Hoofdstuk 48: De ringen

255 24 35
                                    

Feline

Ik schrok van de grote opkomst in de troonzaal. Er werd op gedempte toon gediscussieerd. Al die discussies vielen stil toen Jurian en ik  binnen beenden. Niet arm in arm, niet zoetsappig. We liepen naast elkaar en beenden op de troon af. We waren gelijken. We waren nooit anders geweest. 

Er stond maar één troon, maar Jurian gebaarde dat ik mocht gaan zitten. Ik glimlachte en in plaats van op het fluwelen kussen op de armleuning zitten. Jurian ging op de andere armleuning zitten. 

'Goed,' zei Jurian, waarna alle blikken in de kamer op hem gericht werden. 'Het wordt tijd dat wij de touwtjes in handen gaan nemen.'

Ik had veel dingen verwacht tijdens onze eerste officiële vergadering als koning en koningin. Chaos, in zekere zin. Wantrouwen, in zekere zin. Maar ik had absoluut niet hetgeen verwacht wat er gebeurde.

Want iedereen was stil. Iedereen leek op het eerste oog ons leiderschap te accepteren. 

Daar was ik zo verbluft door, dat ik een deel van het gesprek langs mij op leek te dwalen. Al met al kwam het op hetzelfde neer: we moesten het portaal sluiten en dat moesten we snel, en met extra manschappen, doen. Doordat de boodschap zo helder was, was er maar weinig tijd nodig om die over te brengen. 

Vrijwel meteen werd er gediscussieerd over waar we extra mensen vandaan gingen krijgen, hoeveel er nodig waren en wanneer we zouden uitvliegen. Al snel werd Jurian meegenomen naar de strategietafel en bleef ik met een medelevende grijns op de troon achter. 

Nog voordat ik overeind kon komen om mij bij mijn vrienden te kunnen voegen, slenterde Roan naar mij toe. 

'De rol van koningin past bij je,' zei hij vriendelijk, bij wijze van een begroeting.

Ik glimlachte naar hem. 'Dankjewel.'

'Het is jammer dat jullie niet willen blijven,' merkte hij zachtjes met een licht opgetrokken wenkbrauw op. 

Niemand in de buurt leek het gehoord te hebben. Ik betwijfelde of omstanders het zouden waarderen als ze erachter zouden komen dat hun kersverse leiders van plan waren om er vandoor te gaan zodra de crisis was afgewend. 

'Dus je hebt het gehoord,' antwoordde ik even zacht. 

De sfeer sloeg spontaan om en ik voelde me ietwat ongemakkelijk. Roan was hier geboren. Hij was hier opgegroeid. Hij had zich zonder twijfel ingezet voor de eerste dimensie toen iedereen weg was. Hij leefde voor deze dimensie zoals Jurian en ik dat voor de achtste dimensie deden. Het voelde oneerbiedig om toe te geven dat we de leiderspositie van de eerste dimensie afwezen omdat we een andere dimensie als fijner beschouwden. 

Hij wenkte met zijn hoofd naar de zijdeur van de troonzaal. 'Ja, maar dat is niet waar ik het over wilde hebben.'

Toen we waren aangekomen in de eerste dimensie, leek Roan anders dan normaal. Maar nu was hij weer zijn oude zelf geworden. De rustige, beheerste krijger. Relaxt en het typische voorbeeld van een grote broer. Ondanks dat Jurian en ik het er nog niet specifiek over hadden gehad, wist ik dat Jurian het leiderschap aan Roan toe zou vertrouwen. Dat zou ik ook doen, al was het alleen maar om Declan en Edeline van de troon af te houden. We wisten allemaal dat het een zooitje zou worden met die twee aan het roer. 

Roan ging mij voor de zaal uit en ik volgde hem de kleine, aanliggende vergaderzaal in. Nog voordat ik de kans kreeg om de deur achter ons te sluiten, trok Roan een ring uit zijn zak. 

'Je weet dat ik al getrouwd ben, toch?' vroeg ik hem grijnzend.

Hij glimlachte en keek naar de ring. 'Ja, mijn arme broertje heeft het zwaar te verduren.'

Ik gaf hem een por en keek naar de ring. 

'Ik wilde je deze ring geven, omdat deze van mijn moeder is geweest,' zei Roan. 'Het is een erfstuk in onze vreemde, onsterfelijke familie. Ze mocht het niet hebben laten zien, maar ze was wel op je gesteld. Uiteindelijk. Als koningin van de eerste dimensie zou je deze moeten hebben.'

De enigszins simpele, zilveren ring met de donkerblauwe steen glinsterde in het felle daglicht. Hij was misschien niet bijzonder, maar er hing een vreemde, geruststellende kracht omheen die ik niet kon beschrijven, maar wel kon voelen.

Ik beet zachtjes op de binnenkant van mijn wang. 'Ik waardeer het echt, Roan, maar ik denk niet dat deze bij mij op zijn plek is. Als alles meezit, zijn we binnen een paar dagen weg.' 

Hij glimlachte zwakjes. 'Wat we allemaal heel jammer vinden,' zei hij. 'Maar deze is echt van jou nu. Of je het nu wilt of niet, je bent de koningin van deze dimensie. De dimensie erkent jou, en Jurian, als koningspaar. Daarbij komen overweldigende krachten kijken. Mijn ouders hadden allebei een ring zoals deze. Het onderdrukt de explosieve drang.'

Ik keek van de ring naar Roan, om vervolgens weer terug te kijken naar de ring en hem van Roan aan te pakken. Een pulserende kracht trok door mijn vingers. 

'Als ik het moet geloven, draagt deze dimensie heel veel kracht,' ging Roan verder. 'Een kracht die teveel is voor één persoon en amper dragelijk voor twee. Het houd je scherp, helder.' 

Langzaam schoof ik de ring om mijn vrije ringvinger. Meteen voelde ik hoe er een sluier over mijn kracht viel. Het was alsof ik weer dieper kon ademhalen zonder bang te hoeven zijn dat ik zou exploderen. 

'Wow,' fluisterde ik. 

Roan haalde nog een ring uit zijn zak. Vergelijkbaar met degene die ik zojuist om mijn vinger had geschoven, maar iets simpeler. 

'Deze is voor Jurian,' zei Roan. 

Ik pakte de tweede ring aan en woog hem op mijn hand alvorens ik hem in mijn zak stopte. 

'Dankjewel,' knikte ik naar Roan. 

'Geen dank,' knipoogde hij op zijn beurt. 'Trouwens, ik hoorde dat de Box werd klaargemaakt. Hebben jullie plannen?'

Met een grijns draaide ik mij richting de troonzaal. 'Ik ben van plan om je broer in te maken.' 

The Chosen Ones [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu