Er was iets vreselijks mis en ik wist niet wat.
Ik had nu al drie dagen hevige koorts, en kon niets binnenhouden. Mijn maag keerde zich telkens om als ik iets probeerde te eten of te drinken en ik baadde in het zweet. Dan had ik het koud en dan weer bloedheet, gek werd ik ervan.
Alle pijnstillers, koortsremmende middeltjes en zelfs de plantaardige druppels, leek mijn lichaam af te stoten. Niets hielp en de koorts hield aan. Het was zo erg dat zelfs Amelia moeilijk keek en dat deed ze niet zomaar. Rafe was één keer gekomen – midden in de nacht – toen ik alles bij elkaar gilde van de pijn en waarschijnlijk het hele kasteel wakker maakte. Hij had me gesmeekt zijn bloed te nemen, om te kijken of dat zou werken.
Maar ik had naar hem geschreeuwd dat hij op kon rotten, dat als hij het waagde dat aan me te geven, ik er alles aan zou doen het weer uit me te krijgen. Hij had de hint begrepen en was in een woedende bui vertrokken. Sindsdien was hij niet meer gekomen om te kijken hoe het met me ging.
'Laat het stoppen, laat het stoppen...' smeekte ik naar adem happend toen Amelia me voor de zoveelste keer een verdovend middel gaf, het enige dat lichtelijk leek te helpen. De koorts maakte me zo gek dat ik dingen begon te zien en horen die er niet waren, 's nachts werd ik achtervolgd door nachtmerries en overdag werd ik geteisterd door iedere schaduw die ik zag. Nu voelde het alsof de duisternis me probeerde te stikken en kreeg ik geen lucht. Ik maaide met mijn armen om me heen, greep naar mijn keel en klauwde mijn huid open. Niets hielp, niets kon deze situatie veranderen. Toen het middel langzaam mijn bloedbaan in kwam, kreeg ik eindelijk wat lucht en ontspande ik me een beetje.
'Wat is er mis met me?' Mijn stem klonk schor en het deed pijn om iets te zeggen. Amelia rommelde tussen haar spullen door, die overal uitgestald lagen door mijn kamer. 'Ik weet het niet.' Ze keek me niet aan en dat hoefde ook niet, ik wist zo ook al dat ze tegen me loog.
'Dat weet je wel!' Ik hoestte en hijgde moeizaam toen ik mijn stem probeerde te verheffen.
'Je wilt het niet weten, echt niet', zei ze zacht.
Ik greep haar arm vast en kneep haar zowat fijn, 'vertel het me.' Doordringend keek ik haar aan, dwong haar de waarheid te vertellen.
'Deze verschijnselen, de manier hoe je lichaam reageert...eigenlijk is het overduidelijk, ik heb het zovaak gezien.' Ze beantwoordde mijn blik, 'maar je zult niet blij zijn als ik je dit vertel.'
'Zeg het!' gromde ik zowat. Wat het ook was, ik verdiende het om het te weten. Liever dat dan tasten in het duister. 'Voordat ik hier terecht kwam werkte ik in een verslavingskliniek.' Ze werd rood en kuchte, 'voor bloedhoeren.'
Met grote ogen keek ik naar haar, hoe was ze daar terecht gekomen en wat had ze daar gedaan?
'De verschijnselen die je lichaam vertoont zijn precies hetzelfde, dat ik het niet meteen zag...' Ze zuchtte en kneep in mijn hand, 'je bent verslaafd Amoris.' De wereld stond stil en ik verstijfde. Verslaafd? Aan wat dan, ik had geen drugs gebruikt, geen verslavende planten opgerookt of die vreemde bessen gegeten die de soldaten in het kamp weleens namen. Dus hoe kwam ze erbij dat ik verslaafd was?
Tenzij...
'Ik weet dat dit mij niets aangaat, maar als je verpleegster moet ik het toch vragen. Heb je demonenbloed binnen gekregen?' Toen ze mijn gezicht bestudeerde durfde ik bijna niet adem te halen. Haar gezicht verzachtte en ze keek me begrijpend en meelevend aan, 'het is niet iets waar je je voor hoeft te schamen', verzekerde ze me. 'Ik zal het aan niemand vertellen, beroepsgeheim.' Ze knipoogde naar me, probeerde me gerust te stellen terwijl ze me vertelde over hoe ik hier vanaf kon komen.
Het was eigenlijk heel simpel: ik moest afkicken.
'Heeft de Koning het je gegeven?' Deze vraag maakte haar nerveus, ze leek voor het eerst niet op haar gemak. Toen ik langzaam knikte, trok haar gezicht wit weg, waardoor ik in paniek begon te raken. Waarom wilde ze dat weten? En was dat erg? Plotseling boog ze dichter naar me toe, tot haar gezicht nog maar enkele centimeters van het mijne verwijderd was. 'Ik heb dingen gehoord over de relatie die je hebt met de Koning en eigenlijk zou ik er niets over moeten zeggen', fluisterde ze, 'maar ik moet je voor hem waarschuwen. Als je leven je lief is, neem je zijn bloed nooit meer. Het zal uiteindelijk je dood worden.' Haar ogen stonden ernstig, doodserieus.
'Ik heb mensen gezien die tot waanzin gedreven werden, mensen die minder krachtig bloed binnen hebben gekregen.' Ze ging weer rechtop staan, 'pas op Amoris.'
Ze legde een extra deken over me heen toen ze zag dat ik weer was gaan rillen en stopte me goed in. Niet veel later kwam Nova binnen om haar af te lossen en haar plaats in te nemen om mij in de gaten te houden. En onder het wakende oog van mijn dienstmeisje, viel ik in een chaotische slaap.
JE LEEST
When Angels Fall (16+) HERSCHREVEN
Science FictionHij drukte zijn lichaam tegen het mijne, zette me klem tegen de muur. Zijn handen op mijn heupen, zijn hete adem voelbaar in mijn nek. 'Ik zal me niet kunnen inhouden mijn liefste...' 'Dat wil ik ook niet', kreunde ik toen hij zijn lippen op mijn h...