar ik kan aan zijn ogen zien dat het hem ook bang maakt. 'Ik weet niet wat er met ons gaat gebeuren,' zegt hij. 'We hebben jaren onderdak aan Voldemort geboden. Hij heeft in ons huis geleefd. Misschien worden we wel in de gevangenis Azkaban gegooid omdat we hebben meegewerkt aan zijn plannen. Ik weet niet of mijn ouders en ik veilig zijn.' Draco kijkt me bang aan. 'Als ze jullie als gevaar zagen, waren jullie allang meegenomen. Er is geen dooddoener meer hier,' zeg ik. 'Onze armen zeggen wat anders.' Draco trekt zijn mouw op en laat het teken zien. 'Daar kan Alexander wat aan doen, ook bij jouw ouders,' verzeker ik hem. Draco kijkt al wat rustiger uit zijn ogen. 'Over mijn ouders gesproken; ze willen je graag weer ontmoeten. De vorige keren was het natuurlijk niet helemaal zoals het hoort,' glimlacht Draco. Hij pakt mijn hand en neemt me mee naar zijn ouders. Lucius en Narcissa Malfoy staan op en lopen ons tegemoet.

Narcissa steekt haar armen naar me uit. Twijfelend kijk ik Draco aan. Hij laat mijn hand los, waardoor ik een stap in Narcissa's richting zet. 'Kom hier, meisje. Wat fijn om je onder andere omstandigheden te ontmoeten,' zegt ze zacht. Ze slaat haar armen om me heen. Ik weet niet wat ik terug moet zeggen, dus ik houd mijn mond. Als ze me loslaat, slaat Draco een arm om me heen. Onder zijn arm voel ik me veilig. Voorzichtig kijk ik Lucius aan. Hij blijft een bijzondere man, waar ik een raar gevoel bij heb. Hij steekt zijn hand naar me uit, terwijl hij me op zijn allervriendelijkst aan kijkt. 'Welkom in de familie, Ellie Smith,' zegt hij. De manier waarop hij mijn naam uitspreekt, zorgt voor een rilling op mijn rug. Ik probeer het te negeren. Hij is nu eenmaal de vader van mijn vriend.

'Kunnen we naar jullie huis gaan? Mijn vader is daar nog. Ik zou graag weten hoe het met hem is,' zeg ik, terwijl ik omhoog kijk naar Draco. 'Nu gelijk?' vraagt hij. 'Hoe eerder we er zijn, hoe meer tijd we hebben om hem te redden.' Draco knikt instemmend en kijkt vervolgens naar zijn ouders. 'Kunnen we naar huis voor de vader van Ellie?' Ook zij knikken.

Een bang gevoel gaat door me heen. Ik ben benieuwd hoe we mijn vader zullen aantreffen. Draco heeft al verteld dat hij eerder dood dan levend is, maar wie weet kunnen we hem redden. 'Alexander moet ook mee. Hij kan iedereen beter maken,' zeg ik. 'Ik ga hem zoeken.' Snel duik ik onder Draco's arm vandaan en wil de Grote Zaal inlopen. 'Ik ga met je mee,' klinkt de stem van Draco vlak achter me. Hij pakt mijn hand vast en we lopen de Zaal in.

Ik heb het gevoel dat iedereen naar ons kijkt. Voor het eerst lopen we hand in hand de Grote Zaal in. Hier had ik vorig jaar alleen maar van kunnen dromen, toen konden we niet bij elkaar zijn. Alsnog zullen mensen het er niet mee eens zijn. Die gedachte probeer ik van me af te zetten. Het is mijn keuze. Ik wil met Draco samen zijn. Door alles heen is hij mijn lichtpunt geweest. We horen bij elkaar.

Nu we samen zijnWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu