The horror factory

1.2K 83 3
                                    


Wat als je achter een verschrikkelijk geheim kwam, iets dat onvergeeflijk was

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Wat als je achter een verschrikkelijk geheim kwam, iets dat onvergeeflijk was. Maar dat het wel het geheim was van degene van wie je hield, kon je dan nog van diegene houden? Bij het zien wat er onder me gebeurde, wist ik niet zeker of ik dat ooit nog zou kunnen, of ik hem nu nog anders zou kunnen zien dan een duivels monster.
Ik ademde in.
Ik ademde uit.
Tranen liepen over mijn wangen, van verdriet, van woede, van onmacht en afgunst. Met beide handen omklemde ik de reling van de balustrade die uitzicht bood op het mensonterende tafereel onder me. Het zich was misschien nog niet eens het ergst. Het was het geluid van rinkelende ketens die over de grond werden gesleept, het gezucht en vermoeide gekreun. De wanhoop was voelbaar in de lucht, de hopeloosheid die te zien was op hun gezichten. Schreeuwen of huilen deden ze niet eens. 'Wat is dit', siste ik tussen opeengeklemde kaken door. Ik zag mensen, zoveel mensen. Maar zo werden ze niet behandeld, ze werden opgesloten als dieren, mishandeld en geslagen bij verkeerde bewegingen. Er waren geen toiletten, geen plekken waar ze zich konden wassen. Wel waren er emmers, stro, vieze dekens en vochtige, beschimmelde matrassen die in een hoek waren gedumpt. De stank was immens, waardoor ik meerdere keren bijna over mijn nek ging. 'Dit zijn bloedslaven, verschoppelingen, mensen die zich tegen Rafe hebben gekeerd, verzetstrijders, criminelen, opstandelingen en verkrachters. Sommigen zijn hierheen gebracht om onbekende redenen.'Zane gebaarde dat ik hem moest volgen naar binnen, een afgesloten ruimte waar alles bediend en bestuurd werd. 'Zie je die mensen daar?' Hij wees naar wat mannen in lab jassen die druk aan het werk waren, 'ze bedienen de machines die het bloed aftappen van de mensen, kijk daar maar eens naar.' Ik draaide me een kwartslag om en liep automatisch dichter naar het glazen raam. Ik deinsde direct achteruit toen ik zag wat erachter lag. Ik zag mensen hangen aan griezelige apparaten, buizen en slangen staken uit hun lichamen en verbonden ze met de machine die het bloed en het leven praktisch uit ze leek te zuigen. 'In de grote steden kunnen demonen bloed kopen, daar zijn deze "fabrieken" voor. Als ze er niet waren zouden we iedere dag moeten jagen en na verloop van tijd zou daardoor de mensheid uitsterven door complete uitroeiing. Dit is de beste oplossing. Overal op de wereld zijn mensenfokkerijen en bloedfabrieken zoals deze.' Ik zou willen dat ik iets kon doen, dat ik de mensen kon redden van dit ellendige bestaan. Dit kon niet eens een leven genoemd worden. 'Hoe kunnen jullie dit doen!' Het enige dat ik kon voelen was haat. Pure haat. Mijn zich kleurde rood, bijna had ik hem aangevallen als ik mezelf niet in had weten te houden. 'Doet dit je dan niets?' Ik moest rustig blijven, mocht niet in paniek raken. 'Natuurlijk wel, echt leuk is dit niet. Maar het is nodig, uiteindelijk besparen we op deze manier meer mensenlevens. Hierdoor kunnen sommigen nog een enigszins vredig leventje leiden in de daarvoor bestemde Gemeenschappen', legde hij uit, totaal niet onder de indruk van mijn woede. Het leek hem helemaal niets te doen. Bij het horen van het woord "gemeenschappen", ging er een alarmerend belletje bij me rinkelen. Er klopte iets niet... 'Wat bedoel je met Gemeenschappen?' vroeg ik zo nonchalant mogelijk. Hij haalde zijn schouders op, 'gewoon, de gebieden die we uitgekozen hebben om aan de mensen te geven. Daar sturen we mensen naartoe die verkozen zijn om de mensheid in leven te houden. Een soort beschermde leefgebieden voor jouw soort, zo'n plek waar jij ook bent opgegroeid.' Dus het waren aangewezen plekken, die de demonen voor ons gekozen hadden... De Gemeenschap waar ik was opgegroeid was niet ontstaan, was niet zelf opgebouwd door de mensen die er woonden, zoals mij altijd was beweerd. Ook daar hadden we onder de regels en wetten van demonen geleefd. We waren nooit vrij geweest, dat waren we nergens. 'Hoe kon dit in hemelsnaam voor me verborgen zijn gehouden?' Zane grinnikte duister en sloeg zijn arm om me heen, trok me dichter naar zich toe en keek me recht aan. 'Dringt het dan nog steeds niet tot je mooie hoofdje door dat dit alles door Rafe komt? Ik heb gezien hoe hij ooit een klein meisje redde en in veiligheid bracht, het kan niet anders dat jij dat meisje bent. Hij wilde je op die plek hebben, zodat hij je in de gaten kon houden. Hij heeft je complete leven voor je uitgestippeld en hij is degene die al die tijd al de touwtjes in handen heeft gehad.' Zane liet me los en liep al richting de uitgang, 'kom je mee of wil je liever hier blijven?' Hij grijnsde toen ik mijn hoofd schudde en snel achter hem aankwam. 'Mag ik vragen wat je gaat doen met deze informatie?' Wat maakte het eigenlijk nog uit, waarom zou ik het ook niet vertellen?
Ik keek achterom, naar de verschrikking achter me. Ik wilde ze zo graag helpen, ze verlossen van het miserabele leven dat ze hier hadden. Maar zou ik ooit iemand kunnen helpen in deze wereld, waar alle macht in handen was van vreselijke bloeddorstige monsters? 'Ik ga een beslissing maken', mompelde ik vaag, 'een beslissing die ik een lange tijd geleden al had moeten maken.' Was het enige dat ik tegen Zane zei, het laatste wat hij van me zou horen. Ik liep hem voorbij, het angstaanjagende gangenstelsel in. Mijn gedachten waren niet langer bij de wereld om mij heen. Nee, ik ging terug in de tijd...
Wat zou er gebeurd zijn als ik Rafe nooit ontmoet had? Wat als hij me nooit ontdekt had in dat steegje, of wat als hij dat wel had gedaan en me direct had vermoord? Wat als.
Inmiddels had ik de trap gevonden die me terug zou brengen naar de tuinen van het binnenhof, het zou wellicht de laatste keer zijn dat ik de schoonheid ervan zou kunnen bewonderen. 'Wacht.' Zane greep mijn pols vast en trok me terug. 'Er is nog één ding dat je zou moeten weten.' Hij hield mijn blik gevangen, zodat hij er zeker van was dat hij mijn aandacht had. 'Jij en alle andere mensen op deze wereld denken dat wij gekomen zijn op de dag van de Apocalyps. Dat is wat iedere demon je zal vertellen, omdat we willen dat jullie dat denken. Omdat we willen dat jullie bang zijn, dat jullie denken dat we uit de Hel zijn ontsnapt op dat precieze moment. In werkelijkheid bewandelden we deze wereld al veel langer.' Wat? Nee, dat kon niet kloppen. 'Maar Rafe zei...' Zane kapte me af voordat ik mijn zin af kon maken. 'Hij loog, voor een gedeelte dan. Denk je echt dat hij je de waarheid zou vertellen?' Zane schudde lachend zijn hoofd en streelde mijn wang, 'lief naïef prinsesje toch.' Maar als dat een leugen was, als bijna alles een leugen was, wat was dan de waarheid? Wanneer waren de demonen dan onze wereld binnengetreden? Hoelang leefden ze al onder de mensen zonder dat wij het ooit doorhadden?
'Er is een reden dat de Apocalyps die ene dag begonnen is, een reden waarom we zo lang moesten wachten. Er is een reden waarom Rafe je perse bij zich wil houden...' En die reden, dat was precies waar ik zelf ook achter wilde komen.



When Angels Fall (16+) HERSCHREVENWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu